Folklore en TAAL 2
2e serie nr.
REACTIES OP OPROEP.
Van de heer Rozemond uit Gorkum kreeg ik nog een aanvullend schrijven over de brouwerij Stavenisse, n.1. een bestelbriefje voor een nieuwe zending bier van 21 september 1783. Met dank aan de schrijver heb ik zijn brief doorgezonden aan dr. K. J. Hocke in Zonnemaire.
Dhr. Rozemond zond nu ook nog enkele dialectische woorden (hij heeft vroeger enige tijd in Flakkee gewerkt. Een Sommelsdijkse boer had het over zijn sterke zoon „'n Baele gewan droeg 'n van diek tot diek, mar in z'n stikzak 'n brood van kaste tot kaste". Met gewan werd bedoeld: kunstmest.
Met gewan werd bedoeld: kunstmest. Wie kent dit woord nog? In het Middelnederlands woordenboek wordt als een der betekenissen van gewande ook voorraad opgegeven. Als hij bij slechte weersomstandigheden naar zijn werk ging, placht de kost juffrouw te zeggen: Gae je d'n ondiepen weer andoewe? Kent iemand die uitdrukking, en wie kan ze verklaren? Ik kreeg een briefkaart uit Sommels
Ik kreeg een briefkaart uit Sommelsdijk van iemand, die me het adres gaf van de 90-jarige mej. De Graaf, dochter van wijlen burgemeester De Graaf, die destijds in de brouwerij woonde.
Juffrouw Rood uit Apeldoorn gaf me nog enige gegevens over de Joden op Flakkee. Ik kan daarvan gebruik maken als ik er over schrijf in het Boek over Flakkee.
Een oud-Melissantse deelde me mee, dat volgens de legende de Bouwdijk in Melissant in één nacht gelegd is door de reus „Taoi" (Taai). Ze wist het van haar grootvader. Ze schreef ook, dat het huis van L. W. van Bruinisse aan de Molendijk gebouwd is voor een broer van de heer P. D. Sieling. Het staat op de fundamenten van een oud kasteel. Men vond meters dikke muren en een
Men vond meters dikke muren en een onderaardse gang, die vol puin was. De werkmensen zijn er een paar meters in doorgedrongen en durfden toen niet verder. Jammer.
Ze vertelt verder dat haar grootvader aannemer was. Hij heeft o.a. de Halsstee afgebroken en opnieuw opgebouwd. Daarna heeft hij aan de Achterweg voor eigen rekening een rij huizen gebouwd. Zijn concurrent Tieleman, die het met lede ogen aanzag, strooide toen het praatje rond, dat haar grootvader op de Halsstee een pot met geld gevonden had. Dit ontkende de bouwer, maar het praatje ging verder. De rij huizen staat er nog en is bekend onder de naam de Potstee. Graag krijg ik uit andere plaatsen dergelijke verhalen.
Ik kreeg nog enkele versjes en een paar toververhalen.
Een eindje buiten het dorp woonde een tovernaar, een vent die met negotie ging. Ieder was doodsbang van hem. Als je alleen over een eenzame weg liep, stond hij ineens voor je als... de duivel en dan rUde je van de kou. Wee het kind, dat hij een snoepje gaf of zelfs maar aanraakte, dan zaten de ouders weken in doodsnood, dat er iets ergs zou gebeuren. Ik heb in Folklore en Taal al heel wat toververhalen opgenomen en ik ben er van overtuigd, dat er nog veel meer in omloop zijn. Ik weet ook, dat er nog tal van mensen zijn, die ze niet durven vertellen, omdat ze bang zijn, dat ze dan lastig gevallen worden door heksen en tovenaars. „Ze kenne mien nog te veul", zeggen ze. Dominees kunnen ook heel wat ver
Dominees kunnen ook heel wat vertellen. Een predikant kwam aan het sterfbed van een boer van negentig jaar Toen hij hem vroeg, of hij al zijn vijanden vergeven kon, zei de oude: „Ik heb geen enkele vijand, dominee, die zijn allemaal dood".
In het drukst van de oogst, komt dominee bij een boer die juist aan tafel gaat. „Hoe sta je voor de eeuwigheid?" vraagt hij. „Ik moet nu aan 't heden denken",
„Ik moet nu aan 't heden denken", zegt de boer, „ledere dag bid ik: Geef ons heden ons dagelijks brood, dus moet ik nu alle krachten inspannen voor 't binnenhalen van de oogst, die God heeft laten groeien. Ik moet eten. Heeft dominee ook trek in een horretje karnemelkse pap?" Een oud-eilander schrijft uitvoerig
Een oud-eilander schrijft uitvoerig over het godsdienstig leven op het eiland. Hij wijst er op, dat er zoveel richtingen zijn; de Hervormde Kerk, (de Grote Kerk), de Gereformeerden, Oud-gereformeerden, Gereformeerden onder 't Kruis, Remonstranten, maar er zijn ook mensen die nergens aan geloven, die kaartspelen op zondag en vuurtje stoken op Oudejaarsavond — de spelers en stokers. Het meeste aandacht schenkt hij aan de vromen, de bekeerden, de echte kinderen v£in God, die zich houden aan de oude schrijvers als Van der Groe, Bunjan, Laan e,a., en gezelschappen houden onder elkaar. Alle mensen liggen onder de zonde van Adam, maar alleen door de genade van God worden de uitverkorenen van hun zondelast bevrijd. Al voor de grondlegging der wereld zijn ze in het boek des Levens ingeschreven, Jacob heb ik lief gehad, maar Ezau heb ik gehaat. Er zijn plotselinge bekeringen, maar
Er zijn plotselinge bekeringen, maar ook levenslange worstelingen van de gelovigen. „Ben ik er één van?" is de grote vraag. Ze moeten door grote diepten heen, een mens moet eerst volkomen verbrijzeld worden, voor de Heere Zijn reddende hand uitstrekt. Maar aan deze kant van 't graf moet het geopenbaard worden. Die vromen kunnen hard zijn in hun oordeel over anderen, maar ook voor elkaar.
Als ze naar de kerk gaan, kan de dominee niet te hard te keer gaan tegen de ongelovigen en ze verdoemen naar de buitenste duisternis, Jezus heeft gezegd: Komt allen tot mij die belast en beladen zijn en ik zal u loist geven. Werkt uw zelfs zaligheid met vreze en beving. Geloof alleenlijk. Maar als een dominee zo preekt, dan zet hij de deure te verre open. Wie zich stelt op de weg der middelen is op de verkeerde weg.
De schrijver heeft het over de toestanden aan 't begin van deze eeuw. Een oude man zegt, dat het tegen de ordonnantiën is, als een man huishoudelijk werk verricht, maar ook als een vrouw op 't land werkt, zeker als ze zich kleedt in mannenkleding. De vrouw mag niet deelnemen aan verkiezingen. Hij klaagt, dat ze van 't Kerstfeest een Sinterklaasfeest maken, dat ze vuurwerk afsteken. De vrouwen kleden zich te opzichtig, ze gaan naar de kerk met sieraden in plsiats van met zwarte kleding en met een zwarte stoffenbijbel, wit op snee. Die vrome mensen zijn tegen verzekeringen, tegen inenting, tegen kunstmest en middelen tegen plantenziekten.
Tot heden kreeg ik nog geen foto's of oude ansichten van oude gebouwen, kerken, scholen, gemeentehuizen en andere bijzonderheden. Wie kan wat meedelen over de visbank in Herkingen, de redoute in Stad, de weeshuizen in sommige dorpen enz. enz.?
F. den Eerzamen Wittenburgseweg 32, Wassenaar.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 november 1967
Eilanden-Nieuws | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 november 1967
Eilanden-Nieuws | 12 Pagina's