Het ongeluk kwam niet alleen
De wekelijkse vaart die de Zeeuwse mosselschepen maken naar en van de Waddenzee verloopt bijna iedere week vlak en gelijkmatig zij het dan dat mist oj harde wind kunnen zorgen voor wat afwisseling.
Maar soms is er een aaneenschakeling van gebeurtenissen, die plotseling voor een „berichtje" in de krant zorgen. Dit overkwam vorige week de Bru 11 van de firma J, en D. de Koning die samen met het zusterschip de Bru 62, van dezelfde firma de Lek in de buurt van Schoonhoven bevoer. Schipper A. de Koning zag plotseling in de donkere nacht een schijnwerper, die probeerde de aandacht van voorbij varende schepen te trekken. Een schipper uit Hoogeveen bleek bij nader onderzoek met zijn klipperschip op een strekdam te zijn gevaren en men besloot assistentie te verlenen en de klipper vlot te trekken. Dat gelukte wonderwel, de Bru 62 behoefde niet eens te assisteren, het schip werd vlot getrokken en de Bru 11 besloot zijn reis te vervolgen. Maar de schiper had de bemanning
Maar de schiper had de bemanning van de Bru 11 opnieuw nodig, want bij het vlot trekken van het schip, was het stuurrad als een razende gaan draaien (dat komt bij zulke gevallen voor) en de vrouw van de schipper had een klap daarvan gekregen en een gebroken arm, met diepe vleeswonden aan de andere arm daarvan het gevolg. Men besloot om een dokter te gaan halen, waarmede schipper S. de Koning zich belastte. In Schoonoven werd een arts opgezocht die met zijn auto naar de Lek kwam gereden.
Voor schipper S. de Koning, had het aan boord stappen van het aanlegsteiger op het klipperschip geen geheimen, maar ofschoon de schipper de dokter nog waarschuwde even te wachten, dan zou hij een plank uitleggen wachtte de dokter daar niet op, stapte mis en ging kopje onder het koude water van de Lek in. Hij kwam in de meest letterlijke zin tussen de wal en het schip terecht. Aan schipper A. de Koning was het toen weer de beurt de dokter te redden. Hij dook op zijn beurt het diepe donkere water in om de luid schreeuwende dokter te grijpen. Dat gelukte wel, maar toen was men nog niet aan boord, de dokter was groot van postuur, in tegenstelling met zijn redder en Simon de Koning moest zijn vrouw weer te hulp komen, met de pikhaak om de drenkeling, die bij het ongeval zijn bril verspeelde, op te halen.
Aan boord wilde 'de dokter zich niet verkleden, hij verleende samen met de gebroeders de Koning, nu wel geassisteerd door de knecht Jan Bal en L. van Strien en de bemanning van de Bru 62 eerste hulp en in zijn natte plunje reed de dokter met zijn auto via zijn huis, naar het ziekenhuis te Gouda waar de gewonde schippersvrouw werd opgenomen. Hier geldt dus het spreekwoord: dat vroeger wel op sigarenzakjes als rebus vermeld stond: „Een ongeluk komt zelden alleen."
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 december 1967
Eilanden-Nieuws | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 december 1967
Eilanden-Nieuws | 12 Pagina's