Overdenking uit de Heilige Schrift

Meditatie n.a.v. Markus 9 : 4.

Op het gebed van Jezus op de berg der verheerlijking ging de hemel open, ja daalden er hemelbewoners op aarde neer. De hemel raakte de aarde aan toen twee gezaligden de Zaligmaker ontmoetten. Mozes en Elia: De krachtigste dienaren Gods onder het oude verbond.

Tijdens hun leven op aarde hadden zij zeer dicht bij de Heere geleefd en nu waren ze voor eeuwig bij God. Maar zij hadden de hemelse heerlijkheid voor een ogenblik verlaten om met Hem te spreken Die ook voor hen de middelmuur des afscheidsels breken zou. Mozes en Elia: Beiden mochten zij aan het eind van hun leven hier op een bijzondere wijze afscheid nemen van de aarde: zij gingen ten hemel in, doch als een vooruitbetaling op Christus' verdienste!

Hoe anders dan voor hen zal het levenseinde voor de Christus zijn!

Mozes en Elia: De Kerk van de oude dag zag met groot verlangen uit naar Zijn komst. In Zijn Persoon is het Oude Testament vervult, zowel de wet als de profetie. Mozes en Elia: Door hun verschijning wijzen zij erop, dat wat ze bij hun leven leerden n.1. de heiligheid en het recht Gods, de genade en de vergeving Gods; wordt ons verworven door de offerande van Christus. Immers Lukas vermeldt ons dat zij met Jezus spraken over Zijn uitgang die Hij zou volbrengen te Jerusalem. Zonder Zijn uitgang op aarde, voor ons geen ingang in de hemel.

Mozes: 40 dagen en nachten was hij met God op de berg Sinaï. Elia: eveneens 40 dagen en nachten liep hij door de wondere kracht der goddelijke spijze gesterkt naar dezelfde berg, om daar God te ontmoeten. Hier worden zij gezien samen met Jezus Die voor hen God ontmoeten zal in Zijn heüige rechtvaardigheid en ongenaakbaarheid vanwege Zijn gesmade wet en gekrenkte recht. Hier is Jezus met Mozes, de handhaver der wet en met Elia, de handhaver dat de HEERE God is.

Mozes: Hij is van de grootste betekenis voor de geschiedenis van de openbaring Gods. Veertig jaar lang heeft hij Gods Woord gesproken tot het volk in Egypte en in de woestijn. Telkens is hij bij God in de bres gesprongen voor het schuldige volk. Mozes, de middelaar van het oude verbond, de man met wie God sprak van mond tot mond. En toch mocht hij het beloofde land niet binnengaan maar door gebrek aan geloof en door ongehoorzaamheid stierf hij op de berg Nebo.

Wel het land gezien hebbende, maar het niet kunnen betreden vanwege eigen schuld en zonden. Hier spreekt hij met Hem Die om Zijnentwil het hemelse Kanaan verliet opdat hij er voor eeuwig binnen zou gaan.

Elia: Plotseling verschijnt hij in de geschiedenis van Israël. Een groot man van God geroepen als Zijn dienst dreigt onder te gaan in de vloedgolf der Baalcultus die het land overspoelde. Eüa, de onverschrokkene, die voor 450 fanatieke Baaipriesters en al hun aanhang, koning Achab incluis, niet op zij ging. Doch als één vrouw hem bedreigt, gelooft hij niet meer in de almacht en trouw Gods, vlucht en begeert te sterven.

Als vertegenwoordiger van de profeten treedt Elia hier op naast de vertegenwoordiger van de wet. In onze tekst wordt de naam van Elia voor die van Mozes genoemd. Is hij de belangrijkste? Voornamer dan Mozes? Zie toch, lezer, Jezus staat daar bij, van Wie de wet en de profeten getuigen. Dan staat al het andere en dan staan al de anderen op de tweede plaats. Bij Mattheüs en bij Lukas vinden we dan ook de naam van Mozes voorop.

Hoe hebben de discipelen hen herkend? vraagt u wellicht. Wel, God-Zelt zond hen en toonde hiermee dat Hij een God der levenden is en niet der doden en God-Zelf maakte bekend wie deze hemelingen waren. Door een bijzondere openbaring van Gods Geest wisten zij het ontwijfelbaar en onmiskenbaar: Daar staan Mozes en Eüa!

Wat heeft deze geschiedenis ons te zeggen? Nu, hier worden gezien drie blinkende gestalten: Jezus, Elia en Mozes. Maar die laatste twee zijn straks weer weg en Jezus blijft alleen over om Zijn uitgang te Jerusalem te volbrengen. Mozes en Elia konden niet met Jezus meegaan. Met hen kon de wet, kon de profetie, kon de Vader het niet doen. Zo ook voor u en voor mij: met Mozes en Elia, met de wet en met de profeten kunt u en kan ik het niet doen. Net zo min als met de handhaving van de wet en met de belijdenis dat de HEERE God is. Zie maar naar Mozes:

Zo'n heilige, zo'n eenzame figuur; en toch mocht hij Kanaan niet binnengaan! Zie maar naar Elia: Zo'n groot strijder voor God en voor Zijn rechten; en toch daar ligt hij krachteloos onder de doornstruik!

Zie toch op de Ene: Meer dan Mozes, meer dan Elia is hier! Straks in de Hof van Gethsémané is Hij met het recht Gods alleen. Straks op de kruisheuvel Golgotha strijdt Hij de Wet-strijd alleen! O wat kan het u aanlslagen: Zoveel zonden (de wet!) zoveel tekort aan Gods recht (de profeten!). Hoe kom ik ooit met God verzoen? Zeg eens eerlijk, lezer, eerlijk voor God: 't Is doorgaans meer om onze verlossing dan om Gods gerechtigheid en heiligheid te doen. Maar Jezus: Zie Ik kom om Uw wU te doen: in de rol des Boeks is van Mij geschreven.

Zie hier die Ene: Voor wetsovertreders, voor wederhorigen volbracht Hij de uitgang te Jerusalem. Zijn lijden en Zijn gehoorzaamheid opende voor ellendigen en ongehoorzamen de weg naar het Vaderhuis. Zie Hem hier staan naast Mozes en Elia. Jezus had te gelijk met hen ten hemel kunnen varen doch hij verkoos liever tussen twee moordenaars ter helle neder te dalen. Ik schreef: Hij had tegelijk met hen ten hemel kunnen varen. En toch is dat niet waar: Hij had ten hemel kunnen varen, maar dan zou Hij zonder ons, ook zonder Zijn discipelen, ja zelfs zonder Mozes en Elia gegaan zijn. Aanbid toch die onbezweken trouw, die onbegrepen zondaarsliefde, dat eeuwig welbehagen in mensen dat Hem hierhield toen Mozes en Elia weer van Hem heen voeren.

De mensheid gaat gebukt onder een ondraaglijke last van rampen en plagen.

Hij boog zich onder de veel zwaardere last van zondeschuld en slagen. Daarom maakt Hij Zijn uitgang te Jerusalem.

Lijden, dood, hel en graf ging Hij te gemoet, ging Hij door, maar zo maakte Hij de doorgang tot het leven. Gelooft u dat? O, zegt u, ik ben zo bevreesd! Dat lezen we in ons tekstgedeelte ook van de discipelen. Bevreesd voor het licht; bevreesd voor het donker (de wolk).

Maar zij hoorden een stem en zij hoorden naar die stem: Deze is Mijn geliefde Zoon, hoort Hem! En zij zagen niemand meer dan Jezus alleen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen