Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De val van Bergen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De val van Bergen

Historisch verhaal uit het jaar 1572. door JAAP DE KORTE Den Hertog's Uitgeverij — Utrecht.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hij werd door de

pastoor van 't dorp aangeklaagd bij de Inkuisitie wegens ontrouw aan de kerk en om zijn ketterse gevoelens. Spoedig daarna stierf mijn moeder als gevolg van de doorgestane ellende. Kunt ge me nu begrijpen Foppesz.?"

Met doordringende blik kijkt Geert z'n metgezel aan. Foppeszn. antwoordt niet dadelijk. Hij denkt na. Dan zegt hij: „Ik begrijp u volkomen vriend. Toch is uw haat niet goed te keuren want God verbiedt dat in Zijn heilig Woord, 't Is in onze dagen echter niet anders dan wrok en wrevel. We beleven donkere tijden. Gods oordelen hangen laag over ons land. Er wordt veel onschuldig bloed vergoten. Maar 't is alles onze eigen schuld vriend, gelooft ge dat wel?"

„Nogmaals zeg ik u dat ge precies zo praat als mijn vader", antwoordt Geert. „Toch begrijp ik dat niet. Het is me een raadsel."

„De Heere is met Zijn oordelen gekomen in de Nederlanden", zegt Foppesz.

„Hij doet dat om de zonden te straffen en als wij ons niet bekeren van onze boze wegen, zal God doortrekken. Begrijpt ge 't nu beter?"

Geert knikt. „Ge zijt een zonderlinge man", antwoordt hij. „Toen ik zoëeven op de Spanjaarden aanlegde om hen te doden, gaf ge uw afkeer te kennen, terwijl het toch uw achtervolgers zijn. Zoiets begrijp ik niet, maar... ik wil me er ook niet druk om maken om het te begrijpen. Ik heb nu eenmaal geen verstand van die dingen en interesseer me meer voor de jacht.

„Ge hebt tenminste een prachtige eendenbout geschoten", prijst Foppesz. „'t Was een goed schot", beaamt Geert, „maar kom, daar ziet ge reeds het dak van mijn woning. Ik hoop dat mijn zuster nog iets te eten heeft, een goede maaltijd zou me best smaken".

„Hoe zou ze", zegt Foppesz., „ze weet immers niet dat ge een gast meebrengt". Hij blijft plotseling staan. „Het is misschien beter dat ik niet verder met u meega vriend", meent hij. „'t Zou u en uw zuster in nare omstandigheden kunnen brengen. Ik word vervolgd door de Inquisitie en als men mij bij u thuis aantreft wacht u wellicht de strop".

Geert maakt een afwerend gebaar met de hand.

„Juist zulke mensen herberg ik graag", zegt hij. „Kom Foppesz., nu geen bezwaren meer. We wonen hier eenzaam en niemand zal ons hier lastig vallen. Ge zult bij mijn zuster ook zeker welkom zijn". Nu maakt Foppesz. geen bezwaren

Nu maakt Foppesz. geen bezwaren meer. Hij begrijpt dat deze jonge man meent wat hij zegt en dank vervult zijn hart. Dank aan God die in deze dag op wonderlijke wijze zijn leven redde en deze moedige jager wilde gebruiken om hem uit de grijpende klauwen van de vijand te redden.

HOOFDSTUK IV

VERVOLGD OM DES GELOOGS WIL

Verbaasd heeft San de beide mannen het pad zien opkomen. „Wat zullen we nu hebben?" mompelde zij. „Ik geloof warempel dat ik een onverwachte gast krijg. Maar wat is dat? Hun kleren druipen van het water. En waar is Pluto? Er moet wel iets bijzonders gebeurd zijn".

Met de hartelijkheid die haar eigen is heeft San de vreemdeling ontvangen. Beiden, Geert zowel als Foppesz., zijn spoedig voorzien van droge kleren. De kleding van Foppesz. zit hem wel wat ruim, maar hij is allang bUj dat het spulletje droog is.

Ze zitten nu gedrieën gezellig om het haardvuur, dat door San flink is opgestookt. „Nu wil ik toch eerst weten waar

„Nu wil ik toch eerst weten waar Pluto is", zegt San. „Er is iets bijzonders voorgevallen, dat staat bij mij wel vast. Je moet me nu eerst vertellen wat er gebeurd is!" Ze heeft deze vraag tot Geert gericht en deze vertelt in 't kort wat er is voorgevallen. Eerst van de jacht op de eenden. Daarna van het hert en tenslotte van de onverwachte en zonderlinge ontmoeting met Foppesz.

„En nu is het uw beurt om iets te vertellen vriend", meent Geert nadat hij zijn verslag heeft uitgebracht. „Ge vertelde me dat aan uw achtervolging door de Spanjaarden nogal het een en ander verbonden zit, en ik ben dan ook nieuwsgierig daarover iets te vernemen. Ik ben er van overtuigd dat mijn zuster ook graag wil weten wie op 't ogenblik haar gast is en daarom... ga uw gang".

„Wacht nog even Foppesz.", oppert San. „Ge moet eerst wat eten want ge zult wel trek hebben, of heb ik het mis?"

„U hebt goed geraden juffrouw", antwoord Foppesz. lachend. „Ik heb vanaf gisteravond niets gegeten of gedronken".

San haast zich om het eten op tafel te zetten en weldra zetten ze zich rond de tafel en vouwen hun handen. San merkt dat het voor haar gast niet vreemd is de handen te vouwen. Als ook hij met z'n gebed gereed is tasten ze toe en laten zich de maaltijd goed smaken.

Na het eten zetten ze zich voor de tweede maal om het haardvuur.

Foppesz., die tot nu toe weinig gesproken heeft, begint zijn verhaal. „Kan ik hier vrijuit spreken?" vraagt hij vooraf. „Er zijn toch geen mensen die ons kunnen horen?"

„Ge kunt gerust uw gang gaan hoor", stelt Geert hem gerust. „Niemand zal u storen. We wonen hier eenzaam en het gebeurt bijna nooit dat we bezoek krijgen". Foppesz. is gerustgesteld.

„Dan zal ik maar beginnen", zegt hij. Ik heb reeds gezegd, dat ik afkomstig ben uit de Noordelijke Nederlanden. Ik werd geboren in het plaatsje Castricum, dicht aan de westkust van Noord Holland. Dat is nu al bijna dertig jaar geleden. Mijn ouders waren rooms. Vader werkte op 't land om z'n brood te verdienen voor z'n vrouw en drie kinderen. We hadden het goed met elkaar. Allen waren we goed gezond en vader verdiende met noeste vlijt een goed stuk brood. Toen ik twaalf jaar oud was, moest ik reeds met hem mee om verschillende werkzaamheden op het land te verrichten, wat ik steeds met plezier heb mogen doen.

Zo leefden we verschillende jaren voort. Toen kwam echter de slag die ons allen diep trof. Op zekere dag werd moeder ongesteld. Aanvankelijk liet het zich niet zo ernstig aanzien, maar later werd het steeds slimmer. De koorts nam snel toe en het duurde slechts enkele dagen en moeder was niet meer..."

Hier wacht de spreker een ogenblik. Hij kan niet verhinderen dat een traan opwelt in z'n oog, die hij snel wegpinkt alsof hij zich schaamt.

Dan gaat hij verder. „Dat was de grote slag in ons gezin. Het leven ging echter voort met al haar dagelijkse beslommeringen. Als het een mens voorspoedig gaat in z'n leven, bekommert hij zich niet om de dood.

Hij stelt die liever zo ver mogelijk van zich en meent dat het leven nog zo lang is. Zo ging het met mij ook. Ik maakte mij geen zorgen over de dood en de grote eeuwigheid en was de zware slag die ons had getroffen weer spoedig te boven. Trouwens, hoe kon het ook anders. Ik heb al gezegd dat we rooms waren en wat bekommert zich iemand die in de strikken van de satan zit om de dood? Als een roomsgezinde sterft, gaat hij immers naar de hemel? Zo dacht ik ook, maar de Heere kwam mij tegen op mijn weg. Maar laat ik mijn verhaal niet vooruitlopen. Enkele jaren waren verlopen sinds m'n moeder gestorven was, toen ook mijn drie jaar oudere zuster van onze zijde werd weggenomen. Opnieuw trof ons allen dus een zware slag. Maar ook daarna bleven wij ons verharden en leefden even zorgeloos voort alsof er niets gebeurd was.

wordt vcrvolsd

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 22 april 1980

Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's

De val van Bergen

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 22 april 1980

Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's