Minder winst door iiogere bietenprijs

Suiker Unie heeft 1979/1980 afgesloten met een saldo op de exploitatierekening van ƒ 9,3 miljoen (vorig jaar ƒ 9,5 miljoen). De cash flow nam evenwel toe met ƒ 5 miljoen tot ƒ 67,6 miljoen. De coöperatie heeft haar leden voor de In 1979 op aandelen geleverde bieten een hogere prijs betaald: ƒ 105,76 per ton netto (inclusief BTW) bij een suikergehalte van 16 procent. De hierdoor ontstane druk op het saldo van de exploitatierekening werd verlicht door hogere opbrengsten van de nevenprodukten pulp en melasse.

De suikerproduktie van 533.000 ton, afkomstig van 3,6 müjoen ton bieten, bleef achter bij die van 1978/1979, toen 595.000 ton werd geproduceerd uit 4,1 miljoen ton bieten. De produktie van 1979/1980 bleef 17.000 ton onder het voor de coöperatie geldende maximum EEGquotum. De teruggang van de oogst en de ver

De teruggang van de oogst en de verdere stijging van de energieprijzen zijn de voornaamste oorzaken van de toename van de verwerldngskosten per ton bieten (ƒ 99,75 in 1979 tegen ƒ 84,23 in 1978).

De zeer goede verwerkingskwaliteit van de bieten leidde tot een hoog suikerrendement. Ondanks een daling van de bietenoogst met ruim een achtste daalde de opbrengst slecilts met 1,5 procent ofwel met circa ƒ 10 mUjoen tot ƒ 733 miljoen.

Over campagne 1980 wordt naar thans mag worden aangenomen een landelijke suikerproduktie verwacht van 870 a 880.000 ton, waarvan ruim 550.000 ton voor Suiker Unie. Evenals vorig jaar staan tegenover verder gestegen energieprijzen compenserende meeropbrengsten van nevenprodukten, n)et name melasse.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen