De Boerin Van �Vredenhof�
- 2 - Niets zal hij van zijn schatten mee kunnen nemen.
De timmerman met zijn knecht nemen met een korte groet afscheid van boer Stam en even later ziet deze de beide mnnen op de Lekdijk tegen de storm optornen. Het is gelukkig juist even droog, misschien kunnen ze het dorp nog voor de volgende bui bereiken. Nauwelijks zijn ze echter een eind op weg, of de regen klettert in stromen neer.
Een beetje bezorgd kijkt de boer naar de weilanden. Het water in de sloten heeft een onrustbarend peil bereikt. Als het weer zo blijft, dan is er een grote kans, dat de weilanden onder water lopen. De watermolens kunnen het niet aan en met zo'n storm kunnen zij niet malen, de wieken zouden met zo'n enorme snelheid ronddraaien,
dat zij er afzonden vliegen. Dan loopt Stam naar buiten. Hij is er niet gerust op en controleert of alle deuren stevig op slot zijn.
Druipnat stapt hij enkele ogenblikken later de keuken binnen. Daar is het behagelijk warm. Het fornuis staat rood gloeiend, want de temperatuur buiten is zo laag, dat het lijkt alsof er vorst op komst is. Vanmorgen vroeg had het al geijzeld. Wat was het toen glad geweest op de Lekdijk, de paarden konden zelfs niet tegen de oprit op.
Gelukkig was het in de loop van de morgen gaan dooien en opnieuw gaan stormen en regenen.
Moeder Stam en Tonia zijn druk aan het werk. Tonia staat aan de karnton en ondanks het vervelende karwei, want ze moet steeds de karnton met de hand draaien, is zij goed gehumeurd. Moeder leert haar alles, wat een boerin op een hofstee moet kennen. Als zij met Adriaan van der Zande trouwt, wordt Tonia boerin op de grote hofstee van de Van der Zandes, Zover is het nog wel niet, maar lang zal het misschien niet meer duren. Ruim een jaar heeft zij nu al weer verkering met
Ruim een jaar heeft zij nu al weer verkering met de jonge boer. En sinds de tijd dat boer Van der Zande zijn toestemming er aan heeft gegeven, is hij altijd vriendelijk tegen haar geweest. Ook tante Marie is honderd procent meegevallen. Kort geleden heeft Adriaans vader het plan geopperd om de boerderij te verlaten, en met tante Marie naar het dorp te verhuizen, als hij een geschikt huis kon kopen. Tot nu toe heeft de boer geen succes gehad, er was geen enkel huis te koop. Dat was wel jammer en om een nieuw huis te laten bouwen, nee, daar voelde Van der Zande niet veel voor. De enige oplossing is om te wachten. „Heb je het al gehoord vrouw, het gaat niet goed
„Heb je het al gehoord vrouw, het gaat niet goed met Wirts", begint Stam, die zijn handen warmt boven het fornuis.
Tonia schrikt op uit haar gedachten.
„Wat zei vader over Wirts?" Ze heeft het niet goed gehoord.
„Wat is er met Wirts vader?"
Tonia laat de karnton even rusten en kijkt haar vader vragend aan.
„Nou, ik zei tegen je moeder, dat het niet goed gaat met Wirts".
„En ik heb hem een paar dagen geleden nog door de Dorpsstraat zien lopen!" „Dat kan wel, maar het is gauw gekomen hoor, zo
„Dat kan wel, maar het is gauw gekomen hoor, zo is een mens gezond en zo is hij ziek of erger nog", antwoordt Stam op langzame toon. „Zou het erg zijn man?", informeert moeder.
„Zou het erg zijn man?", informeert moeder.
„De timmerman vertelde me zojuist, dat het er wel niet met hem zal komen".
„Ontzettend".
Vrouw Stam verbleekt. „Wat erg is dat", voegt zij er aan toe.
„Wat erg is dat", voegt zij er aan toe. „Wat mankeert hij?" vraagt Tonia, terwijl zij de
„Wat mankeert hij?" vraagt Tonia, terwijl zij de karnton weer op gang brengt. „Dat wist de timmerman ook niet te vertellen".
„Dat wist de timmerman ook niet te vertellen". Tonia moet opeens denken aan Neel, de dochter
Tonia moet opeens denken aan Neel, de dochter van de rijke rentenier. Als haar vader eens stierf. dan zou Neel alleen overblijven. Trouw heeft zij na de dood van haar moeder haar vader verzorgd. Als alles volgens de plannen was verlopen, dan had Neel al lang met Adriaan van der Zande getrouwd kunnen zijn. Boer Van der Zande had het zo gewild. Tonia rilt bij de gedachte. Voor Neel is het vervelend genoeg geweest, dat Adriaan haar niet als zijn vrouw wilde hebben. Het heeft ook veel ruzie op de hofstee gebracht, maar er is gelukkig niets van terecht gekomen. Als Adriaan met Neel was getrouwd, dan zou zij nooit op het dorp zijn gebleven. Zij had dit niet kunnen zien en zich verhuurd hebben bij een boer in een andere omgeving. Maar niet Neel, maar zij zal over hopelijk niet al te lange tijd boerin zijn op de grote hofstee van boer Van der Zande. En dat is iets, wat Tonia nog steeds niet kan begrijpen. Het is waar, een arbeidersmeisje is zij niet meer, maar haar vader is, ook al gaan de zaken goed, uiteindelijk toch maar een klein boertje, vergeleken bij Van der Zande. Zij doet het echter niet voor het geld, dat weet zij al te goed, maar zij houdt van de jonge boer en omgekeerd is het ook zo, daar twijfelt zij niet aan. Slechts één wens heeft Tonia, zij heeft dit echter nog niet tegen Adriaan gezegd. De hofstee van Van der Zande heeft geen naam. Als zij er gaat wonen, dan zou ze graag de boerderij de naam van 'Vredenhof willen geven. Moeder heeft haar wel eens een verhaal voorgelezen waarin de naam 'Vredenhof voorkwam. De storm begint nog meer aan te wakkeren. Het
De storm begint nog meer aan te wakkeren. Het wordt noodweer. Grote zwarte regenwolken drijven er langs het zwerk. Tonia huivert. Als het zo blijft, dan is het voor Adriaan geen doen vanavond om naar hier te komen. Hij zou in het donker van de weg af in de Lek waaien. Straat lantaarns zijn er allen in het dorp te vinden. Het zou niet de eerste keer zijn, dat er iemand op deze manier in de rivier verdronk. Als Tonia klaar is met het karnen is het tijd om te melken. Samen met Jan, die een minuut of tien geleden ook in de keuken is gekomen, gaat ze naar de stal. Het valt deze keer niet mee om te melken, de koeien zijn onrustig geworden door de huilende wind. Tonia en Jan hebben dan ook de grootste moeite om de melk heelhuids uit de stal te krijgen. Stam. die ook weer naar de schuur is gekomen, gooit de emmers met melk over in de gereedstaande melkbussen en neemt dan zelf ook plaats onder een koe. Stug werken zij verder. Er wordt geen woord gewisseld, zij kunnen elkaar toch niet verstaan. Tonia voelt zich tussen de koeienlijven niet erg op haar gemak. Als zij een klap met een van de poten zou krijgen, dan zijn de gevolgen niet te overzien. Het is al een paar keer gebeurd, dat de emmer bijna omver werd geschopt. Plotseling...
Boven het gehuil van de storm klinkt een geweldig gekraak. Tonia schrikt geweldig. Haar handen beginnen te beven. Wat gebeurde er?
Boer Stam is opgesprongen, zet vliegensvlug zijn emmer een eind achter de koe en rent naar buiten.
Hij kan echter niets bijzonders ontdekken en toch moet er in de onmiddellijke omgeving iets gebeurd zijn, dat kan haast niet anders. Tonia en Jan komen ook aanlopen en met zijn drieën lopen ze de schuur en het huis rond. Ook bij de hooiberg kunnen zij echter niets ontdekken. Alles is gelukkig in orde.
Opeens blijft Tonia staan.
„Luisterf, zegt ze, „ik hoor iets", (wordt ven'olgd)
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 augustus 1991
Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 augustus 1991
Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's