Streekarchief verhuist mogelijk naar Brielle

Het huidige Streekarchief Goeree-Overflakkee kampt met een aantal knelpunten: het team van het Streekarchief is klein en kwetsbaar, wat de dienstverlening in gevaar zou kunnen brengen. Bovendien ontbreekt het volgens het college aan bepaalde kennis en faciliteiten, zoals een e-depot voor het beheer van digitale archieven.

In samenwerking met het Streekarchief Voorne-Putten, een gemeenschappelijke regeling van de gemeenten Voorne aan Zee en Nissewaard, is besloten om de mogelijkheden van deelname aan een gezamenlijke archiefdienst te onderzoeken. Er is positief overleg geweest tussen de gemeente Goeree-Overflakkee en het Streekarchief Voorne-Putten, wat heeft geleid tot het besluit om een businesscase te laten uitvoeren. Hierin zijn de voor- en nadelen, kosten en baten van deelname geanalyseerd. Uit de businesscase blijkt dat deelname aan de gemeenschappelijke archiefdienst financieel aantrekkelijk is en verbeteringen biedt op het gebied van kwaliteit, personeelskansen en kwetsbaarheid. Op basis hiervan heeft het college het principebesluit genomen om deel te nemen aan de gemeenschappelijke archiefdienst.

Voordat het definitieve besluit kan worden genomen, wordt advies gevraagd aan de Medezeggenschap. Aangezien deelname aan een gemeenschappelijke regeling organisatorische veranderingen met zich meebrengt, is het volgens het college belangrijk dat dit proces volgens de juiste procedures verloopt. Het Streekarchief Voorne-Putten wordt op de hoogte gebracht van het principebesluit en voorgesteld om gezamenlijk een uitvoeringsplan en een voorstel voor een nieuwe gemeenschappelijke regeling op te stellen. Wel heeft het college vooraf een aantal randvoorwaarden vastgesteld waaraan dit voorstel moet voldoen. "Die gaan onder meer over de personele consequenties. Een andere randvoorwaarde is dat archieven en collecties die in bruikleen zijn gegeven bij de gemeenschappelijke archiefdienst onder dezelfde voorwaarden moeten worden beheerd als nu gebeurt bij het Streekarchief Goeree-Overflakkee." Daarnaast worden andere betrokken partijen, waaronder archiefvormers van archieven die in bruikleen zijn gegeven, op de hoogte gebracht van de plannen.

Het uiteindelijke voorstel voor een gemeenschappelijke regeling zal aan de raad worden voorgelegd, waarbij er een periode van acht weken is om zienswijzen op het voorstel te geven. Deze zienswijzen zullen worden verwerkt in het definitieve voorstel, waarbij ook de raden van de andere deelnemers betrokken worden. Als de gemeenteraad instemt met het voorstel, kan het principebesluit worden omgezet in een definitief besluit. Uiteraard moeten ook de raden van de andere deelnemende gemeenten toestemming geven voor de gemeenschappelijke regeling.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen