Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Daniël spreekt tot God

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Daniël spreekt tot God

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Gebedsleven van Daniël

Wat God al jaren geleden voorzegd heeft, gebeurt. Het koninkrijk gaat over naar de Meden en Perzen. De Meder Darius wordt koning. Hij stelt 120 stadhouders aan over het hele koninkrijk. Zij moeten het land regeren. Boven de stadhouders staan drie onderkoningen. Eén van deze onderkoningen is Daniël. Na verloop van tijd heeft koning Darius wel door dat Daniël zijn werk bijzonder goed doet. De Heere is met hem en daardoor ontvangt hij veel wijsheid. Koning Darius is hier heel blij mee. Hij is eigenlijk van plan om Daniël aan te stellen als onderkoning over zijn hele koninkrijk. De andere onderkoningen en de stadhouders kunnen dit niet hebben. Ze zijn jaloers. Ze steken hun hoofden bij elkaar en samen zoeken ze naar een mogelijkheid om Daniël bij de koning aan te klagen. Maar helaas, er is niets wat ze maar bedenken kunnen. Het enige waar ze iets op aan kunnen merken is zijn godsdienst. Wat is dat erg, want nu zijn ze niet alleen vijanden van Daniël maar ook van de Allerhoogste God. En nog durven ze iets te zoeken tegen deze heilige God. Dat is gevaarlijk. Met een grote groep gaan ze naar koning Darius. Ze weten best dat Darius veel van Daniël houdt. Daarom doen ze net alsof Daniël ook bij het plan betrokken is. Ze zeggen dat alle regeerders van het land dit plan verzonnen hebben. En helaas, Darius heeft niets door. Hij vindt het wel een goed plan dat niemand iets mag vragen aan iemand anders, behalve aan hem.

Daniël heeft ook gehoord welk bevel de koning gegeven heeft. Dit bevel verandert echter nog niets aan zijn dagelijkse gewoonte. Net zoals anders gaat Daniël drie keer per dag naar zijn kamer. Deze kamer heeft open vensters aan de kant van Jeruzalem. Hij bidt en looft zijn God.
Daniël kan niet zonder het gebed. Alles wat hij meemaakt, legt hij neer voor de Heere. Hij vraagt wat hij moet doen en hij krijgt antwoord van God. Dit is voor Daniël belangrijker dan een wet van Meden en Perzen. Hij moet zijn God meer gehoorzaam zijn dan de mensen. De stadhouders zijn er snel bij. En ja hoor, ze horen hem bidden. Snel gaan ze naar de koning. Nu heeft Darius hen door. Dat was dus de bedoeling! Ze wilden Daniël te pakken nemen. Wat moet hij nu doen? Hij wil Daniël niet missen, want hij is een wijze man en hij houdt veel van hem. Maar ja, hij heeft zelf een wet van Meden en Perzen opgesteld en die mag niet gewijzigd worden. Wat jammer dat Darius niet net zoals Daniël God in alles gehoorzaam is. Dan had hij Daniël nooit in de leeuwenkuil gegooid. Nu doet hij dat wel. Maar gelukkig zien we wel dat Darius gelooft dat deze God Daniël kan bewaren; ook in de leeuwenkuil. Die nacht kan Darius niet slapen. Terwijl Daniël in de leeuwenkuil zit, is Darius aan het vasten. Als het nog maar net morgen begint te worden, haast koning Darius zich naar de leeuwenkuil. Vol verdriet klinkt zijn stem als hij roept: 'O Daniël, gij knecht des levenden Gods, heeft ook uw God, Dien gij geduriglijk eert, u van de leeuwen kunnen verlossen?' Darius belijdt dat God een levende God is. Hij heeft gezien dat Daniël door hele moeilijke situaties heen trouw bleef aan zijn God. En hij gelooft dat deze God zulke grote wonderen kan doen dat Hij zelfs de muilen van de hongerige leeuwen dicht houdt. Daniël antwoordt: 'O Koning, leef in eeuwigheid! Mijn God heeft Zijn engel Gezonden, en Hij heeft den muil der leeuwen toegesloten, dat zij mij niet beschadigd hebben, omdat voor Hem onschuld in mij gevonden is; ook heb ik, o koning, tegen u geen misdaad gedaan.' Weer horen we hoe Daniël de eer aan Zijn God geeft. Hij heeft een engel gezonden om Daniël bij te staan en Hij heeft de muilen van de leeuwen gesloten. Er staat dat Daniël bewaard is omdat hij op zijn God vertrouwde. Zijn geloof werd wel beproefd. Als je op God vertrouwt dan hoef je in de moeilijkste omstandigheden niet bang te zijn. Je leven is in Zijn hand. Voor de mensen die dit plan voor Daniël gemaakt hebben, valt het niet mee. Darius geeft bevel dat zij zo snel mogelijk met hun vrouwen en kinderen in de leeuwenkuil geworpen moeten worden. Weer zien we dat je met God en Zijn kinderen niet kunt spotten. Als je dat wel doet, zul je gestraft worden. Darius heeft de grootheid van God gezien. Die God die wonderen en tekenen doet in hemel en op aarde, moet gediend worden. Hij stuurt een brief rond in zijn hele rijk dat iedereen voor de God van Daniël moet vrezen en beven. Darius heeft gezien hoe God werkt en hij vertelt het gelijk aan iedereen door. Zo wordt Gods Naam geprezen. Als je Gods grootheid ziet, ga je  dat wel aan andere mensen door vertellen. Dan wil je dat iedereen dat te weten komt. En zo zorgt de Heere ervoor dat Zijn werk doorgaat.


De kamer waar Daniël drie keer per dag bidt, heeft open vensters (ramen) aan de kant van Jeruzalem. Waarom, denk je?

Daniël was God meer gehoorzaam dan de wet van Meden en Perzen. Darius hield zich aan de wet van de Meden en Perzen en gooit Daniël in de leeuwenkuil. Had Darius ook de wet van de Meden en Perzen ongehoorzaam kunnen zijn?

Terwijl Daniël in de leeuwenkuil zit, is Darius de hele nacht wakker. Hij vast. Wat is vasten? Moeten of mogen wij ook wel eens vasten? Wanneer?

Lees Mattheüs 6 : 16-18. Wat kun je daaruit leren? In Mattheus 6 : 5-8 gaal het over het bidden. In elk vers staat minstens één les voor ons. Welke lessen? Probeer daar de komende week eens aan te denken wanneer je bidt.

Zou God vandaag nog iemand uit de leeuwenkuil kunnen redden?

Daniël zegt dat hij onschuldig is voor Gods aangezicht. Kun jij dat ook zeggen?

Daniël zegt dat hij geen kwaad gedaan heeft tegen Darius. Maar hij was toch ongehoorzaam aan zijn wet? Hoe zit dat?

Daniël vertrouwde op God. Toch kwam hij in moeilijke omstandigheden. Hij kwam zelfs in de leeuwenkuil terecht. Zoek Psalm 34 : 20 eens op in je Bijbel. Wat kun je hieruit leren?

Darius heeft de grootheid van God gezien en hij vertelt het direct door aan iedereen in zijn hele rijk. Ken jij ook de grootheid van de God Die wonderen doet? Vertel jij daar ook over?

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 februari 2000

Mivo +14 | 24 Pagina's

Daniël spreekt tot God

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 februari 2000

Mivo +14 | 24 Pagina's