Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ethische afwegingen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ethische afwegingen

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

In het vorige hoofdstuk zijn gaandeweg al enkele voorbeelden van de toepassing van genetische manipulatie aan de orde gekomen. In dit hoofdstuk zetten we opnieuw enkele toepassingen op een rijtje, zodat duidelijk zal worden hoe breed toepasbaar de techniek is.

Vragen

Maar behalve deze overwegingen spelen misschien ook de volgende vragen mee: kan ik het wel maken om een auto te hebben? De wegen zijn al overvol, moet ik daar ook nog aan bijdragen? Autorijden is slecht voor het milieu, kan ik dat wel verantwoorden? De laatste vragen hebben te maken met normen, met hoe je over 'goed' en 'kwaad' denkt, wat je wel en wat je niet vindt 'kunnen', of met andere woorden: met moraal. Bij veel problemen speelt moraal een rol, maar meestal onbewust. De buurman fluit altijd zo hinderlijk, mag ik om die reden een steen door z'n ruit gooien? Dat is uiteraard geen vraag. De norm dat je iemands ruiten niet ingooit omdat hij je irriteert, is de meeste mensen heel duidelijk.

Onze maatschappij verandert snel. De techniek ontwikkelt zich met een enorme snelheid. Bij de problemen die dit met zich meebrengt, spelen zoveel normen, belangen, gevolgen en principes mee, dat het moeilijk is er vat op te krijgen. Dan is het belangrijk na te denken, te overleggen, te argumenteren en uiteindelijk een beslissing te nemen over wat we nu eigenlijk goed en kwaad vinden. Dat nadenken, overleggen, argumenteren en beslissen over onze moraal noemen we ethiek. Ethische argumenten spelen een rol in belangrijke maatschappelijke discussies. De vraag of genetische manipulatie toelaatbaar is, is zo'n maatschappelijk discussiepunt. Is het toegestaan om erfelijke eigenschappen van planten, dieren of mensen te veranderen? Aan die vraag zitten verschillende ethische kanten.

Christelijke ethiek

Maar voordat we toe zijn aan het beantwoorden van de vraag of genetische manipulatie aanvaardbaar is of niet, moeten we nagaan wat het uitgangspunt of de basis is voor onze normen. Voor sommigen is dat het eigen 'ik': datgene is goed, wat voor mij goed of prettig is. Anderen vinden goed, wat tot nut is van zoveel mogelijk mensen.

Een christen zal de Bijbel als uitgangspunt nemen. Prof. dr. J. Douma geeft in zijn boek Verantwoord handelen een eenvoudige definitie van christelijke ethiek: "de bezinning op het verantwoord handelen van de mens jegens God en zijn naaste". In de christelijke ethiek gaat het niet alleen om wat wel en niet mag (geboden en verboden), maar ook om de gezindheid. Opnieuw Douma: "Gezindheid, daad en gevolg zijn drie aspecten van het ethisch handelen. We kunnen ze wel onderscheiden, maar we moeten ze niet scheiden. (...) We moeten voor alle drie aandacht hebben in het verantwoord handelen van de mens. Wat hij denkt, wat hij doet en wat hij teweegbrengt". Kortom: als het gaat om de beoordeling van genetische manipulatie, gaat het niet alleen om de daad zelf (dus het toepassen van de techniek) maar óók om de doelstelling en de gevolgen ervan.

Bijbelse gegevens over de schepping

In het boekje 'Genen in het geding; SGP-visie op genetische manipulatie' noemt Dr. R. Seldenrijk een aantal bijbelse gegevens over de schepping:

De natuur kent een grote verscheidenheid aan levensvormen: schimmels, planten, vissen, reptielen, vogels, enzovoorts. De Bijbel leert ons dat de natuur met planten, dieren en mensen voortkomt uit de hand van God (Gen. 1:2). Sindsdien onderhoudt en regeert Hij hemel en aarde met alle schepselen (zieo.a. jes. 40:12-26).

Duidelijk komt in de Bijbel naar voren dat planten en dieren in een grote verscheidenheid zijn geschapen. De verscheidenheid die we kunnen waarnemen tussen groepen planten en dieren is terug te voeren op het feit dat zij geschapen zijn 'naar hun aard' (Gen. 1:11, 12, 21, 24 en 25), in zogeheten scheppingsgroepen. Door onderling vermenigvuldigen of door menselijk ingrijpen konden binnen een scheppingsgroep (bijvoorbeeld hondachtigen of katachtigen) veel soorten en rassen voortkomen. Zo is binnen één scheppingsgroep een enorme variatie ontstaan. Tussen groepen is echter een afstand blijven bestaan. Een hond en een kat bijvoorbeeld zijn niet te kruisen. Zo blijft het patroon van onderscheidbare scheppingsgroepen gehandhaafd. God verbiedt ook het voortbrengen van bastaarden, van nakomelingen van dieren en planten van verschillende soorten en de vermenging van mens en dier (zie o.a. Lev. 19:19; 20:15,16).
Uit de Bijbel kunnen we richtlijnen opdoen voor de waarde en de beschermwaardigheid van planten, dieren en mensen.

Vanaf het begin van de wereld wordt de flora gebruikt, onder meer als voedsel voor de mens (Gen. 1:29).

Planten hebben geen bewustzijn en ze krijgen van Adam geen namen (Gen. 2). Dat wijst er op dat planten een verschillende positie hebben ten opzichte van dier en mens. Dat betekent niet dat de plantenwereld daarmee vogelvrij is en dat wij daarmee kunnen doen wat we willen. Het behoort tot de verantwoordelijkheid van de mens om ook planten te beschermen en daarmee de vormenrijkdom, zoals God die bedoelde in de schepping, te handhaven.

In tegenstelling tot planten hebben dieren wel een herinneringsvermogen en een zekere mate van bewustzijn (zie Jes. 1:3). Het dier kan echter niet in verantwoordelijkheid kiezen en handelen, zoals de mens dat kan. Het dier is immers niet geschapen naar het beeld van God, zoals de mens dat is. Hoewel er een oneindig onderscheid is tussen God en mens, zegt de Bijbel toch dat wij zijn 'van Gods geslacht' (Luk.3:38), geschapen naar Gods beeld (Gen 1:26,27,31). Het menselijk leven is dus van een heel andere aard dan dat van andere levensvormen. De mens is geschapen naar 'Gods beeld' en het dier naar 'zijn aard' en in grote verscheidenheid. Wie de mens aantast, heeft met God te maken. Anders dan bij dieren (die sinds de zondeval zelfs mogen worden gegeten (Gen. 9:2)) is het verboden om de mens te doden.

Grenzen voor genetische manipulatie

Hiervoor zijn enkele bijbelse gegevens over de schepping genoemd. Het is en blijft echter heel moeilijk om aan de hand daarvan te bepalen of genetische manipulatie geoorloofd is of niet. Wel geeft de Bijbel een aantal absolute grenzen aan voor de omgang met de schepping:

  • menselijk leven mag niet worden beëindigd,
  • scheppingsgroepen mogen niet worden uitgewist (ofwel: de mens heeft de verantwoordelijkheid de scheppingsgroepen te beschermen tegen uitsterven),
  • en hiermee verband houdend: er mag geen vermenging van het totaal van eigenschappen optreden (ofwel: bastaardering is niet toegestaan).

Naast deze absolute grenzen die de Bijbel aangeeft, zijn er ook andere aspecten waarop de genetische technieken beoordeeld kunnen worden.

Ondermeer speelt het doel dat men met de genetische technieken beoogt, een rol. Wat heeft de wetenschapper voor ogen bij zijn werk? Is zijn doel een goed beheer van de schepping óf gaat het hem er om een toren van Babel te maken 'welks opperste in de hemel zij' (Gen. 11:4)? Wil de mens in de plaats treden van God de Schepper?

Het is goed om ons in dit verband te realiseren hoe God de aarde geschapen heeft. De schepping is voortgekomen uit de hand van een almachtig God en alles was zeer goed (Gen. 1:31).

Zo goed is het niet gebleven. De mens, die als God wilde zijn, heeft de schepping verdorven (Ps. 14:1-3; Rom. 8:18-22). Ziekte, lijden en de dood zijn het gevolg van het nietgehoorzamen aan de geboden van God.

Probeert de mens nu door de techniek van genetische manipulatie de gevolgen van de zondeval weg te moffelen? Of mogen we de techniek accepteren als een middel om leven en welzijn te bevorderen?

De veranderingen die genetische manipulatie met zich meebrengt, zijn ingrijpend en onomkeerbaar. Erfelijke eigenschappen worden veranderd. Een heel wezenlijke vraag is of deze veranderingen niet in strijd zijn met het gegeven dat God de schepselen specifieke eigenschappen heeft gegeven. Mag de mens deze eigenschappen dan veranderen?

Een tweede punt van discussie is het feit dat door genetische manipulatie het 'naar hun aard geschapen zijn' aangetast wordt. Maar kan je zeggen dat door het veranderen van één eigenschap (bijvoorbeeld het inbouwen van het gen voor menselijk lactoferrine in een koe) daarmee de aard of het wezen van het dier en zijn nakomelingen is aangetast? We hebben gezien dat de Bijbel geen ruimte laat voor ingrepen waardoor de verschillen tussen soorten worden uitgewist en de 'aard' verloren gaat. Echter, bij het overbrengen van erfelijke informatie van het ene organisme naar het andere gaat het meestal om een zeer klein deel van het totaal aan erfelijk materiaal

Daarnaast maakt het -alleen gevoelsmatig al!- wel degelijk verschil of we het hebben over genetische manipulatie bij een bacterie, een plant, een dier of een mens. Het feit dat het leven op aarde, van bacterie tot mens, een toenemende organisatiegraad kent, speelt mee in de ethische beoordeling van genetische manipulatie

Ook als we na een lange zoektocht een aantal argumenten op een rij hebben staan, blijft het heel moeilijk om zondermeer een uitspraak te doen of 'genetische manipulatie nu wel of niet kan'. We moeten erkennen dat het moeilijk is om op grond van bijbelse gegevens een duidelijk 'ja' of 'nee' te geven. Hoewel het misschien niet of nauwelijks mogelijk is om gegronde principiële bezwaren te hebben tegen genetische manipulatie, kunnen we de ontwikkelingen op dit gebied toch als huiveringwekkend ervaren. Bij genetische manipulatie gaat het om een techniek die diep ingrijpt in het natuurlijk leven. De ontwikkeling is in gang gezet, maar waar zal deze eindigen? De mogelijkheden, maar ook de (negatieve) gevolgen, zijn niette overzien.

Bij het vormen van een mening over genetische manipulatie zal je dus met vragen blijven zitten. Vragen die we in deze schets niet afdoende hebben kunnen beantwoorden. Ieder moet zich realiseren dat hij voor al zijn daden persoonlijk verantwoordelijk is voor God. leder geldt de roeping: "Geef rekenschap van uw rentmeesterschap" (Luk. 16:2). Als rentmeester dienen we uit liefde voor de schepping te handelen. Daarvoor is wijsheid nodig, maar veel meer nog de leiding van de Heere in ons leven.

God heeft ons de opdracht gegeven om in dienst van Hem te leven en de naaste en de maatschappij te dienen. Daardoor dient ons handelen getekend te worden.


Genetische manipulatie

293. Genetische manipulatie met dieren en planten moet uiterst kritisch worden tegemoetgetreden. Proeven die zo ver gaan dat de grenzen tussen mensen en dieren en tussen dieren onderling vervagen, moeten worden afgewezen. Het leggen van octrooi op (genetisch gemanipuleerde) vormen van leven dient verboden te worden.

Uit: Verkiezingsprogramma 1994 - 1998, SGP


Genetische manipulatie: ethisch verantwoord?

In de SGP-studie 'Genen in het geding; SGP-visie op genetische manipulatie'worden een aantal uitspraken of meningen van christen-ethici op een rijtje gezet. Uit de uitspraken blijkt dat de meeste christenen ruimte open laten voor het toepassen van genetische manipulatie. De meesten wijzen de techniek niet zondermeer af.De RPF schrijft in haar landbouwnota: "Genetische manipulatie is slechts aanvaardbaar ten behoeve van zwaarwegende gezondheidsbelangen van mens en dier (...)".

Hoewel aarzelend en slechts onder bepaalde voorwaarden biedt de RPF ruimte voor het toepassen van de techniek.

Prof. dr. J. Douma stelt: "Met het rentmeesterschap, gekenmerkt door bewerken, helen, beschermen en bewaren, hebben we naar mijn overtuiging de draad in handen, die ons veilig door het labyrint van de genetische manipulatie kan voeren".

Hoewel Douma zich bewust is van de gevaren van genetische manipulatie, is hij van mening dat het bijbels rentmeesterschap voldoende duidelijke richtlijnen biedt voor de beoordeling ven het omgaan met genetische manipulatie.

Dr. R. Seldenrijk wijst onder meer op de risico's en gevaren die aan het manipuleren met de erfelijkheid verbonden zijn. Hij waarschuwt tegen de ontwikkelingen in de medische wereld en de landbouw. Anderzijds erkent hij dat de genetische techniek positieve mogelijkheden biedt bij het genezen van bepaalde ziekten.

Seldenrijk onderkent dat het niet eenvoudig is om een afgerond ethisch oordeel te hebben over de verschillende vormen van genetische manipulatie.


En God zag al wat Hij gemaakt had, en zie, het was zeer goed. Gen. 1: 31

Want wij weten, dat het ganse schepsel te zamen zucht en te zamen als in barensnood is tot nu toe. Rom. 8:22

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 november 1995

Mivo +16 | 24 Pagina's

Ethische afwegingen

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 november 1995

Mivo +16 | 24 Pagina's