Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

WESTMINSTER CONFESSIE

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

WESTMINSTER CONFESSIE

HET HEILIG AVONDMAAL

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een belangrijk theologisch verschilpunt ten tijde van de Reformatie en de tijd erna, betrof de visie op het sacrament van het Heilig Avondmaal. Er was een duidelijk verschil in mening tussen Luther, Calvijn en Zwingli. En uiteraard met de opvattingen van de Roomse Kerk. Het is daarom niet verwonderlijk dat we in het belijden van de WCF over het Heilig Avondmaal zowel kunnen lezen hoe zij de instelling van Christus ziet en welke opvatting ze op grond daarvan verwerpt. De WCF gaat in acht paragrafen uitgebreid in op het sacrament.

WAT IS HET HEILIG AVONDMAAL DES HEEREN?

In het eerste artikel wordt duidelijk door Wie en wanneer het Avondmaal is ingesteld: de Heere Jezus Christus Zelf stelde het in tijdens de nacht dat Hij verraden werd. Dit sacrament van Zijn lichaam en bloed heeft Christus ons gegeven opdat het tot aan het einde van de wereld zal onderhouden worden. Het sacrament is allereerst een voortdurende gedachtenis aan Christus’ offer. Dat was de positie van Zwingli. Maar het is meer. De dood van Christus bracht weldaden met zich mee. En die weldaden worden aan de oprechte gelovigen verzegeld. Aan de tafel des Heeren worden zij geestelijk gevoed opdat ze mogen groeien in Christus Jezus. Hier zien we de positie van Calvijn. Christus is geestelijk aanwezig in de tekenen van brood en wijn. Er gebeurt dus iets wezenlijks bij de bediening van het sacrament. Door het geloof ontvangt Gods kind voedsel. Geestelijk voedsel voor mensen met geestelijke honger. Zalig zijn zij die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid. En de uitwerking daarvan is dat ze ‘steeds meer in beslag genomen worden door de plichten die ze aan Hem verschuldigd zijn’. Hier komt het verbondskarakter van het sacrament openbaar. Al de zegeningen van het Nieuwe Verbond worden in het Heilig Avondmaal getoond, verzegeld en toegepast aan de gelovigen. En dat kan niet zonder vrucht blijven. Dan zal de gelovige ook in de praktijk van het leven tonen dat hij begeert dat Verbond te onderhouden. Zo vormt het Heilig Avondmaal ‘een kenmerk van Christelijk belijden, van trouw van een inwoner van het Koninkrijk der hemelen’ (A.A. Hodge).

Een tweede doel van het Heilig Avondmaal is openlijk de gemeenschap der heiligen te tonen. Samen vormen ze de leden van het ene lichaam en het ene bloed. 1 Korinthe 10:17: ‘Want één brood is het, zo zijn wij velen één lichaam; dewijl wij allen aan één brood deel hebben’. Naast het zichtbaar maken van deze gemeenschap dient het sacrament ook om die gemeenschap te versterken. Aan de eenheid met het ene hoofd Christus is onlosmakelijk de gemeenschap met allen die in het Hoofd zijn, verbonden.

DE TEKENEN

De uiterlijke tekenen van brood en wijn worden apart gezet voor het sacrament. Hiervoor wordt gewoon dagelijks brood en gewone wijn gebruikt. De tekenen zijn alleen symbolen. Zoals het eten van brood en het drinken van wijn het lichaam onderhoudt, zo onderhouden het lichaam en bloed van Christus het geestelijke leven van Gods Kerk. Brood en wijn worden alleen ‘op sacramentele wijze met de naam genoemd van de dingen die ze vertegenwoordigen’.

HOE MOET HET AVONDMAAL BEDIEND WORDEN?

Naast de betekenis van het Heilig Avondmaal, spreekt de WCF zich ook uit over bediening van het sacrament. De WCF spreekt over het zegenen van de tekenen. Ook ons klassieke avondmaalsformulier spreekt over zegenen: ‘De drinkbeker der dankzegging, die wij dankzeggende zegenen’. Sommige predikanten houden dan een hand zegenend boven de beker. De indruk zou hiermee gewekt kunnen worden dat deze zegen iets toevoegt aan de inhoud van de drinkbeker. Ds. J. Westerink merkt in zijn Doet dat tot Mijn gedachtenis op: ‘De Griekse woorden die in de evangeliën gebruikt worden, kunnen het beste omschreven worden als: de Heere in dankbaarheid prijzen. Wij zegenen brood en wijn niet, ook de dienaar doet dat niet. We bidden om die zegen.’ In het commentaar van Archibald Alexander Hodge (1823-1886), A Commentary on the Confession of Faith, horen we een zelfde geluid. De wijding vind plaats door de herhaling van de instellingswoorden van Christus, zoals Hij die gebruikt heeft tijdens het instellen van het sacrament. Dit gaat samen met een gebed, waarin de goddelijke zegen over de tekenen voor de waardige deelnemers is inbegrepen. Tevens dat die tekenen die tijdens het avondmaal gebruikt worden, hiervoor apart gezet van het normale gebruik, hiertoe geheiligd mogen worden. Dus het brood en de wijn die overblijven zijn niet geheiligd en kunnen gewoon genuttigd worden.

De dienaren moeten het brood nemen en breken, de drinkbeker nemen en deze beide uitreiken aan de avondmaalgangers die aanwezig zijn. Nadrukkelijk merkt de WCF hierbij op dat de dienaar ook zelf deelneemt aan het sacrament. Ook wordt opgemerkt dat deze tekenen niet uitgereikt mogen worden aan iemand die op dat moment niet aanwezig is in de gemeente. Dit om misbruik van het sacrament tegen te gaan. Het Heilig Avondmaal is in essentie een gemeenschapsmaaltijd, waarin de gelovigen met Christus en hun mede-gelovigen gemeenschap oefenen door samen te eten van het ene brood en te drinken uit de ene beker. Hodge merkt hierbij op dat in uitzonderlijke situaties het Avondmaal thuis bediend mag worden. Dit in het belang van bijvoorbeeld een christen die door langdurige ziekte voor lange tijd niet kan deelnemen in de gemeente. Het is dan wel nodig dat de bediening plaatsvindt door een ambtsdrager in aanwezigheid van voldoende gemeenteleden, zodat het karakter van het sacrament gehandhaafd blijft.

VOOR WIE IS HET HEILIG AVONDMAAL NIET?

Onwetende en goddeloze mensen zijn ongeschikt om gemeenschap met Christus te genieten. Zij zijn daarom ook onwaardig om aan de tafel van de Heere aan te gaan. Zolang deze mensen hierin volharden, kunnen ze ook niet aan het Avondmaal deelnemen. Doen ze dat wel, dan zondigen ze zwaar tegen Christus. Daarom mogen ze ook niet toegelaten worden. Hier ligt dus ook een ambtelijke taak ter bescherming van de persoon en de gemeente.

WAT IS HET HEILIG AVONDMAAL DES HEEREN NIET?

Naast een positief belijden wat het sacrament wél is, gaat de WCF ook uitgebreid in op welke avondmaalsopvatting zij verwerpt. Uitvoerig beschrijft ze wat ze verwerpt in de praktijk van de eucharistieviering in de Roomse Kerk. De transsubstantiatieleer, waarbij brood en wijn tijdens de consecratie zouden veranderen in het letterlijke lichaam en bloed, de ziel en de godheid van Christus. Ook de Lutherse opvatting, de consubstantiatieleer, waarbij Christus – onzichtbaar – lichamelijk aanwezig is ‘onder de tekenen van brood en wijn’.

Ook verwerpt ze de mis als offer. Het concilie van Trente leert dat de eucharistie zowel een sacrament als een offer is. ‘Een uitwendige offergave van het lichaam en bloed van Christus geofferd aan God als erkenning van zijn opperste heerschappij.’ Het is een dagelijks herhaald offer, tot verzoening van onze zonden. De WCF beschouwt deze leer als de oorzaak van verschillende vormen van bijgeloof (bijv. goddelijke verering van de hostie), ja zelfs van ordinaire afgoderij. Immers het offer van Christus sluit alle andere offers uit. Ook verwerpt ze daarom dat het Avondmaal niet onder beide gestalten, van brood en wijn, aan de gemeente bediend wordt. In de roomse eucharistie wordt de drinkbeker aan het volk onthouden.

TENSLOTTE

Hoe gaat u om met het Heilig Avondmaal? Wie het in ongeloof gebruikt of in ongeloof achterblijft, die verhardt zichzelf en verzwaart z’n oordeel. Of mag u – telkens weer – als een goddeloze in uzelf het oog slaan op een gekruisigde en opgestane Christus? Zijn bloed reinigt ons van alle zonde.


WESTMINSTER CONFESSIE - ARTIKEL 29 HET AVONDMAAL DES HEEREN

1. In de nacht waarin Hij verraden werd heeft onze Heere Jezus het sacrament van Zijn lichaam en bloed ingesteld, dat wij het Avondmaal des Heeren noemen. Het moet in de kerk onderhouden worden tot het einde van de wereld, ter voortdurende gedachtenis van Zijn Zelf-offerande in Zijn dood, voor de verzegeling van alle weldaden die daaruit voor de ware gelovigen voortgekomen, voor hun geestelijke voeding en hun groei in Hem, om zich almeer betrokken te weten bij alle plichten die zij Hem verschuldigd zijn en die te vervullen, en als een band en onderpand van hun gemeenschap met Hem en met elkaar als leden van Zijn mystieke lichaam.

2. In dit sacrament wordt Christus niet aan Zijn Vader geofferd. Ook wordt er beslist geen echte offerande gebracht voor de vergeving van de zonden van levenden en doden. Maar het is slechts een herdenking van de ene offerande van Zichzelf, door Hem aan het kruis gebracht, eens voor altijd en een geestelijk offer van alle mogelijke lof aan God daarvoor gebracht. Dat brengt met zich mee dat het paapse misoffer – zoals zij dat noemen – een afschuwelijke belediging is voor het ene en enige offer van Christus, de enige verzoening van al de zonden van de uitverkorenen.

3. De Heere Jezus heeft in deze instelling aan Zijn dienaren voorgeschreven om Zijn instellingswoorden aan de mensen uit te leggen, te bidden, en de tekenen van brood en wijn te zegenen, en die daardoor van een algemeen tot een heilig gebruik af te zonderen; en om het brood te nemen en het te breken, de beker eveneens te nemen, en beide – terwijl zijzelf ook deelnemen – aan de deelnemenden uit te reiken, maar niet aan degenen die dan niet in de gemeente aanwezig zijn.

4. Privaatmissen, of het als enige ontvangen van dit sacrament door een priester of iemand anders, en evenzo het ontzeggen van de beker aan het volk, het vereren van de tekenen, die omhoog te heffen, of voor aanbidding rond te dragen en te bewaren voor het een of ander zogenaamd religieus gebruik – al die dingen gaan in tegen de natuur van dit sacrament en tegen de instelling van Christus.

5. De uiterlijke tekenen van dit sacrament, afgezonderd tot het gebruik zoals dat door Christus is ingesteld, staan in zulk een betrekking tot Hem, de Gekruisigde, dat zij terecht, maar toch alleen naar de aard van de sacramenten, soms worden genoemd met de naam van de dingen die zij voorstellen, namelijk het lichaam en bloed van Christus. Hoewel, in wezen en aard blijven ze toch echt en alleen brood en wijn, zoals ze voor die tijd waren.

6. De leer die, bij consecratie door een priester of op andere manier, een verandering van de substantie van brood en wijn in de substantie van Christus’ lichaam en bloed verdedigt (gewoonlijk transsubstantiatie genoemd) is niet alleen strijdig met de Schrift, maar ook met het gezond verstand en de rede. Ze vervalst de natuur van dit sacrament, en was en is een bron van veel bijgelovigheden, ja van grove afgoderijen.

7. Wanneer zij, die waardig zijn om het te ontvangen, uiterlijk de zichtbare elementen in dit sacrament gebruiken, ontvangen ze tegelijkertijd en metterdaad ook innerlijk door het geloof, maar dat niet vleselijk en lichamelijk, maar geestelijk, Christus, de Gekruisigde. En ze worden met Hem en met alle weldaden van Zijn dood gevoed. Christus’ lichaam en bloed is dan wel niet lichamelijk of vleselijk in, met en onder de tekenen van brood en wijn aanwezig, maar ze zijn dat toch voor het geloof van wie aan deze instelling geloof hechten, even echt – hoewel dan geestelijk – als de elementen zelf er voor hun uiterlijke zintuigen zijn.

8. Hoewel onwetende en slechte lieden de uiterlijke elementen van dit sacrament ontvangen, toch ontvangen zij niet wat erdoor afgebeeld wordt. Maar door het onwaardig komen tot het Avondmaal zijn zij schuldig aan het lichaam en bloed des Heeren, tot hun eigen verdoemenis. Daarom zijn alle onwetenden en goddeloze personen totaal ongeschikt om de gemeenschap met de Heere te genieten, en zijn ze onwaardig om aan Zijn tafel aan te zitten, en – zonder zwaar tegen Christus te zondigen – kunnen ze, zolang ze zo blijven, niet aan deze heilige verborgenheden deelnemen, of ertoe toegelaten worden.

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 februari 2021

Zicht op de kerk | 32 Pagina's

WESTMINSTER CONFESSIE

Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 februari 2021

Zicht op de kerk | 32 Pagina's