Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Als grenzen vervagen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Als grenzen vervagen

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

medische beslissingen rondom het levenseinde

(10) 3. WIT

'Dokter, weet u dat meneer H. euthanasie wil? 'Zo schoot op een ochtend de fysiotherapeute mij aan. Ja dat wist ik. Deze 78-jarige man was vorige week voor onderzoek opgenomen in verband met kortademigheid en algehele verzwakking. Op de röntgenfoto van de longen werd een 'vlekje'gezien. Via een bronchoscopie werd hiervan materiaal verkregen. De uitslag wees op longkanker. Een operatie of chemotherapie was niet mogelijk. Tijdens het 'slecht nieuws gesprek' gaf meneer H. nadrukkelijk aan euthanasie te willen. Ook na mijn uitleg over verlichting en het voorkomen van klachten en over de mogelijkheid van een opname in een palliatieve unit van een verpleeghuis volhardde meneer H. in zijn verzoek. In een volgend gesprek gaf hij aan dat zijn zus in een verpleeghuis 'om vier uur nog in haar vuil lag en om vijf uur haar eten kreeg'. Verder was hij bang voor doorliggen. Bij meneer H. speelde dus vanuit een negatieve ervaring angst voor onvoldoende zorg en angst voor ontluistering! Verder gaf hij eigenlijk geen klachten aan. Wel maakte hij een depressieve indruk. Dit was reden om een antidepressivum voor te schrijven. Gelukkig met een positief resultaat.. Om serieus met de angst van meneer H. om te gaan werd met twee dochters afgesproken dat zij in de pallia­ tieve unit van het verpleeghuis zouden gaan kijken of deze plek ook voor hun vader geschikt zou zijn. Dit gebeurde en de dochters bleken hierover zeer te spreken te zijn. Dit wisten zij op hun vader over te brengen, zodat deze met het voorstel akkoord ging. Na enkele weken kwam er een bed vrij en verliet meneer H. het ziekenhuis. Om euthanasie heeft hij niet meer gevraagd.

Palliatieve zorg

Onder het kopje 'zwart' hebben we gezien hoe Nederland gereageerd heeft op de problematiek die de toenemende medische macht met zich meebrengt. Helaas werd in de wet vastgelegd dat artsen mensenlevens mogen beëindigen. In Groot-Brittannië was de reactie op de toenemende medische macht een geheel andere. Daar ontstond een beweging die probeerde terminale patiënten op een menselijke en waardige wijze naar hun einde te begeleiden, de zogenaamde palliatieve zorgverlening. Gelukkig zien we nu ook in Nederland een groeiend besef van het belang van goede palliatieve zorg. Onder meer door de belangstelling van koningin Beatrix trad een zekere stroomversnelling op.

Bekend is dat de vraag om euthanasie vaak een schreeuw om hulp is. Lang niet iedere patiënt die om euthanasie vraagt, wil ook daadwérkelijk euthanasie. Meestal bedoelt hij: ik wil zó niet verder leven.

Met andere woorden: wél als het anders kan. Hij verlangt naar verlichting van het lijden. Vaak bestaat een bepaalde angst: angst voor onvoldoende zorg, angst voor pijn, angst voor totale ontluistering, angst voor stikken enz. Daarbij komt ook nog dat in het huidige leefklimaat ernstig zieken zich genoodzaakt voelen anderen de last van de langdurige en zware zorg te besparen. Achter de vraag om euthanasie schuilt meestal een van de drie noden: pijn, angst of eenzaamheid. En aan alle drie is wat te doen. Het is vooral de palliatieve zorgverlening die zich hierop richt. Het blijkt dan ook dat, als palliatieve zorg geboden wordt, de vraag om euthanasie naar de achtergrond verdwijnt.

Wat is palliatieve zorg?

Er bestaat een oude uitspraak: 'genezen soms, verlichten vaak, troosten altijd'. Als genezing niet meer mogelijk is, wordt in het bijzonder door de palliatieve zorgverleners invulling gegeven aan de twee laatste taken. Het accent van de palliatieve zorg ligt op optimalisering van het welbevinden in de laatste levensfase. Zoals in de Middeleeuwen 'Sint Maarten' bij de poort van een stad een arme bedelaar tegenkwam en een deel van zijn 'pallium' (=mantel) afstond, zo beoogt de palliatieve zorgverlening terminale patiënten aan het einde van hun leven bij te staan. Gezorgd wordt voor een mantel van liefde, warmte en genegenheid voor de patiënt. Geprobeerd wordt het lijden van de zieke en zijn naasten zo draaglijk mogelijk te maken en een zo goed mogelijke kwaliteit van leven te behouden. Goede palliatieve zorg kan dan ook alléén worden verleend door een interdisciplinair gespecialiseerd team, dat aandacht heeft voor de 'totale mens' met de vier dimensies van het menszijn. Palliatieve zorg richt zich niet alleen op het lichamelijke aspect van de zieke, maar ook op de psychische, sociale en geestelijke aspecten van de zieke en zijn omgeving.

Verlichting van het lijden

Een regelmatig gehoorde uitspraak van specialisten en huisartsen is: 'Er is niets meer aan te doen'. Als zij louter spreken over genezing, is dit waar. Maar deze uitspraak is bijna nooit waar, als de sterfelijkheid van de patiënt aanvaard wordt. Daarom is dit geen goede uitspraak. Het onvermijdelijke dat komen gaat, moet niet passief worden afgewacht. Juist actieve palliatieve zorg is geboden! In de laatste levensfase van de patiënt is de zorg gericht op verlichting van het lijden en niet op herstel. Uitgangspunt is niet zozeer dagen aan het leven toe te voegen, maar leven aan de dagen. Symptomen als pijn, jeuk, slapeloosheid, misselijkheid en obstipatie die over een zieke kunnen heersen, worden beheersbaar en draaglijk gemaakt.

Pijn: een warrige knoop

De hoeksteen binnen de symptoombestrijding wordt gevormd door de pijnbestrijding. De traditionele medische zorg bestrijdt pijn alsof deze lichamelijk wordt veroorzaakt. Binnen de palliatieve zorg wordt pijn bestreden volgens het totale pijn concept. Natuurlijk is pijn meestal een direct lichamelijk gevolg van een ernstige ziekte. Maar pijn kan ook psychisch, sociaal of levensbeschouwelijk veroorzaakt worden. Zo kan pijn een voortvloeisel zijn van angst voor het lijden. Er is dan sprake van psychische nood. Pijn kan ook veroorzaakt worden doordat iemand zich zorgen maakt over zijn positie in zijn gezin. En iemand die eenzaam is, ervaart pijn intenser dan iemand die zich in gezelschap bevindt. Pijn is dan een uiting van sociale nood. Ook geestelijke nood kan leiden tot pijnbeleving. Zingevingsvragen dringen zich op. Waarom overkomt mij dit? Heeft lijden zin? Is dit een straf van God? Zielenwonden kunnen de pijn verergeren. Herinneringen aan het verleden en gevoelens van spijt kunnen een patiënt verscheuren van de pijn. Pijn kan dus te maken hebben met een levensverhaal. Wonden die in het verleden zijn geheeld, kunnen aan het einde van het leven weer opengaan.

Pijn lijkt op een warrige knoop. Maar wie de moeite neemt de wirwar te ontrafelen, ziet diverse aanknopingspunten om de pijn beheersbaar te maken. De pijnbestrijding moet dan ook op de individuele situatie van de patiënt worden afgestemd.

Een opmerkelijk krantenbericht

In november 2001 publiceerde NRC Handelsblad het resultaat van gesprekken met Amsterdamse euthanasieconsulenten. Dit zijn artsen die zich vrijwillig hebben aangeboden om bij euthanasieverzoeken hun collega's bij te staan en een 'second opinion' te geven. De consulenten zeiden dat ze jarenlang hun goedkeuring gaven, maar de laatste tijd steeds vaker patiënten en collega's van euthanasie proberen af te houden. Als reden noemden zij de toegenomen kennis van de palliatieve zorg. Er lijkt zelfs sprake te zijn van een landelijke trend. De artsen erkenden dat het 'gewoon een kwestie van mode' was om bij ernstig zieke patiënten euthanasie toe te passen. Patiënten zijn in de praktijk gemakkelijk te beïnvloeden. 'Noem je euthanasie, dan vragen ze daarom. En noem je palliatieve zorg, dan willen ze die.' De consulenten noemden de kritiek van het buitenland terecht, dat Nederland de omgekeerde weg bewandelt en verzuimt om eerst de mogelijkheden van palliatieve zorg te vergroten. In een reactie op dit krantenbericht gaf ook minister Borst aan 'vurig te hopen' dat de belangstelling voor palliatieve zorg zal toenemen, waardoor het tot minder aanvragen voor euthanasie zal komen. Wel voegde zij eraan toe, actieve levensbeëindiging nog steeds te zien als een waardig sluitstuk van goede palliatieve zorg.

Hoe kan een ernstig ziek gemeentelid gebruik maken van de palliatieve zorg?

De praktijk leert dat huisartsen vaak wel de intentie hebben om een terminale zieke te begeleiden, maar er toch gebrek aan kennis blijkt te zijn op het gebied van pijn- en symptoombeheersing. Daarom leidt betrokkenheid van werkers in de palliatieve zorg tot besparing van onnodig leed. Iedereen die te horen heeft gekregen dat hij of zij ongeneeslijk ziek is en behandeling, gericht op genezing, niet meer mogelijk is, komt in aanmerking voor palliatieve zorgverlening. Zelf ben ik als bestuurslid betrokken bij de stichting 'De Schutshaven'. Deze stichting verleent sinds 1993 palliatieve zorg in Rotterdam. Het bestuur vormt kerkelijk een afspiegeling van de gereformeerde gezindte, met o.a. drie leden van de Gereformeerde Gemeenten. In Rotterdam zien we nu dat de palliatieve zorgverlening meer en meer geïntegreerd raakt in de reguliere gezondheidszorg. Palliatieve zorg wordt thans in de gehele zorgketen verleend: van de thuissituatie tot en met het ziekenhuis. Vanuit het Netwerk Palliatieve Zorg Rotterdam, waarbij ook 'De Schutshaven' is betrokken, zijn een drietal Mobiel Palliatieve Teams in de praktijk werkzaam. Eén hiervan, het Mobiel Palliatief Team Zorggroep Rijnmond, werkt vanuit een christelijke identiteit. Samen met de huisarts verleent het Mobiel Palliatief Team palliatieve zorg aan de patiënt en de familie in de thuissituatie. Indien nodig is een (tijdelijke) opname in de palliatieve unit van verpleeghuis Pniël of in het Ikazia Ziekenhuis mogelijk. Verder wordt ook palliatieve zorg verleend in diverse verzorgingstehuizen en verpleegtehuizen. Over het algemeen is het Mobiel Palliatief Team werkzaam binnen de regio Rotterdam. Wanneer u buiten deze regio te maken hebt met een terminale patiënt, kunt u telefonisch advies vragen. Per situatie wordt gekeken wat er gedaan kan worden voor het desbetreffende gemeentelid. Mocht een bezoek noodzakelijk zijn, dan wordt dit in overweging genomen. Het Mobiel Palliatief Team Zorggroep Rijnmond is bereikbaar op werkdagen van 9.00 tot 17.00 uur via telefoonnummer 010-2726404.

De tijd komt stil, maar zeker aan Als ik mijn grafplaats in zal gaan. Bereid u voor die stond, mijn geest! Opdat ge dan niet ijdel vreest. Maar ach, hoe houd ik mij gereed? 'k Heb halssieraad noch statiekleed! Hoe ga ik Jezus in 't gemoed, En val Hem waardiglijk te voet? In Zijne mantel ingehuld Heb ik een deksel voor mijn schuld. En 't kleed van Zijne heiligheid Is mij tot sieraad toebereid. Hieronymus van Alphen (1746-1803)

(wordt vervolgd)

Capelle aan den IJssel,

H.J. Agteresch

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 augustus 2002

De Saambinder | 12 Pagina's

Als grenzen vervagen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 augustus 2002

De Saambinder | 12 Pagina's