Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Vertroosting uit de hemel (2)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vertroosting uit de hemel (2)

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

door Ds. A. W. Verhoef

Jesaja 40:29: „Hij geeft de moeden kracht, en Hij vermenigvuldigt de sterkte dien, die geen krachten heeft".

Zagen we vorige maal hoe het mogelijk was dat een mensenkind geestelijk in allerlei strijd en wederwaardigheden terecht komt, namelijk door de zonde, en door het afzweren van de Heere, waardoor we uitlanders geworden zijn, ballingen op aarde. Toch konden we aan het einde van de meditatie beginnen met er op te wijzen dat de tekst boven deze meditatie mag worden ervaren als een troost in de druk die het deel van Gods kind mag worden door de door Christus aan het kruis verworven genade. Thans willen we daar nog iets over schrijven. Wie geeft die kracht waar onze tekst over spreekt?

Als God er de ogen voor opent dan moet een ziel wel getuigen: Hij, de Heere, Jehova, de Verbondsgod, de Onveranderlijke, de Eerste en de Laatste, Die dood geweest is en nu leeft tot in alle eeuwigheid om zwakken, moeden, moedelozen en krachtelozen kracht en sterkte te geven.

Wij willen zo menigmaal onszelf helpen, maar wanneer we eens echt moede worden van alles wat buiten God en Christus is, dan zal de Heere zeker komen en niet achterblijven. En zeker, de een krijgt wel eens meer dan de ander, maar de Heere zal ze niet om laten komen. Wat is het een troost voor een ware Sioniet dat de Heere leeft, anders waren ze al lang in de druk vergaan. En al moet de kerk soms getuigen; „Ik ben afgesneden van voor Uw ogen"; toch mag ze wel eens laten volgen: „dan nog hoordet Gij de stem mijner smekingen".

Maar er is meer: „en Hij vermenigvuldigt de sterkte, dien, die geen krachten heeft".

De pelgrim heeft dus geen krachten meer over. Dat had hij tevoren ook niet kunnen bezien. Wel eens tijden gehad dat hij vrolijk zijn pad ging, dat hij dacht nu voorspoedig te mogen voortgaan. Toch is het nodig ontkracht te worden. Want wat meent de ziel bij aanvang nog een kracht te hebben! Maar dat gevoelen moet hij kwijt! Eigen krachten te verachten, wordt op Jezus' school geleerd. En alleen wanneer zulke pelgrims geen kracht meer hebben dan kan de Heere krachten vermenigvuldigen. Maar. . . voor dien moeten ze ontkracht worden. Zijn ze het daar altijd mee eens? O neen, geen sprake van. De kantekenaren zeggen bij de toelichting van dit Schriftgedeelte dat het bij Gods kind zo is dat hij in die tijden zegt: dat God hem geen recht doet.

Onverenigd met Gods wegen gaat hij daarheen. En toch is het noodzakelijk en profijtelijk om een krachteloze te worden. Want dan kan er wat gebeuren. Wat dan zult u vragen? Wel, als ze ontkracht worden, gespeend worden aan alles wat buiten God en Christus is, dan hebben ze de Heere weer nodig op weg en reis naar de nimmereindigende eeuwigheid.

Waar zouden ze in de strijd met de drie-hoofdige vijand anders hun kracht moeten zoeken? Afgemat en moede gaat de pelgrim daarheen. Hoe dodelijk vermoeid kan de ziel zich gevoelen als ze in het duister daarhenen gaat! Ja, dat ze vreest dat ze nog nooit in waarheid het Licht gezien heeft. En de vijand houdt niet op het werk Gods aan te vechten.

En geeft indien de Heere de ogen opent en licht alles eigen schuld.

Wel eens gedacht te hebben: Nu ben ik de strijd te boven, en dan nu te moeten ervaren, dat er geen geweer is in de strijd. Oh, hoe donker kan het zijn, en toch... de Heere blijft eeuwig dezelfde. In al hun moeite, als de Heere als een onverdiende gunst weer eens overkomt, dan mogen zij wel eens horen: „Weet gij het niet, hebt gij het niet gehoord, dat de eeuwige God, de Heere, de Schepper van de einden der aarde noch moede noch mat wordt? " Dat is Hij, Die vermenigvuldigt de sterkte dien, die geen krachten heeft.

Och, als Sion eens meer mocht geloven dat Hij Zijn werk volvoert (ook al kan de kerk vanwege de zwakheid des geloofs er niets van bezien), dan is het ook alleen Hij die Zijn werk onderhouden en bevestigen zal in het midden der jaren. Wat Hij begint zal Hij ook voleindigen.

Wat is het een eeuwige zegen dat er Een was die triumfeerde in de strijd. Die niet onderging, maar satans kop verpletterde, en alzo de Zijnen in alle nood te hulp kan en wil komen. Hij die Getrouwe, Die ZELF verzocht is in krankheid, Die aangevochten en bestreden is. Die niet voor verleidingen is bezweken, en in Wiens mond geen onrecht is gevonden. Die overwon. Die schenkt kracht vanuit de hemel, zodat ze weer voort kunnen gaan aan Zijn hand op de weg door dit moeitevolle leven. De tekst zegt dat Hij de sterkte vermenigvuldigt. Dat betekent: Hij vermeerdert de sterkte. Het is een doorgaand werk. Als we maar mogen bedenken dat het begin ook uit Hem moet zijn, anders kan de voortzetting ook niet van Hem zijn.

Vertroosting uit de hemel (2)

Als er maar licht over opgaat dan moet Sion toch getuigen: „ten ware de Heere niet bij ons was geweest, wij waren allang in de druk vergaan."

Maar nu geeft hij steeds nieuwe kracht, in de tijden dat het nodig is. En als dat eens waar gaat worden, dan kan zo'n ziel wel eens zingen: , , Mijn ziel zal nieuwe kracht ontvangen". Ja, er zijn tijden (was het maar meer) als de levende kerk eens werkelijk mag leven door het geloof, dat ze overal over heen kunnen en mogen zien, en dat niets voor hen onmogelijk is.

En even daarna? Och, daar zitten ze met Elia in de woestijn weer bij de pakken neer. Dan zouden ze maar liefst nooit wat gezegd hebben. Dan slaan ze op de vlucht, net als de discipelen, dan zijn ze overal bang voor, dan vrezen ze een der dagen in de handen van Saul om te komen.

Hoe komt dat toch? Waarom is het in onze tijd zo veelal zo donker in het leven van Gods kind? Hoe komt dat? Omdat we zo ver van God afleven en zo dikwijls onszelf een weg willen banen, of zo ver met de zonde en de wereld mee kunnen gaan.

Maar de druk geeft de Heere ze mee in dit leven opdat ze zichzelf nooit de ere zullen geven van Zijn werk, maar gedurig zullen leren dat ze alleen sterkte uit Hem kunnen ontvangen, die als de Leeuw uit de stam van Juda voor hen overwon in de strijd. Het is en blijft alleen Zijn werk dat stand houdt, en Sion uit en door helpt in nood en druk, ja zelfs in de ure des doods.

Gelukkig als we leren mogen: „In ons is geen kracht tegen die grote menigte." En profijtelijk voor jong en oud als de Heere ons ontkrachten wil, en we geen gerechtigheid in onszelf kunnen vinden. De Heere breke af wat niet op het ware Fundament gebouwd is. Hij geve te zoeken die vastheid en sterkte, welke alleen gevonden wordt in Hem Die de moeden kracht geeft. Amen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 september 1983

De Banier | 24 Pagina's

Vertroosting uit de hemel (2)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 september 1983

De Banier | 24 Pagina's