Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

KERK EN KERKRECHT 87

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KERK EN KERKRECHT 87

DE DORDTSE KERKORDE, ARTIKEL 23c.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

AMBTSGEHEIM EN ZWIJGPLICHT(2)

De bindende kracht van het ambtsgeheim voor de zielszorger.

Rome kent het biechtzegel voor de priester, d.i. de geheimhouding van de priester over alles wat hij in de biecht verneemt. Deze zwijgplicht is bij Rome een ernstige zaak en daarom moet iedere biechtvader opletten dat hij niet door een woord of teken of op enige andere wijze, om welke reden dan ook, de naam en de belijdenis van de biechteling verraadt. Bij Rome is dit biechtzegel onschendbaar, omdat de priester in naam van de paus de zonden vergeeft en deze daarom, aldus de leer van Rome, de wereld uit zijn.

De reformatoren en de latere gereformeerden verwierpen de biecht als grondslag voor de geheimhouding van de predikant en de ouderling. Zij wezen echter wel bijbelse gronden aan voor de geheimhouding van de pastorale verzorging. Zij wezen op het voorbeeld van Jezus in Zijn handelen met de Samaritaanse vrouw, met de zondares bij het gastmaal van Simon, waar de Heere zweeg over haar zonden tegenover de anderen. Ook de verschijning van de opgestane Christus aan Petrus zwijgt er over wat er gesproken is. Verder de regel van Christus in de Bergrede: „En gelijk gij wilt, dat de mensen u doen, doet gij hun evenzo"( Matth. 7 en Luk. 6). Dit veroordeelt alle praatzucht en loslippigheid om met geheime wetenschap te pronken.

Ook het 9e gebod eist niet alleen geen valse getuigenis te geven, maar naar vraag 112 van de Heid. Cat. eist het ook de eer van de naaste en het goed gerucht van de naaste naar vermogen voor te staan en te bevorderen. Augustinus, Calvijn en vele anderen hebben de broeder­lijke zwijgplicht van Matth. 18 doorgetrokken naar de geheimplicht van de ambtsdragers over een geheime zaak. Ook vele teksten van Paulus, die heenwijzen naar de dekmantel der liefde, zijn door de geref. vaderen genoemd als' bijbelse grondslag voor de zwijgplicht en het ambtsgeheim van de ambtsdrager.

Bij Rome wordt het ambtsgeheim van de biechtvader in de ruimste zin erkend. Pastoors en priesters moeten zelfs voor de kerkelijke rechter zwijgen over hetgeen zij in de ambtelijke bediening als geheim zijn te weten gekomen, ook buiten de biecht om. Geen kerkelijke superieur, zelfs de paus niet, kan de biechtvader van het biechtgeheim ontslaan. Alleen de biechteling zelf kan geheel vrijwillig de biechtvader het recht geven tot openbaring van het biechtgeheim.

Priesters, die hun zwijgplicht in de biecht niet verstaan, worden kerkelijk gestraft. En wanneer wij letten op de praktijk, dan kan niet ontkend worden dat Rome gevallen kent van priesters die zelfs bij marteling en tot in de dood gezwegen hebben. Maar ook zijn er aan de andere kant gevallen bekend, dat priesters op schandelijke wijze het biechtzegel verbroken hebben, terwijl de Jezuïtische casuïstiek (de moraaltheologie, dikwijls spitsvondige toepassing van moraalwetten op afzonderlijk gewetensgevallen) wd foeQes gevonden heeft om onder de zwijgplicht uit te komen(Roma semper eadem — Rome blijft steeds dezelfde).

In de Lutherse kerk is sedert Luther de bindende kracht van het ambtsgeheim zeer sterk geweest, zowel door de kerkrechtelijke bepalingen als in de praktische theologie. Luther heeft eens gezegd, dat als een gemeentelid hem als ambtsdrager een geheim meedeelde, hij het geheim moest houden. Hier geldt dan, aldus Luther: „Ik heb niets gehoord, en heeft Christus wat gehoord, zo moet Hij het maar zeggen".

De Luthersen leerden in navolging van Luther dat de ambtelijke zwijgplicht ging over alles wat tot ontlasting van het geweten aan de ambtsdrager bekend is ge-

worden. Dat er dan gezwegen moet worden tegenover eigen vrouw, tegenover de collega, tegenover de superieur, tot in het graf. Alleen met twee uitzonderingen: a. het gemeentelid kan zelf verlof geven.

b. in heel moeilijke gevallen kan raad gevraagd worden bij een wijzere collega of superieur, echter met verzwijging van de naam van het gemeentelid.

Wat de gereformeerden betreft, Calvijn nam in de herziene kerkorde van Geneve (1561) de bepaling op voor de ouderlingen, dat zij zwijgplicht hadden over geheime zonden, die zij bij de uitoefening van hun ambt hadden vernomen. De geref. kerkorde in Frankrijk in de 17e eeuw nam het ambtsgeheim op, en in de synodale bepalingen werd aan ouderlingen en predikanten het zwijgen over geheime zonden ten plicht gesteld.

In Nederland geven de Acta van de Synodes geen duidelijke uitspraken over de zwijgplicht van de ambtelijke zielszorger. Opmerkelijk is, dat de Geref. Kerken, die in 1955 een nieuwe kerkorde opgesteld hebben, geweigerd hebben gehoor te geven aan het verzoek hierover van enkele synodeleden. Deze synodeleden verzochten in de kerkorde een bepaling op te nemen, dat predikanten en ouderlingen een plicht tot stipte geheimhouding hebben over gewetenszaken, die hun bij de uitoefening van de herderlijke zorg vertrouwelijk zijn medegedeeld. Daarentegen heeft wel de Herv. Kerk f in 1957 in haar kerkorde opgenomen, dat de predikant de verplichting wordt opgelegd tot geheimhouding van al datgene, wat hem in de uitoefening van de zielszorg vertrouwelijk ter kennis wordt gebracht.

's-Gravenhage

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 februari 1966

De Saambinder | 4 Pagina's

KERK EN KERKRECHT 87

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 februari 1966

De Saambinder | 4 Pagina's