Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kenmerkenprediking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kenmerkenprediking

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

(1)

Het opschrift (boven dit artikel) bestaat eigenlijk uit twee woorden, namelijk het woord "prediking" en het woord "kenmerken". Deze twee woorden worden nu op het allemauwst aan elkander verbonden, om aan te geven, dat de kenmerken een wezenlijk bestanddeel vormen van de prediking. Tegelijkertijd wordt er door aangegeven, dat er ook een prediking is, waarbij deze kenmerken niet naar voren komen, en dat met opzet, omdat men van een kenmerkenprediking niets moet hebben. Als wij het hebben over de prediking, dan gaat het vanzelf over de prediking van het Evangelie. Deze prediking heeft Christus Zijn kerk opgedragen en het is met name de taak van de dienaren des Woords, die door de Heere Zelf zijn geroepen en bekwaam gemaakt om het Evangelie des vredes te verkondigen. Immers, hoe zullen zij prediken, indien zij niet gezonden worden. Rom. 10:15a. Alleen degenen, die gezonden worden, krijgen de opdracht: Predik het Woord! 2 Tim. 4:2. Die verkondiging is voor Gods kerk van het allergrootste belang. Het is het genademiddel bij uitnemendheid, waarvan de Heilige Geest Zich bedient om het geloof in het hart te werken en te versterken. Het geloof is immers uit het gehoor en het gehoor door het Woord van God. Rom. 10:17. Gods Woord bevat echter ook de geestelijke spijs en drank, die noodzakelijk zijn voor de onderhouding van het gewerkte leven en haar opwas. Vandaar dat de apostel Petrus schrijft: Als nieuwgeboren kinderkens, zijt zeer begerig naar de redelijke onvervalste melk, opdat gij door dezelve moogt opwassen. 1 Petr. 2:2. Hieruit kunnen wij tevens afleiden, dat de ware prediker als een echte huismoeder het brood en de toespijs met zorg moet uitdelen, opdat ieder zijn deel krijgt en evenals een huismoeder heeft-hij toe te zien, dat ieder kind ook werkelijk éét en genóég eet! Maar hoe, als dan de prediking van het Evangelie van zulk een vitaal belang is voor het geestelijke leven, dan is het ook een zaak van groot belang, hóé er gepredikt wordt. En dan toegespitst op ons artikel: Moeten óók de kenmerken gepredikt worden? En met die kenmerken bedoelen wij dan de kenmerken van de geestelijk levende in de verschillende standen van het geestelijke leven. Nu zijn er heel wat mensen, die van zulk een kenmerkenprediking niets moeten hebben. Zulk een prediking zou de mens terugwerpen op zichzelf Ze zou de twijfel in de hand werken doordat men zich steeds blijft afvragen: Ben ik wel een echt kind van God? Worden de kenmerken wel bij mij gevonden? Daardoor zou weer de blijdschap van het geloof ondermijnd worden! Bovendien zou door een kenmerkenprediking meer de christen dan de Christus in het middelpunt geplaatst worden, daar het de mens rust zou doen zoeken in de kenmerken in plaats van in Christus en zo zou deze de kennis van Christus in de weg staan. Dat is dus nog al wat! Het is vanzelf zaak om met deze bezwaren ernstig rekening ^ te houden en eens na te gaan, of ze gewettigd ' zijn! Maar waar het vooral op aan komt is, dat wij dienen na te gaan of de kenmerkenprediking wel Schriftuurlijk is, want als ze dat niet is, is ze onschriftuurlijk, en dus verwerpelijk! Doch is ze Schriftuurlijk, dan is ze niet slechts gewenst, maar zelfs noodzakelijk! Kenmerkenprediking is niet zo maar een kwestie van smaak of persoonlijke voorkeur, het gaat er om of ze Bijbels gefundeerd is! Nu dacht ik, dat het voor een ieder duidelijk kan zijn, dat de Schrift op menige bladzijde zowel van Oud als Nieuw-Testament over kenmerken van het nieuwe leven spreekt! Wij zullen een willekeurige greep doen. Wie kent niet het woord van Jes'aja in hoofdstuk 55:1: O, alle gij dorstigen, komt tot de wateren en gij, die geen geld hebt, komt, koopt en eet? Hier worden enkele kenmerken genoemd van mensen tot wie de Heere Zich richt. Het zijn namelijk dorstigen en die geen geld hebben! Wij denken verder aan Jeremia, die in Klaagl. 3:25 zegt: De Heere is goed dengenen, die Hem verwachten, der ziele, .die Hem zoekt. Hier gaat het dus over mensen, die de Heere verwachten en die Hem zoeken! Zijn dit geen duidelijke kenmerken? Die kenmer­ ken worden ook door de kleine profeten genoemd. Wij denken aan Zef. 3:12, waar wij lezen: Ik zal in het midden van u doen overblijven een ellendig en arm volk; die zullen op de Naam des Heeren betrouwen! En om niet meer te noemen, verwijzen wij nog naar Maleachi, die in hoofdstuk 4:2 zegt: Ulieden daarentegen, die Mijn Naam vreest, zal de Zon der gerechtigheid opgaan. En heeft ook de Heere Jezus Zelf niet allerlei kenmerken genoemd. En Hij wist beter dan wij allen, hoe er gepreekt moet worden. Hij is het grote Voorbeeld! En van Hem staat geschreven, dat Hij armen het Evangelie predikte. Wat voor armen dat waren? Dat waren geen armen aan stoffelijk goed, maar aan geestelijk goed. Het waren armen, die'alle gerechtigheid misten en die niets bezaten om daarmee God te behagen ofte bewegen en die derhalve voor God niet konden bestaan. Hen wees Hij op de rijkdom van Gods genade in Hem geopenbaard! En in Zijn zaligsprekingen noemt de Heere het ene kenmerk na het andere, want Hij spreekt niet zomaar iedereen zalig, maar Hij richt zich tot armen van geest, tot degenen, die treuren, tot zachtmoedigen en tot hen die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid. Ja, Hij heeft het over barmhartigen, reinen van hart en vreedzamen! En als de Heere nodigt om tot Hem te komen, dan is die nodiging duidelijk omlijnd, want Hij sprak: Komt allen, tot Mij, die vermoeid en belast zijt en Ik zal u rust geven!

Is het nog nodig te ^wijzen op de prediking van de apostelen? De brieven van de apostel Johannes zijn vol kenmerken. Wij denken slechts aan .1 Joh. 3:14: Wij weten, dat wij overgegaan zijn uit de dood in het leven, dewijl wij de broeders liefhebben. En de apostel . Petrus schrijft in 1 Petr. 5:5: God wederstaat de hovaardigen, maar de nederigen geeft Hjj genade. En wijst Jacobus er in zijn brief niet heel duidelijk op, dat het geloof zonder de werken dood is? Hoofdstuk 2. En om niet meer te noemen verwijzen wij nog naar de apostel Paulus, die in 2 Cor.l3:5 zegt: Onderzoekt uzelf, of ge in het geloof zijt, beproeft uzelf! Of kent ge uzelf niet, dat Jezus Christus in u is? ^Bij deze laatste tekst willen wij even stilstaan, want vooral deze tekst is zo leerzaam. Al wij letten op het verband waarin deze tekst staat, zien wij dat gemeenteleden op Paulus een aanval hadden gedaan. Zij hebben de apostel willen onderzoeken. Na deze aanval te hebben afgeweerd zegt nu de apostel: Het past u om uzelf te onderzoeken. Beproeft uzelf, of ge in ^ het geloof zijt, dus of in uw leven het geloof werkzaam is en uw leven krachtig beweegt. De apostel wil dus dat de Corinthiërs zichzelf on- | derzoeken of zij werkelijk geloven. Dat zelfon- * derzoek zou er wel eens toe kunnen leiden, dat zij moeten erkennen, dat hun geloof beneden de maat of zelfs ingebeeld is. Doch nog op een ^ andere wijze duidt de apostel dit zelfonderzoek aan. Zij moeten weten, dat ze in Christus zijn. Zij moeten door zelfonderzoek weten, dat Christus in hen is. Het lijkt mij vanzelfsprekend dat daar dan kenmerken voor moeten zijn en deze kenmerken moeten nu in de preek op de gepaste tijd genoemd worden. En dan is vanzelf van belang, dat de juiste kenmerken genoemd worden. Onze tekst helpt ons, want daarin staat, dat het onderzoek hierover moet gaan, of wij in het geloof zijn en dat het geloof hieraan te kennen is, dat Christus in ons woont! Dit zijn weer andere kenmerken, dan tranen en gebeden. Zeker, ook die horen er bij, maar dan meer als kenmerken van de ware overtuiging dan van het ware geloof. Want het ware geloof richt zich altijd op Christus.

A.

Ds. J. V. Haaren

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 maart 1983

De Saambinder | 8 Pagina's

Kenmerkenprediking

Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 maart 1983

De Saambinder | 8 Pagina's