Het zesde gebod

Twee mannen bouwen een altaar.
Twee mannen brengen een offer.
Het offer van de ene man neemt de Heere aan. Het offer van de andere man wil de Heere niet hebben. En dan? Dan slaat de ene man de andere man dood. Hij is jaloers.
Jullie kennen allemaal de geschiedenis van Kaïn en Abel. Dit is de eerste keer dat er in de Bijbel gezondigd wordt tegen het zesde gebod. ‘Gij zult niet doodslaan’, maar Kaïn deed dat wel.
Gelukkig, zul je nu denken. Ik heb dat gebod niet overtreden! Ik heb niemand gedood. Nee, gelukkig niet! Daar mag je de Heere wel dankbaar voor zijn. Maar waarom staat er dan in de Bijbel dat we tegen alle geboden van de Heere gezondigd hebben? Dus ook tegen dit zesde gebod?
Het zesde gebod gaat over meer dan alleen doodslaan. Niet doodslaan betekent ook dat je een ander geen pijn doet. En dat je niet slecht over iemand denkt of praat. Dus ook niet over die jongen door wie je elke dag gepest wordt. En ook niet door die buurman die steeds de bal afpakt als je aan het voetballen bent op het pleintje. Dat is moeilijk…
Wat gebeurt er in jouw leven? Hoe denk je en praat je over anderen?
Boos zijn, iemand haten, wraak nemen… Het is allemaal tegen Gods gebod! De Heere kan je helpen om te strijden tegen de zonde.
De Heere vertelt ons niet alleen wat je niet mag doen. Hij wil ons ook leren wat wel goed is. Hij leert ons hoe we Hem kunnen dienen. Wat wil God dan dat we doen? Dat we onze naaste liefhebben als onszelf.
Dat we zelfs onze vijanden liefhebben. Dat we elkaar geen pijn doen, maar aardig zijn en geduld hebben.
Weet je Wie dat volmaakt deed? De Heere Jezus. Hij had zijn vijanden lief en bad voor hen. Zelfs toen Hij aan het kruis van Golgotha hing, vroeg Hij Zijn Vader: ‘Vergeef het hun, want zij weten niet wat zij doen.’
Als de Heere je een nieuw hart geeft, mag je steeds meer op de Heere Jezus gaan lijken. Dan mag je Hem volgen in je leven.
Kun je dat dan zelf? Nee, maar de Heere kan je helpen. Hij wil dat je bidt om Zijn hulp. Juist als het moeilijk is.

---
Pak je Bijbel
1. Lees Genesis 4: 3,4,5 en 8. Waarom doodt Kaïn zijn broer Abel?
2. Lees 2 Samuël 11: 14-17.
a. Tegen welk gebod zondigt David hier?
b. Wat is het verschil tussen Kaïn en David?
Lees hiervoor Psalm 51:4-6.
3. De Heere Jezus had Zijn vijanden lief. Lees maar na in Lukas 23:34. Kunnen wij dit ook en hoe doe je dat dan? 4. Lees in de Heidelbergse Catechismus vraag en antwoord 107. Schrijf in je eigen woorden op hoe je met je naaste moet omgaan en probeer er een voorbeeld bij te bedenken.
5. Maak eens een lijstje van wat jij in de komende week voor een ander kunt doen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen