Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

ANDERHALVE CENT

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

ANDERHALVE CENT

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Voedselgebrek, armoede en onzekerheid zijn de voornaamste kenmerken van wat wij ontwikkelingslanden noemen. Dat zijn omstandigheden die wij ons als: weldoorvoede mensen nauwelijks voor kunnen stellen. Als we ze beseffen dan dringt zich echter ook meteen de gedachte aan ons op dat er in deze wereld grote ongelijkheid bestaat binnen de 4, 2 miljard aardbewoners. In dit artikeltje willen we proberen een aantal facetten van ontwikkelingslanden aan de orde te stellen.

De belangrijkste vraag is misschien wel: waar komt dat verschil in ontwikkeling vandaan? Als dat bekend is kan er misschien ook met sukses hulp aan die landen worden verstrekt. Dat is dan meteen het tweede punt dat onze aandacht verdient: hoe maken we de verschillen tussen de ontwikkeling van de landen kleiner of, wat realistischer misschien hoe zorgen we ervoor dat ze niet nog groter worden.

Oorzaken

Teruggaand in de geschiedenis kunnen we opmerkelijke dingen konstateren. In Oudheid en Middeleeuwen zien we de rijkste beschavingen niet in West-Europa en Amerika, maar in het Midden en Verre-Oosten. Sinds de ontdekkingsreizen zo rond 1500, maar vooral met de industriële revolutie in de 19e eeuw gaat dat veranderen.

Dat betekent dan meteen dat de oorzaak voor de problemen niet in het klimaat van die landen of de huidskleur of de intelligentie van die mensen zit.

Waarin dan wel?

Wetenschappers op het gebied van ontwikkelingsvraagstukken gaan ervan uit dat de hoofdoorzaak ligt bij het ontbreken van een klasse van handelaren en ondernemers in ontwikkelingslanden, in de tijd dat deze groep mensen in de nu ontwikkelde landen hun aktiviteiten aan de dag legden. Als die handelaren/ondernemers er al geweest zouden zijn (op kleine schaal) dan hebben ze toch de internationale boot gemist.

De handelaren uit de nu ontwikkelde landen gaven de eerste internationale klap en die is meer dan een daalder waard geweest. Ze gaven die klap met het inluiden van wat we achteraf het koloniale tijdperk hebben genoemd.

Westerse landen bevoeren de wereldzee en haalden de uitheemse produkten bij scheepsvrachten tegelijk uit, de landen van de „wilden". Na verloop van tijd

eigenden de westerse landen zich grondgebied toe in die landen en de koloniën waren werkelijkheid, 't Behoeft geen betoog dat de „handel" weinig kostte en dus veel opleverde.

In een later stadium bleken de koloniën goedkope leveranciers van grondstoffen te zijn voor de westerse industrieën. En heden ten dage zijn de lage lonen in de ontwikkelingslanden voor veel westerse ondernemingen aantrekkelijk.

Natuurlijk drijven ook ontwikkelingslanden tegenwoordig handel. Industrieen op grote schaal ontbreken echter. De export bestaat dus veelal uit grondstoffen en die leveren in verhouding tot de kant-en-klare produkten die het Westen exporteert nogal wat minder op. Ook de prijzen van grondstoffen stijgen vaak minder snel dan die van de eindprodukten (uitzonderingen als aardolie buiten beschouwing gelaten).

Armoede en gebrek aan kennis en technische ontwikkeling houden de ontwikkelingslanden arm. Doordat de armoede groot is zijn ook de besparingen gering. Geringe besparingen gekoppeld aan gebrekkige kennis hebben tot gevolg dat de ontwikkeling van industrie en handel niet massaal van de grond komt. En dat heeft weer tot gevolg dat de landen ook niet minder arm worden dus kunnen ze ook niet meer besparen en zo blijven ze in die vicieuze cirkel van hun armoede zitten.

Die armoede wordt nog eens versterkt door de grote bevolkingsdruk in die landen. Een steeds groter, snel groeiend, aantal mensen maakt aanspraak op de beschikbare middelen. De hoofdoorzaak hiervoor is de snelle bevolkingsgroei..

Deze groei is veroorzaakt door de enorme daling van de sterfte in de afgelopen decennia. Door verbetering van de hygiënische omstandigheden en, belangrijker nog, door de invloed van de medische wetenschap nam de bevolking dan ook zeer snel toe. Naast een dalend sterftecijfer is echter ook de invloed van het geboortecijfer van groot belang. In alle westerse landen is het zo geweest dat na een daling van het sterftecijfer ook, zij het met enige vertraging, een daling van het geboortecijfer volgde. Tot op heden nemen we daarvan niets waar in ontwikkelingslanden.

De problemen die daaruit voortvloeien lost men in China en 'sommige staten van India wel erg rigoreus op: in of meer verplichte maximale gezinsomvang van twee kinderen. Dat dit een aantasting is van wat God gebood: Wees vruchtbaar en vermenigvuldigd..." (Gen. 1 : 28) en van één van de meest elemen-

taire persoonlijke vrijheden van de mens is duidelijk. Aan de andere kant is het ongetwijfeld-een wezenlijke bijdrage van de ontwikkelingshulp als de mensen bekend worden gemaakt met de gedachte dat een maximaal aantal kinderen vaak niet hetzelfde is als een optimaal aantal.

De problemen op hst gebied van overbevolking, zijn zo groot, dat daarover eigenlijk een afzonderlijk artikel geschreven zou moeten worden.

Heden ten dage is het echter nog. zo dat een groot aantal bevolkingen van ontwikkelingslanden een jaarlijkse groei hebben van 2 tot 3°/< k Als het groeipercentage van een bevolking in deze orde van grootte ligt, betekent dat een verdubbeling van de bevolking in een. periode van ongeveer 25 jaar. Voor een land als India waar het aantal inwoners rond de 600.000.000 ligt, zijn de problemen dan natuurlijk beslist niet klein. Natuurlijk staat daar wel enige groei in de produktie tegenover maar die is vaak kleiner' dan .de bevolkingsgroei. Het komt er dus op neer dat ze met .veel meer mensen een beetje „minder meer" te verdelen krijgen, waardoor het du's niet uitgesloten is dat ze er zelfs op achteruit gaan. (Ter verglijking: de Nederlandse bevolking, 14.2G0.000 mensen, groeit met minder dan 0, 4%-per jaar.)

Hoe kunnen we hulp verlenen?

Ontwikkelingshulp geven! Maar wat is dat en hoe moet dat?

Ontwikkelingshulp kan bestaan uit geld, in de vorm van giften of leningen en het gebeurt ook wel dat westerse vakmensen de opbouw van komplete projekten begeleiden. Het kan ook gebeuren dat er niet alleen maatschappelijke hulp geboden wordt, maar ook gestreefd wordt naar kleinere of grotere kulturele veranderingen. Duidelijke voorbeelden hiervan vinden we bij zending, missie en stichtingen als Woord en Daad. Gezien in het licht van de totale omvang! van de problemen in de arme landen moeten de laatste vormen in hun betekenis van ontwikkelingshulp helaas beslist niet overschat worden. Toch zouden de beste resultaten te verwachten mogen worden als zending en ontwikkelingshulp op een goede manier samen zouden werken.

Ook bestaat d.e mogelijkheid dat groepen landen samen grote projekten financieren op bijvoorbeeld landbouwkundig, medisch of onderwijskundig gebied. Dit gebeurt dan via de Verenigde Naties die voor een groot aantal speciale terreinen onderorganisaties heeft (UNICEF, FAO, UNESCO, e.d.).

Het is echter wel te begrijpen dat veel landen er de voorkeur aan geven om zelfstandig hulp aan een projekt in een land te geven. Het hulpgeven.de land kan dan veel beter kontrcleren wat er met het geld gebeurt. Het nederlandse Ministerie voor Ontwikkelingssamenwerking bijvoorbeeld keert geen geldi uit voordat de nota's door de landen worden ingediend'. Of het geld ter plekke goed besteed: is, kontroleren Nederlanders die aan de projekten meewerken. In Nederland wordt, alles nog eens dubbel gekontroleerd (Ministerie en Algemene Rekenkamer), .dit ter voorkoming dat de nederlandse belastingbetaler de indruk zou kunnen krijgen dat er in het buitenland met zijn geld gesmeten wordt. (In 1980 gaf Nederland bijna vier uit aan ontwikke-

lingshulp, dat was anderhalf procent van het totale bedrag dat. alle Nederlanders samen in '1980 verdienden. Anderhalve cent van elke gulden dus!)

Waar zijn de ontwikkelingslanden nu het best mee geholpen? Ongetwijfeld niet met grootse en dure projekten die niet of nauwelijks aansluiten op hun ontwikkelingsniveau. Vaak werkt 70% of meer van de mensen in de landbouw en gelukkig gaat dan ook veel meer dan in het verleden het geval was de hulp naar die sektor. Irrigatie, drainage, aanleg van plattelandswegen zijn dan ook veel voorkomende zaken op de lijst, van projekten. Uiteraard verdient niet alleen het platteland aandacht. Bijna alle steden in ontwikkelingslanden hebben krottenwijken. Dat zijn wijken waar mensen wonen in krotten die ze hebben gemaakt van palen, golfplaten, opengeknipte benzineblikken, riet, bladeren en wat verder nog kan dienen cm „muren" en „daken" van te maken. Geen ziekenhuis, geen school, geen. waterleiding, geen riolering, geen 't Is duidelijk, er allerwege gewoekerd worden met die anderhalve cent!

Ver van je bed . . . ?

Na het lezen van dit artikeltje kan de gedachte opkomen: , , 't Is erg, maar gelukkig ver van m'n bed." Dat is waar en niet waar. Het is erg maar juist zo dichtbij ons allemaal. Het is naast ons want ze zijn onze naasten.

Aan de andore kant kun je denken wat ik, wat wij of wat onze vereniging kan geven, dat is toch ook maar die druppel op de gloeiende plaat.

Dat is ook waar, maar als alle mensen er zo over zouden denken zou een naar mijn mening geweldige stichting als „Woord en Daad", om maar een voorbeeld te noemen, nog nooit één kind financieel hebben kunnen adopteren. Gelukkig zijn het er inrnid'dels al meer dan 11.000.

Ontwikkelingshulp begint dus bij jou!!

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 juli 1981

Daniel | 28 Pagina's

ANDERHALVE CENT

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 juli 1981

Daniel | 28 Pagina's