Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

TER OVERWEGING

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

TER OVERWEGING

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Werkgroep Kerk en prediking, Postille 2006–2007. Uitg. Boekencentrum 2006, 294 blz., € 23,-.

Zoals elk jaar ook nu weer de aankondiging van de bekende Postille (de 58e), tot stand gekomen door medewerking van een keur van predikanten, voor zover ik kon overzien deze keer allen uit de kring van de PKN, maar dan wel — en zo hoort het ook — uit de volle geestelijke breedte daarvan. Het opmerkelijke bij dit deel, vergeleken bij alle eerdere, is dat uitdrukkelijk bij de typering van de zondagen de klok van het kerkelijk jaar is aangehouden; we vinden nu de vermelding van zoveel zondagen na epifanie, zoveel zondagen na pinksteren (in Duitsland telt men trouwens vanaf de zondag daarná, het ‘Dreieinigkeitsfest’); daarbij vallen de zondagen die we vanouds lijdenszondagen noemen, met name op; invocabit, oculi, om er maar een paar te noemen. Dat is natuurlijk meer dan een benaming van een zondag; e.e.a. zal ook doorklinken in de tekstkeus en in de prediking. En niet altijd zullen de predikanten die vertrouwd zijn met het reformatorisch gedachtegoed zich daarin kunnen herkennen. In het voorwoord wordt nog eens onderstreept hoe belangrijk het is dat in de bijdragen men in exegetisch én homiletisch opzicht een handreiking krijgt. Terecht!

Ds. P.D.J. Buijs e.a. (red.), Goede moed. Dagkalender 2007. Uitg. Buijten & Schipperheijn Amsterdam 2006, € 7,20.

In een werkelijk heel fris ogende omslag verscheen het dagboek, dat al vele jaren lang in onze (en andere, naar ik hoop en aanneem) huizen is te vinden. De redactie slaagde er ook deze keer weer in om een aantal scribenten een maand te laten ‘vullen’, waarvan verwacht mag worden, gezien de samenstelling ervan, dat zij samen het geestelijke geheel van de kerken omspannen. Dat is goed! Er komen in 2007 gesprekken met Jezus aan de orde, gedeelten uit het leven van David, overdenkingen over ambten en gaven, en hoofdstukken uit Esther, Markus, Hooglied, 1 Sam., 2 Cor., Nehemia, 1 Petrus, Exodus en Micha. We hopen dat ze gelezen én geestelijk verwerkt zullen worden, van dag tot dag.

Ds J.T. Doornenbal, In goede en kwade dagen. Korte overdenkingen.

idem, Hanenpoten. Gemeentenieuws van Oene in de Hervormde Kerkbode, samengesteld door Lulof Dalhuisen. Uitg. De Banier Utrecht 2006 resp. 2005, 93 /265 blz., 12,50/17,90.

Het is niet te hopen dat de samenstellers van Goede moed dezelfde problemen hebben ondervonden als wijlen ds. Doornenbal. Deze schreef n.a.v. het schrijven van de scheurkalender: ‘Dat is het onmogelijkste werk van de wereld. Er wordt van je verwacht dat je in een bepaald aantal woorden iets verstandigs kunt zeggen, en dat voor elke dag van een hele maand.’ Mijmerend over dat wat wij vandaag ‘knippen en/of plakken’ noemen, zegt hij: ‘probeer dat maar eens zonder er volslagen onzin van te maken’(blz. 5). Nu, daaraan gemeten valt het resultaat alles mee! Bewijs daarvan is wel dat deze in 1975 overleden hervormde prediker nog steeds gelezen wordt; in rap tempo verschijnen herdrukken van zijn gedachten. En het is als met alle dagboeken: soms denkt men: dat is het niet (bij Hooglied bijv.), vaak denkt men: dat is raak (bij het tweede gedeelte van Jesaja bijv.).

De naam van ds. Doornenbal zal verder altijd wel verbonden blijven aan zijn bijdragen voor het gemeentenieuws van Oene, waar hij predikant was, in de Veluwse Kerkbode. Deze bijdragen gingen over veel meer dan slechts plaatselijke wederwaardigheden, en ze hadden daarom een heel groot bereik. Al eerder verschenen er verzamelbundels, maar de voorraad was nog niet uitgeput. Het is goed dat via het tweede genoemde boek de artikelen toegankelijk blijven. Ze gaan over de ‘jongens in Indië’ (we schrijven 1947), over de sfeer van kerkenraadsvergaderingen, over zendingsijver, over doop en avondmaal, over kerkelijke onenigheden enz. En met het onderwerp wisselt de toon: warm beschrijvend, scherp afkeurend, vriendelijk aanmoedigend. Ach, zo doen we het vandaag allemaal niet meer, maar dat maakt het alleen maar aardiger om te lezen.

Ds. J.J. Poort, Om het donker op te klaren. Bijbels dagboek. Uitg. De Banier Utrecht 2006 (9e druk),€ 10,-.

Nóg iemand die spreekt (vrij lang) nadat hij gestorven is ds. Poort. Op de omslag leest men: ‘Op zijn eigen, aansprekende manier spoort hij jong en oud aan om in het licht te wandelen’. De negende druk is er een teken van dat hij met die manier een ingang in veler harten vond. En wie iets van de levensgang van hem weet, kan daar inkomen. Ook nu zal het velen troosten. De stukjes zijn vaak in ‘vervolgvorm’ geschreven, en laten dan in een aantal opeenvolgende dagen een bepaald schriftgedeelte oplichten.

E.P. Meijering, Wat verbeelden we ons wel? Overwegingen bij Harry Kuitert. Uitg. Meinema Zoetermeer 2006, 77 blz., € 9,90.

Dr. Meijering, Remonstrants predikant en tot 2001 lector theologiegeschiedenis aan de Universiteit van Leiden, overziet in dit in boekje de weg die H.M. Kuitert vanaf zijn dissertatie heeft afgelegd. Evenals prof. dr. A. van den Beukel enkele jaren geleden verbaast ook Meijering zich erover, dat Kuitert zonder zakelijke argumenten aan te voeren ineens vrij fundamenteel van mening kan veranderen (13). Zijn belangrijkste bezwaar tegen de laatste wending in Kuiterts denken is dat hij de inhoud van het christelijk geloof heeft prijsgegeven (29, 38v, 44v, 67), en alleen nog maar over geloof als menselijke verbeelding wil spreken.

Het boek is in begrijpelijke taal geschreven, voor een breder publiek dan alleen theologen, en het is geen systematische bespreking van Kuiterts werk. Die moet er overigens wel komen. Ik zou van Meijering wel eens willen horen, waarom hij Kuiterts Alles is politiek, maar politiek is niet alles een onderbreking van zijn proces van afstand nemen van zijn rechtzinnige verleden noemt (12). Naar mijn gedachte past dit boek naadloos in Kuiterts ontwikkeling.

Akke van der Kooi, De ziel van het christelijk geloof. Theologische invallen bij de praktijk van het geloven. Uitg. Kok Kampen 2006, 169 blz. € 16,50.

Centraal in het boek van dr. Akke van der Kooi, docente dogmatiek aan de Theologische Universiteit Kampen (Koornmarkt), is dat de terugkeer van Jezus naar zijn Vader ruimte schept om zicht te krijgen op God, waarbij de Geest ons taal geeft om uitzicht te houden op toekomst. God komt ongedacht aan het licht, zoals in het leven van vrouwen in Zuid- Afrika, die de moordenaar van hun echtgenoot leven en toekomst gunnen. Maar ook in het leven van een kind, zoals van Noordmans zelf, die op weg naar school onder de lange bomenrij door zijn oudere zusje wordt geholpen bij het leren van Psalm 24, waarbij ineens Jezus zich voegt — als bij de Emmaüsgangers -, en om hen heen waait als de Heilige Geest op het Pinksterfeest, en die twee ‘met een stille, blijde verbazing’ in de bomen zich de poorten zagen verhogen. Vervolgens wordt de herinnering van het kind een belofte van Christus, die óók verhoogd — omhoog getrokken — werd van de aarde, aan het kruis, en ontvangt het christelijk kruisdragen een belofte. Een diepzinnig boek, dat aan het denken zet.

Alister McGrath, De ondergang van het atheïsme. Opkomst en verval van het ongeloof in de moderne wereld. Uitg. Ten Have Kampen 2006, 219 blz., € 24,90.

In dit boek graaft Alister McGrath naar de cultuur-historische wortels van het moderne atheïsme. Hij komt uit bij de Franse revolutie van 1789 als bakermat. Vervolgens groeit het moderne atheïsme door het werk van Ludwig Feuerbach, Karl Marx en Sigmund Freud. De natuurwetenschappen worden dan al snel gezien als concurrenten van religie. Doordat McGrath van mening is dat het moderne atheïsme een cultuur-historische reactie is op falende staatskerken, kan hij ook het einde van het atheïsme aankondigen. Want cultuur en kerk zijn sterk veranderd. De kritiek van het atheïsme is daarmee niet meer ter zake en de voortbrengselen van het atheïsme (communisme, stalinisme, nazisme) zijn niet aantrekkelijk. Het verbaast hem niet dat er honger is naar nieuwe spiritualiteit. Hij waarschuwt het protestantisme wel dat het zichzelf uit de markt prijst als het niet in staat is meer dan het verstand van mensen aan te spreken. De Pinksterbeweging en de Rooms-Katholieke kerk weten ook de verbeelding van mensen te raken. McGrath schuift het atheïsme niet weg als achterhaald en overwonnen, maar hij blijft het serieus nemen als protest tegen ingezonken vormen van kerk en geloof. Kortom: een diepgravende studie die veel stof tot nadenken geeft.

Dr. K.A.D. Smelik, Neem een boekrol en schrijf. Tekstvondsten uit het oude Israël. Uitg. Boekencentrum Zoetermeer 2006, 220 blz., € 19,90

In deze keurig verzorgde en geïllustreerde uitgave neemt de auteur de lezers mee naar tekstfragmenten die gevonden zijn in het huidige Israël en Jordanië, uit de periode van 1000–500 voor Christus. De opzet lijkt veel op het boek dat Smelik in 1984 publiceerde onder de titel ‘Behouden Schrift’. Nu zijn echter ook nieuwere vondsten en nieuwere inzichten verwerkt.

Dit artikel werd u aangeboden door: Christelijk Gereformeerde Kerken

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 december 2006

Ambtelijk Contact | 16 Pagina's

TER OVERWEGING

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 december 2006

Ambtelijk Contact | 16 Pagina's