Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

H. Lankamp. Leerplan-Aardrljkskunde.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

H. Lankamp. Leerplan-Aardrljkskunde.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Rustig werkt de oude heer Lankamp, yoort aan de voltooiing van het grootsche plan: een Leerplan te geven voor de verschillende vakken op: onze Scholen met den Bijbel. Eerst kregen we van hem de Bijbelsche Geschiedenis met later als afzonderlijk deel de Kerkgeschiedenis. Verder volgden da Vaderlandsche Geschiedenis en de Natuurkennis en nu ligt voor ons deel IVA Aardrijkskunde; Algemeen gedeelte en Bijzonder gedeelte, Ie en 2e cursus voor het 3e en 4e schooljaar. Dit zal compleet zijn met deel IVB, waarin dan de drie cursussen voor het 5e, 6e en 7e schooljaar zullen worden uitgewerkt.

Voor den arbeid van dezen stoeren werker kunnen we niet dankbaar genoeg zijn. Bij ieder vak wordt in het helderst licht gezet, welke beteekenis het heeft voor de .Christelijke üchool en welke eischen omtrent leerstof en methode uit ons beginsel voortvloeien. Bij alle gevaar voor vervloeiïng, waarover men in onze dagen zoo graag spreekt, geven deze kloeke deelen een onweerlegbaar bewijs, dat de ischool met den B, ijbel leeft uit een eigen beginsel. De herdrukken van "de vorige deelen bewijzen ook, dat het werk van Lankamp gewaardeerd wcrdt en we zijn zoover gekomen, dat een Christelijk onderwijzer niet meer zal durven te zeggen, dat hij het werk van Lankamp, niet kent. ledere school moet in het bezit zijn van een volledig stel van deze onschatbare boeken, 't Is geen gemakkelijk werk, het onderwijs er naar in te richten, Lankamp is met een beetje vernis niet tevreden; maar ieder, die zich de moeite geeft, degelijk kennis te nemen van wat Lankamp wil en hoe 'hij het wil en die met inachtneming van plaatselijke eigenaardigheden de idee van dit Leerplan weet uit te werken in eigen school, zal zidh de moeite niet beklagen. Hij geeft principieel onderwijs en mag zich verblijden in een solieden gang van heel het werk.

Dat geldt ook weer voor het pas verschenen eerste deel voor de Aardrijkskunde. Eerst geeft de schrijver een uitvoerig overzicht van de Geschiedenis van het Aardrijkskundig Onderwijs, om daarna aan te geven, welke waarde dit vak heeft voor de Christelijke School. Hoewel hij waarschuwt tegen de overschatting van dit' vak, valt het hem niet moeilijk de waarde ervan aan te toonen voor de godsdienstige, de zedelijke, de nationale, de intellectueele en de aesthetische opvoeding. Heel mooi vind ik in dit gedeelte aangetoond, welke waardfe het Bijbelsch onderwijs voor dat in de Aardrijkskunde heeft. Hoe krijgen onze kinderen al dadelijk kennis van de aarde als een schepping Gods! Zij zien Hem als Schepper en Onderhouder van al wat op de aarde leeft en verstaan, dat ook' die aarda om des menschen wil vervloekt is. Zij leeren van Babels torenbouw, van de spraakverwarring en het ontstaan van volken en talen. De aardrijkskunde brengt ons de vervulling van menige profetie, die we daarom niet mogen nalaten onder de aandacht vooral van onze oudere leerlingen te brengen.

In het volgende hoofdstuk wordt dan de Leerstof besproken. Lankamp is een strijdlustige natuur. Wat al zoo als nieuw licht word geprezen, wordt • maar niet zoo zonder meer aoor hem aanvaaird. Zoo toont hij hier aan, dat de veel geprezen Ligthart wel eens theorieën verkondigde, die hij in de praktijk niet - nakwam. Lankamp is er niet zoo bang voor, de kinderen wat te laten leeren, al streeft hij bij de verdere uitwerking van zijn Leerplan daadwerkelijk naar beperking va, n de Leerstof.

Hij wil in het derde leerjaar beginnen met het voorbereidend onderwijs in dit vak, om de veertien dagen 1 uur. Hij meent in dit leerjaar de kindereaa ook een boekje in handen te moeten geven. Ik betwijfel, of hij daar veel succes mee zal hebben, al is het boekje inderdaad zeer eenvoudig gehouden. Ik dacht, dat hier de mondelinge behandeling, met de kaartjes, die de onderwijzer teekent en die door de kinderen kunnen wordea nageteekend, wel voldoende zou zijn. Maar 't is te probeeren. In het derde leerjaar wil L. ook nog een algemeen overzicht van Nederland met de provinciën geven, ook iets over onze eilanden.

Het vierde leerjaar brengt dan een vrij volledig overzicht over Nederland. De levendigheid van het onderwijs wordt hier bevorderd, doordat de kinderen op de kaart veel reisjes' riiaken. Dat vinden de kinderen prettig. Zij hebben bij hun boekje een kaart, moeten daarop de reizen volgen, afstanden

en richtingen bepalen en 'vergelijken, schetsjes maken, de leerstof verwerken. 'Veel overhooren behoeft zoodoende niet te gebeuren, doordat de kinderen door veel activiteit, door gedurige herhaling de leerstof wel meester worden.

Het vijfde leerjaar, de derde cursus, ge^t nog meer bijzonderheden over Nederland, vooral over land en volk. Daarna komt een algemeen overzicht van Europa, terwijl het slot wat namenfcennis van „Onze Oost" tracht aan te brengen.-Hier krijgen de kinderen ook een globe te zien.

In het zesde leerjaar wordt nu Nederland afgehandeld. Dat heeft op deze manier een zeer royale behandeling gekregen en zeer terecht. Met eigen land en volk moeten de kinderen goed op de hoogte gebracht Vorden. Dat is voor de kennis van de andere deelen der wereld onmisbare voorwaardfe. Europa krijgt hier ook een flinke Taeurt. Verder wordt hier de Wereld behandeld. Vooral worden de volken besproken, het peil hunner heschaving, hun maatschappelijke ontwikkeling, hun economische beteekenis en vooral hun religieus leven. Het kind moet er een diepen indruk, van krijgen, hoe velen nog leven buiten de kennis van den eenigen Naam, dat de religies der volken zijn: „één groote klacht, één groote schande, één groote smart of één groote vreeze". De Zending krijgt hier zoodoende een groote plaats. Ned. Oost-Indië wordt hier ook meer in bijzonderheden behandeld.

Het zevende leerjaar, de vijfde cursus, geeft in verband met den vorigen cursus een tweede behandeling van de Werelddeelen en van Koloniën; verder een algemeene repetitie van Nederland en eenige lessen over de aarde als hemellichaam, waarbij dan van het Heelal en zijn wonderen wordt gegeven, wat voor kinderen van dien leeftijd begrijpeJijk is. Wie geen zevende leerjaar heeft, moet in de vorige cursussen eenige van de hier bedoelde onderwerpen inlasschen.

Palestina geeft Lankamp geen afzonderlijke behandeling. Dat moet ter sprake komen bij de Bijbelsche Geschiedenis, waarbij altijd de kaart voor de klas hangt, 't Kan, maar mij is toch profijtelijk gebleken, nu ^en dan, b.v. om de drie weken, eens een afzonderlijke' les te wijden aan de Bijb. Aardrijksk.

Ziezoo, onze Scholen met den Bijbel zijn weer een mooi werk rijker. Onze onderwijzers zullen niet nalaten, er meer dan oppervlakkig kennis mee te maken. Ze zullen er heel wat van kimnen gebruiken, hoe hun school ook georganiseerd is. En mij dunkt, 'onze ontwikkelde schoolbestuursleden znllen, voorzoover zij ook met het Leerplan in aanraking komen, langer hoe meer de overtuiging krijgen dat ook zij van het monumentale werk-van Lankamp behooren kennis te nemen.

G. MEIMA.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 april 1927

De Reformatie | 8 Pagina's

H. Lankamp. Leerplan-Aardrljkskunde.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 april 1927

De Reformatie | 8 Pagina's