VERENIGINGSNIEUWS

Deze vez'gadering stond onder leiding van de weled. heer H. Hoogendoorn uit Gouda.

De vergadering werd geopend door dhr. Hoogendoorn, welke liet zingen Ps. 146 : 1, 3 en 8 en voorging in gebed. Nadat was gelezen Matth. 7. sprak de voorz. naar aanleiding hiervan zijn openingswoord uit. Spreker toonde onder meer aan, dat wanneer wij de weg geweten en deze niet bewandeld' zullen hebben, wij worden vergeleken bij de dwaze bouwer, die z'n huis niet bouwde op de rotssteen gelijk de wijze bouwer, wiens huis toen de levensstromen woedde, staande kon blijven, en niet verging gelijk dat van de dwaze bouwer.

Dat wij door genade maar wijze bouwers mochten bevonden worden, en ons levenshuis mochten gronden in de ware steenx-ots Christus.

Na nog allen een hartelijk welkom te hebben toegeroepen, werden vervolgens de verslagen voorgelezen der J.V., waarna vr. J. Alderliesten het woord werd gegeven voor het houden van zijn ondei'werp get.: „De vleeswording in de volheid des tijds." Spr. liet duidelijk uitkomen dat het was „de volheid des tijds, " daar allerwege het verlangen naar Goddelijke Openbaring groot was geworden, de tijden gerijpt, en dat God tevens alle de beloften welke door Hem door al de eeuwen heen waren gegeven, vervulde.

Op dit keurige onderwerp werd gezongen vers 4 van de Lofzangvan Zacharias. Hierna werden gelezen de verslagen der M.V. Nadat nog door mejuffr. Scheurwater op keurige wijze een gedicht was voorgedragen get.: „Leidens Ontzet", kregen de div. afgevaardigden de gelegenheid hun felicitaties uit te brengen, waarna de pauze volgde, waarin werd aangeboden. de aanwezigen een verfrissing

Na deze pauze kreeg vr. A. v. 't Hof de gelegenheid zijn onderwerp voor te dragen get.: „Augustinus".

Deze schetste de geweldige strijd van deze grote kerkvader tegen schisma en ketterijen, en toonde aan hoe Augustinus juist door deze strijd een schat van bronnen en boeken heeft nagelaten voor tijdgenoot en nageslacht, waarvoor de kerk aller eeuwen God te danken heeft.

Vervolgens werd een gedicht voorgedragen door vr. Joh. van 't Hof get.: , , De torenbouw van Babel".

Als laatste werd nog een gedicht voorgedragen door mejuffr. T. Klop get.: „De Amsterdamse Wees", waarna de voorz. der J.V. dhr. v. Galen een slotwoord uitsprak, welke hierin wees op de problemen der tijden, en heenwees naar de grote Raadsman Christus, de meerdere Salomo.

Ter afwisseling van de andere agendapunten werden door de meisjes van de M.V. op keurige wijze enkele psalmen 2-stemmig gezongen, o.a. Ps. 121 : 1-2; Ps. 42 : 1-5; Ps. 133 : 3 en de Lofz. van Simeon.

Ouderling Stolk sloot deze avond door te laten zingen Ps. 77 : 8, waarna hij voorging in dankgebed).

Bij de uitgang werd gecollecteerd voor het Gratis Lezersfonds, welke collecte ƒ 10.66 opbracht.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen