Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Consulentschap

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Consulentschap

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wat is een consulent? Een consulent is letterlijk een raadgever. Het kerkelijke spraakgebruik verstaat onder de term consulent een predikant, die geroepen wordt om bijstand te verlenen in een vacante gemeente. Uiteraard is deze predikant lid van dezelfde kerk als waarvan de betreffende herderloze gemeente die hij tijdelijk dient, deel uitmaakt. Dat lijkt een overbodige mededeling, want dit feit is voor geen lezer nieuw. Evenwel is het goed daarop accent te leggen. Zo bezien wordt immers juist ook in een periode van vacature duidelijk, dat de gemeenten gezamenlijk behoren tot de landelijke kerk. Geen gemeente staat op zichzelf, onverlet de roeping van de plaatselijke kerkenraad om ambtelijk te waken over de haar toevertrouwde kudde. In een tijd waarin een van de drie ambten in een gemeente ontbreekt, is de kerk geroepen zulk een gemeente te helpen. Dat doet zij ten tijde van een predikantsvacature door middel van de consulent. Deze (dienstdoende) predikant is zogezegd de vertegenwoordiger van de kerk, die aanwezig is in een vacante gemeente.

Werkzaamheden van de consulent
Wat doet een consulent? In de Nederlandse Hervormde Kerk zijn de taken van de consulent vastgelegd in de kerkorde. Kort gezegd neemt de consulent in de vacante gemeente de taak van de daar gestaan hebbende herder en leraar over. Hij wordt er zogezegd tijdelijk pastor loci, formeel althans. Tegelijk wordt hij er niet aan de predikantsplaats verbonden. Hij blijft alleen predikant in zijn eigen gemeente, hij wordt geen dominee van de vacante gemeente. Wat moet hij dan doen in de vacante gemeente? De kerkorde is daarin duidelijk. Zij bepaalt: Buiten zijn tegenwoordigheden kunnen door de kerkenraad geen besluiten worden genomen (NHK KO.XIII.18.5). De aanwezigheid van de consulent geeft een wettige grond aan de kerkenraadsvergadering. Ook is terecht geregeld, dat de consulent een raadgevende stem heeft in de kerkenraad en haar moderamen. Hij mag wel adviseren, maar hij heeft geen concluderende stem. Hij stemt dus niet mee.

De achtergrond van deze bepaling is natuurlijk, dat hij via het consulentschap geen predikant van de andere gemeente wordt. Daarom is en blijft zijn verantwoordelijkheid een andere dan die van de plaatselijke kerkenraad. De consulent behoort niet zijn stempel te drukken op de andere gemeente. Hij helpt wel bij het bewaken van de orde der kerk, hij is er wel aanwezig om de kerkenraad met raad en daad bij te staan, maar hij behoudt een zekere verstandige afstand. Als het bijvoorbeeld gaat om het beroepingswerk in de vacante gemeente, dan moet hij zich realiseren dat het de taak van de plaatselijke kerkenraad is om te komen tot het beroepen van de predikant voor die gemeente. Hij mag in voorzichtigheid aanraden, hij mag afraden onder dezelfde conditie, maar het is de kerkenraad van de vacante gemeente en niet de consulent die beroept. De consulent moet zich te allen tijde realiseren, dat hij tijdelijk aan een rijdende wagen wordt toegevoegd en dat hij wederzijds respect behoort te bevorderen, zeker in de gevallen waarin het geestelijk klimaat van de vacante gemeente verschilt van de ligging van de consulent. Dat laatste doet zich nu en dan voor in de werkelijkheid van het kerkelijke leven, ook onder ons.

Wat doet de consulent nog meer? In de kerkorde wordt verondersteld, dat hij de bevestiging van de nieuwe herder en leraar leidt, behoudens dispensatie. Hij moet er in elk geval bij tegenwoordig zijn. Daarnaast wordt van hem verwacht dat hij de belijdeniscatechisatie voor zijn rekening neemt, al zijn op die regel uitzonderingen voorstelbaar. Voorts zal van geval tot geval sprake zijn van een verschillend wederzijds verwachtingspatroon en van diverse mogelijkheden of onmogelijkheden om invulling te geven aan het consulentschap. In sommige situaties is sinds jaar en dag sprake van het overnemen door de consulent van bijna alle taken van de eigen predikant in een gemeente. Dat heeft dan bijvoorbeeld betrekking op de volledige pastorale (nood)bearbeiding van de gemeente en het in totaliteit overnemen van de catechisaties. In andere situaties trekt men in een tijd van vacature voor deze arbeid steevast een pastoraal medewerker of een emerituspredikant aan.

Meerdere consulentschappen
De droeve fusie- en breukdatum van 1 mei 2004 heeft ervoor gezorgd, dat vele structuren in de kerk ons zijn ontvallen, al was het alleen maar vanwege getalsmatige reductie. Een van de gevolgen is geweest, dat vrijwel alle zogenaamde ringverbanden zijn doorbroken. Voorheen werden de consulentschappen door de regel binnen het geografisch aaneengeschakelde ringgebied toebedeeld.

Thans gebeurt dat binnen het forse rayon van de zeven classes die onze kerk telt. Consequentie daarvan is, dat de consulent niet altijd meer in de buurt van de vacante gemeente staat. Het moeten rijden van tientallen kilometers naar de gemeente waar men consulent is, is bepaald geen uitzondering. Bovendien wordt men in de classes binnen de herstelde kerk geconfronteerd met het verschijnsel dat predikanten soms geroepen worden om naast hun eigen gemeente en het werk waartoe de kerk in classis of landelijke commissie(s) roept nog eens drie of vier consulentschappen op zich te nemen. Een ieder kan begrijpen dat men in zulk een situatie niet alle mogelijke en onmogelijke werkzaamheden van andere gemeenten erbij kan hebben. Het mag waar zijn dat, zoals de ene vrouw met een dubbeltje altijd meer gekund heeft dan de andere met een gulden, zo ook de ene predikant door Gods goedheid tot meer in staat is dan de ander, maar er zijn natuurlijk wel grenzen. Het is dan ook noodzaak, dat verwachtingspatronen aangepast en toegesneden worden op de sterk veranderde kerkelijke situatie. Bezinning op dit punt is geen overbodige luxe. Het is althans tijdelijk geboden om meer dan voorheen rekening te houden met de gewijzigde praktijk. Intussen moge dit feit ons allen uitdrijven tot de troon van Gods genade met de bede dat de Heere des oogstes nieuwe knechten wil uitzenden in de wijngaard, dat onze studenten met studievoortgang gezegend mogen worden en dat de gemeenten middellijk gesproken straks gediend zullen kunnen worden door meer van God geroepen dienaren des Woords.

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 mei 2007

Kerkblad | 12 Pagina's

Consulentschap

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 mei 2007

Kerkblad | 12 Pagina's