Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Boekbespreking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Boekbespreking

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Om een verstaanbare bijbel. Nederlandse bijbelvertalingen na de Statenbijbel, geredigeerd door A.W.G. Jaakke en E. W. Tuinstra. Uitgave: Nederlands Bijbelgenootschap te Haarlem samen met het Belgisch Bijbelgenootschap te Brussel. Gebonden, veel zwart-wit illustraties, 403 blz., f 59,50.

Veel liefhebbers van de Statenvertaling en geïnteresseerden in de vaderlandse kerkgeschiedenis van de I7e eeuw waren eerder in deze eeuw zeer verblijd met het bekende boek 'De Statenvertaling en zijn voorgangers' van de toenmalige Leidse kerkhistoricus prof. C.G. de Bruin (1905- 1988). In 1937, precies drie eeuwen na de voltooiing van die bijbelvertaling in opdracht van de Staten Generaal, verscheen dat gedenkboek. Het liet zien, hoeveel Nederlandse bijbeloverzettingen vooraf gingen aan dit werk van bekende vertalers, correctoren en superviseren, zoals ds. Joh. Bogerman en de Deventer predikant en dichter ds. Jacobus Revius.

Omdat het boek in onze tijd niet meer helemaal 'bij' was heeft het Nederlands Bijbelgenootschap, in samenwerking met het Belgi.sch Bijbelgenootschap, recent een bewerkte en aangevulde uitgave van De Bruins boek laten verschijnen, geredigeerd door de Utrechtse kerkhistoricus dr. F.G.M. Broeyer. Hij beperkte zich niet tot het aanvullen met nieuwe gegevens, maar heeft ook afstand genomen van bepaalde visies en waarde-oordelen die dr. De Bruin een halve eeuw eerder had gepresenteerd. Daarover gaat het hier nu echter niet. Elders heeft
dr. C.A. Tukker de ingrepen van Broeyer hier en daar als te ingrijpend van de hand gewezen.

Het boek dat wij hier bespreken is eigenlijk het logisch vervolg op dat werk van De Bruin en Broeyer. Uitgever is eveneens het NBG, maar het opmerkelijke is wel, dat dit eveneens forse boekwerk over de vertalingen nä de Statenbijbel eerder is uitgebracht dan de bewerking van 'De Statenbijbel en zijn voorgangers'. Dat had een heel praktische reden. En wie echt wilde weten hoe het met die vertalingen en bewerkingen van de Deux-Aes en Liesvelt en zovele anderen was gegaan, kon toch terecht bij de eerste editie van De Bruins 'Voorgangers...'.

'Om een verstaanbare bijbel' staat onder redactie van Jaakke en dr. Tuinstra, beiden verbonden aan het departement Vertalen van het NBG. Er werkt een keur van deskundigen aan mee, te beginnen met de Utrechtse emeritus-kerkhistoricus prof. Otto J. de Jong die de Statenbijbel plaatst in het historisch kader.

Het boek van Jaakke en Tuinstra heeft een voorgeschiedenis. Menigeen kent nog de inmiddels overleden adjunctsecretaris van het NBG, J.J. Kijne. Na zijn pensionering aanvaardde Kijne de opdracht om als oud-hoofd van de sectie Vertalingen een boek te schrijven over Nederlandse bijbeluitgaven na de Statenbijbel van 1637. Zijn werk werd begeleid door een commissie waarin prof. G.C. de Bruin, de Utrechtse nieuwtestamendcus prof. W.C. van Unnik en prof. O.J. de Jong zitting hadden. Dat boek zou in 1977 moeten verschijnen, maar Kijne's gezondheid werd slechter en het werk stagneerde. In 1985 besloot het NBG dit boekproject toch voort te zetten. Er werden diverse specialisten op deelgebieden aangezocht, bijvoorbeeld voor rooms-katholieke en joodse vertalingen. Ook deelvertalingen van een enkel bijbelboek zouden nu moeten worden vermeld. Met gebruikmaking van het door Kijne verzamelde basismateriaal kon een nieuw team aan de slag gaan. Het materiaal werd zo overvloedig, dat toch een flinke selectie moest worden toegepast. Daarom zijn Friese en Zuidafrikaanse overzettingen hier buiten beschouwing gebleven, evenals vertalingen van afzonderlijke bijbelboeken in diverse Nederlandse dialecten. Dit trouwens overeenkomstig de richtlijnen die de heer Kijne (1909-1983) al in 1975 had opgesteld. Het boek is daarmee ook een postuum eerbetoon aan de man die zoveel voor het NBG heeft betekend.

Wat heeft dit dikke boek te bieden? Het inleidend artikel van De Jong, waaraan ook de boekdtel is ontleend, gaat in korte stukjes de betekenis van die verstaanbare bijbel na. Het was een bijbel die aan tafel gelezen werd, die niet bedoeld was voor luthersen en rooms-katholieken, terwijl ook oud-katholieken hun eigen vertaling ki^egen van Van der Schuur en Van Rhyn. De Jong belicht ook de invloed van Coccejus, en de Concordantie van Trommius. Hij schetst de bijbelverklaring in 27 delen van de Amsterdamse predikanten Van Nuys Klinkenberg en Nahuys en de latere vertaalarbeid van W.A. van Vloten, J.H. van der Palm en anderen en de Leidsche Vertaling, het werk van H.Th. Obbink en W.M. Brouwer, ook verklaringen als 'Tekst en Uitleg', de 'Korte Verklaring', de r-k Petrus Canisiusvertaling en de spanning tussen Luthers ideaal en Calvijns precisie. In vogelvlucht derhalve een goed overzicht van zo'n 350 jaar bijbeloverzetten in ons land.

Wij moeten hier volstaan met het kort aanduiden der overige bijdragen, maar ook dan wordt het duidelijk,dat ieder die iets wil weten over het ontstaan van zoveel bijbels na de uitgave van weduwe Machtelt van Wout, tot en met de parafrase-arbeid van mr. E. Straat, niet om dit boek heen kan. Zo laat dr. Broeyer zien, hoeveel edities van de Statenvertaling na die eerste van 1637 zijn verschenen. De heer Jaakke belicht de Lutherbijbel van Adolf Visscher, die deze vertaling toch het werk en de bijbel van Maarten Luther wilde laten blijven. Dr. Tuinstra zet de betekenis uiteen van drie niet-calvinistische vertalingen van het Nieuwe Testament: die van de remonstrantse predikant Christien Hartzoeker, van de Rijnsburger Collegiant Reynier Rooleeuw in Amsterdam en van de doopsgezinde Carel Cats, wiens uitgaaf de vreemdste was van deze drie.

Van belang voor ons blad is ook de bijdrage van de r-k prof. N. Tromp: 'De ontvouwing van uw Woord verlicht', over 350 jaar rooms-katholieke bijbelvertaling in Nederland en Vlaanderen. De oud-katholieken hadden, zo laat drs. K. Ouwens zien, hun eigen vertalingen. 'De bijbel in de huiskamer' heet de bijdrage van drs. A. Heringa, over de Bataafse tijd en erna: van 1789 tot 1830. Dr. R.C. Musaph- Andriese verhaalt de boeiende historie van de joodse vertalingen in ons land. Grote namen in dat verband waren onder meer S.I. Mulder, A.S. Onderwijzer en persoonlijk vond ik de vertalingen van A.B. Davids (Jesaja, Job, Psalmen) heel bijzonder vanwege het bewaarde Hebreeuwse koloriet.

Na een artikel van dr. C. Houtman over de Leidsche en de Utrechtse Vertalingen gaat drs. J.A. Koole de zogeheten Nieuwe Vertaling van het NBG na. Die is van 1951 en geldt in menige kring al weer als hopeloos verouderd, taal- en vertaalkundig en ook theologisch. Daarom zit er nu een Vertaling-2000 aan te komen, die voor veel kerken en groepen aanvaardbaar zou moeten zijn en waaraan ook joodse geleerden en Geref. Bonders meewerken. Recent is bij de Katholieke Bijbelstichting ook een herziening van de Willibrord-vertaling uit 1975 verschenen.
Dr. H.W. Hollander schetst dan ook in zijn bijdrage 'Meerstromenland' die naoorlogse ontwikkelingen, waaronder de Groot Nieuws Bijbel, de Startbijbel en Het Boek.

Nauwgezet is de omvangrijke bibliografie van bijbelvertalingen (ook van losse bijbelboeken of deeluitgaven) sinds de Statenbijbel, samengesteld door redacteur Jaakke en T. Medema-Wijnia. Registers van auteurs/vertalers en van bijbelboeken ronden dit kloeke, mooi uitgevoerde boek af. Het ziet er wel naar uit, dat een gewenste herdruk nog weer omvangrijker zal zijn; niets wijst erop dat met zo'n Vertaling- 2()00 het verder overzetten van de H. Schrift tot stilstand komt. Ook bestaande en geliefde vertalingen ontkomen niet aan bijschaving. Neem slechts de Statenvertaling, waarvan op dit moment nog drie verschillende edities in de handel zijn: de aloude zoals Jongbloed die vroeger al uitgaf, de taalkundig licht herziene van een commissie geleid door nu wijlen ds. W.L. Tukker, uitgegeven door het NBG en een uitgave van de Geref. Bijbelstichting (GBS), die van mening is dat de beste uiting van Gods Woord de zo nauwkeurig mogelijke tekst van 1637 is, in nieuwe spelling, maar met behoud van woorden wier betekenis nu veranderd is. 'Om een verstaanbare bijbel' is een waardevolle bron voor bijbelvorsers.

Dit artikel werd u aangeboden door: Protestants Nederland

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 december 1995

Protestants Nederland | 12 Pagina's

Boekbespreking

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 december 1995

Protestants Nederland | 12 Pagina's