Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Stadstuinstukjes

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Stadstuinstukjes

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Meestal loop ik al in maart, april de lelietjes-der-dalen in bloei te kijken. Wat niet lukt. Ik wil ze graag eens met blauwe druifjes in een vaasje zetten. (Die combinatie zat in mijn april-bruidsboeket). Het lelietje, de toevoeging in de Latijnse naam zegt het al, bloeit in mei: Convallaria majalis.

Onvoorstelbaar trouwens, hoe snel zo'n plant ineens boven de grond is! Zó zie je alleen zwarte grond, en zó priemen overal de lelieneuzen omhoog. Omdat ze ongebreideld uitdijen, zou ik er een stel verplanten, met een klein schepje. Dat viel bitter tegen: Het plantje breidt uit via zijn wortels en die zijn behoorlijk sterk.

Vorig jaar tegen Pasen liep een buurvrouw in het buurtgroen rond te struinen. De helgele bloemtrossen van de mahoniestruik (Mahonia) nodigden er uit tot plukken. Haar voorbeeld werkte bij mij aanstekelijk. Mahonia, omgewaaide gele narcissen en enkele takjes bijna uitgebloeide forsythia zorgden met wat coniferengroen voor een prachtig voorjaarsstuk op tafel!

Dit jaar kleurden eind januari sommige mahonie-knoppen al groen-geel. Na de bloei vernieuwt het blad zich (glanzend lichtgroen). Dat verkleurt in de loop van het jaar naar donkergroen/rood en blijft 's winters zitten. In het najaar komen er blauwe bessen aan de struik.

De buurt-Mahonia duikt ook hardnekkig in onze achtertuin op. Eerst rukte ik die taaie stengeltjes steeds weg, maar nu heb ik er een in de voortuin geplant. In de buurt blijkt namelijk dat hij het in de schaduw best uithoudt.

Als je bij je huis een al aangelegde tuin krijgt, kom je geregeld voor verrassingen te staan. Vooral het eerste jaar natuurlijk. Ik was heel verrukt dat grote pollen Alyssum (rotsschildzaad) het pad bleken te omzomen. Dat viel me pas op toen de stralend gele bloemetjes te voorschijn kwamen (voor die tijd had ik het druk met schuren, verven en behangen...)

Het duurde een hele poos voor ik in een tuinboek een naam vond voor een ander plantje dat de tuin siert: Omphalodes, een woekeraar met blauwe bloempjes. Een Nederlandse naam stond er niet bij. Het is een klein kruipertje, met blad dat wel iets van weegbree weg heeft.. Geen schoonheid dus.

Maar al vroeg in het voorjaar verrast het me met piepkleine bloempjes in vergeetmijnietjesblauw. Omphalodes staat in de achtertuin, op het zuiden, en breidt zich almaar uit. Vandaar dat ik wat uitbreiding naar de voortuin bracht. Wie weet.

En ja hoor, ook in de diepe schaduw woekert het plantje voort. Eind januari ontdekte ik daar al violetblauwe minibloemetjes (terwijl het boek meldt dat hij van maart tot mei bloeit). Alleen wil ik er nog een Hollandse naam voor verzinnen, want deze buitenlandse naam ligt nou niet direct gemakkelijk in de mond.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 5 april 1995

Terdege | 79 Pagina's

Stadstuinstukjes

Bekijk de hele uitgave van woensdag 5 april 1995

Terdege | 79 Pagina's