Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Apocriefe Boeken (2) van het Oude Testament

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Apocriefe Boeken (2) van het Oude Testament

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Houding Reformatie

UIT DE SCHAT VAN DE KERK

Tot op de Hervorming zijn deze Apocriefe Boeken, ondanks daartegen ingebrachte bezwaren door de kerkvader Hiëronymus, algemeen als canoniek gebruikt en geëerd. Ze waren toegevoegd aan de Latijnse Bijbelvertaling (de Vulgata) en vormden een wezenlijk bestanddeel van de Bijbel, zoals die gedurende de Middeleeuwen gebruikt werd. Daardoor kregen de apocriefen groter gezag dan Hiëronymus ze had willen geven. „Deze apocriefe boeken vormen het meerdere, dat de Griekse overzetters, de zeventigen (de Septuaginta) en de Latijnse Bijbel (de Vulgata), hebben boven de Hebreeuwse Bijbel" (Aalders). Door de Hervormers zijn ze echter als niet-canoniek verworpen. Het waren voor hen apocriefe boeken.

De Roomse Kerk heeft op concilie van Trente (1545), de apocriefe boeken als canoniek gehandhaafd, waarbij alleen het gebed van Manasse en het derde en vierde boek Ezra werd uitgesloten. Ze zette daarmee voort, wat reeds door eerdere concilies was ingezet vanaf de Synode van Hippo in 393 tot het Algemeen concilie van Florence in 1444. Trente wilde in deze zaak tot een afsluiting komen. Ook al omdat, in de tijd van de Reformatie, de vraag naar de grenzen van de canon opnieuw werd gesteld. Het was met name de theoloog Karlstadt die in 1520 een duidelijk onderscheid maakte tussen canoniek en apocrief.

Houding Reformatie

Luther heeft de Apocriefen als aanhangsel achter zijn Bijbeluitgave opgenomen met de opmerking, dat deze boeken niet met de Heilige Schrift gelijk zijn te stellen, maar dat de lezing ervan, nuttig en goed is. Hij zat daarmee op de lijn van de Nederlandse Geloofsbelijdenis. De apocriefe boeken maken geen deel uit van de canon en missen het Goddelijk gezag, waarmee de canonieke tot ons komen.

Ook op de Synode van Dordrecht (1618-1619) zijn de Apocriefe Boeken onderwerp van bespreking geweest. Dat was in verband met de voorgenomen nieuwe vertaling van de Bijbel (de Statenvertaling). De vraag was: moeten de Apocriefe Boeken al dan niet een plaats hebben in de nieuwe Bijbelvertaling? De meningen waren verdeeld. Meerdere afgevaardigden, waaronder vooral Gomarus, wilden de apocriefen niet opnemen. Na heftige discussies werd met meerderheid van stemmen besloten om de Apocriefe Boeken opnieuw uit het Grieks te vertalen en ze aan de Nieuwe Bijbelvertaling toe te voegen. Maar aan de vertaling ervan behoefde men minder zorg te besteden dan aan de vertaling van de Canonieke Boeken. Bij deze beslissing van de Synode sprak mee, dat de Apocriefe Boeken van oudsher in binnen-en buitenland, altijd in één band met de Canonieke Boeken waren uitgegeven. Wanneer de Nederlanders van dit gebruik zouden afwijken, dan kon dit „lichtelijk een oorzaak van ei-gernissen en lasteringen" worden.

En: „hoewel te wenschen ware, dat al deze apocriefe boeken nooit bij de Heilige Schriften waren gesteld geweest", zo vond men nochtans goed dat, „in deze tijd dezelve van het lichaam des Bijbels niet zouden afgescheiden, maar daarbij gevoegd worden". Wel stelde de Synode het volgende voorbehoud:

„Dat ze van de canonieke boeken, door een behoorlijke tusschenruimte en door een bizonderen titel (opschrift), onderscheiden zouden worden, waarin nadrukkelijk aangegeven werd, dat deze boeken menschelijke geschriften zijn en derhalve apocrief'.

„Dat ze met andere, mindere (kleinere) letter gedrukt worden; dat ze aan den kant alle plaatsen aangetekend en wederlegd worden, die met de waarheid der Canonieke boeken zijn strijdende en voornamelijk al degene de de Papisten (Roomsen) tegen de Canonieke waarheid uit deze boeken voortbrengen".

„Dat daarbenevens de drukkers dezelve door een bizonder getal van bladzijden onderscheiden, zodat ze ook afzonderlijk gebonden kunnen worden". De drukkers moesten de apocriefe boeken dus apart pagineren.

Tot nu toe had men de apocriefe boeken tussen het Oude-en Nieuwe Testament een plaats gegeven.

Men besloot ze nu achter het Nieuwe Testament op te nemen, opdat de mensen ze goed konden onderscheiden van de canonieke boeken. Kort samengevat: de apocriefe boeken zouden achteraan komen; voorzien worden van een voorrede; met kleine letters worden gedrukt; van noten worden voorzien waar afwijkingen van het in de canonieke boeken geleerde zouden worden gevonden. Zo loste de Synode van Dordt het vraagstuk van de apocriefe boeken op.

Afnemende belangstelling

Alleen in oude Statenbijbels kan men de apocriefen nog aantreffen. Later zijn ze geleidelijk verdwenen. Ze worden nog wel gevonden in de Nederlandse vertaling van de Lutherbijbel. En bij het Nederlandse Bijbelgenootschap was, en is wellicht nog, een apart boekje te koop met de apocriefe boeken volgens de Statenvertaling.

De belangstelling voor de apocriefen werd steeds minder. Het niet opnemen ervan drukte ook de drukkosten! Na het ontstaan van het eerste Bijbelgenootschap in Londen in 1804, ontstond al spoedig een felle strijd over de vraag of men de apocriefe boeken ook zou drukken en verspreiden. Onder druk van Schotse zijde besloot men in 1827 dit niet te doen. Zo raakten de apocriefe boeken in de Reformatorische kerken in de vergetelheid. Toch constateert men een toenemende belangstelling voor de apocriefe boeken in onze tijd.

Voor belangstellenden: in de nieuwste Bijbelvertaling NBV zijn in een gedeelte van de uitgave de apocriefe boeken opgenomen. We besluiten het verhaal over de Apocriefe Boeken met instemming te betuigen met wat iemand schreef;

„Bij alle bezwaren die tegen de apocriefe boeken worden aangevoerd kan niet ontkend worden, dat ze een interessant licht werpen op de ontwikkeling van het Joodse volk in de periode tussen het Oude-en Nieuwe Testament".

H. Hartman, Ridderkerk

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 februari 2005

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

De Apocriefe Boeken (2) van het Oude Testament

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 februari 2005

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's