Zo mooi kan katoen zijn

Voor deze luchtige zomertrui gebruikt u een garen van 100% gemerceriseerde katoen. Maten: 36 (38- 40-42-44), dus iedereen kan 'm voor zich breien. Nodig: 3 Suisses Sweet Cotton, Wit 15kl. (16-17-18-19), Grijs 1 kl. (1- 1-1-1), 2breinaaldennr. 2,5en3,5; 4 naalden zonder knop nr. 2,5 en 1 haaknaald nr. 3,5.

Gebruikte steken
Boordsteek 1/1: Afwisselend 1 recht, 1 averecht.
Rechte tricotsteek: Recht op de goede kant, averecht op de verkeerde kant. Averechte tricotsteek: Averecht op de goede, recht op de verkeerde kant. Fantasiesteek: Zie telpatroon.
Nop: (x) De haaknaald in 1 steek insteken, 1 lus ophalen, de haaknaald in 1 steek 2 naalden dieper insteken, 1 lus ophalen (x). Van (x) tot (x) nog 4x herhalen, daarna de haaknaald opnieuw in de Ie steek insteken, 1 lus ophalen en deze door alle lussen op de haaknaald afhaken. De draad afknippen en op de verkeerde kant hechten.
Tweekleurig kabelmotief over 8 steken: Op de goede kant van het werk, de averecht gebreide steken met wit en de recht gebreide steken met grijs. Bij elke kleurwisseling de draden om elkaar slaan; dit voorkomt gaafles in het werk.
Ie naald: 2 averecht, 4recht, 2 averecht.
2e en alle even naalden: De steken in de aangegeven kleur breien zoals ze voorkomen.
3e naald: 2 averecht, de volgende 2 steken op een hulpnaald voor het werk houden, de volgende 2 steken recht, dan de 2 steken van de hulpnaald eveneens recht, 2 averecht.
5e naald: 2 averecht, 4 recht, 2 averecht.
7e naald: Vanaf de Ie naald herhalen.
Meerderingen rechts: De verbindingsdraad tussen 2 steken verdraaid rechts breien.
Meerderingen averechts: De verbindingsdraad tussen 2 steken verdraaid averecht breien. Een vierkant van 10 cm in tricotsteek of in fantasiemotief, met breinaalden nr. 3,5 = 23 steken en 28 naalden.

Uitvoering
RUGPAND: Met de dunnere naalden en wit 110 (114-120-124-128) steken opzetten en 6 cm. in boordsteek 1/1. Doorgaan met de dikkere naalden in rechte tricotsteek; in de Ie naald, gelijkmatig verdeeld, 10 steken meerderen (120-124-130-138138) steken.
Raglan-armsgaten: Bij een totale hoogte van 38 cm, aan weerszijden eerst 1x3 steken afkanten, daarna aan weerszijden 4 x elke 4e naald en 32 X elke 2e naald (3 x elke 4e naald en 35 x elke 2e naald) - (41 x elke2e naald) - (42 x elke 2e naald en 1 x elke naald) - (40 x elke 2e naald en 5 xelke naald) 1 steek minderen.
Hals: Bij een totale hoogte van 67 (68-68-69-69) cm., de resterende 42 steken ineens soepel afkanten.
VOORPAND: Als het rugpand tot een totale hoogte van 38 cm.
Raglan: Nu voor de raglan-armsgaten aan weerszijden eerst 1x3 steken afkanten; daarna aan weerszijden 4 x elke 4e naald en 32 x elke 2e naald, (3 X elke 4e naald en 35 x elke 2e naald) - (41 x elke 2e naald) - (42 x elke 2e naald en 1 x elke naald) - (40 x elke 2e naald en 5 x elke naald) 1 steken minderen.
Hals: Bij een totale hoogte van 61 (62-62-63-63) cm., de middelste 14 steken afkanten en elk deel afzonderlijk; aan de halszijde nog 1 x 4,1 x 3,2 X 2 en 3 X1 steek elke 2e naald afkanten.
MOUWEN: Met de dunnere naalden en wit 42 (46-46-50-50) steken opzetten en 6 cm in boordsteek 1/1. Doorgaan met de dikkere naalden in rechte tricotsteek; in de Ie naald, gelijkmatig verdeeld, 22 steken meerderen (64-68-68-72-72) steken. Dan aan weerszijden 16 x elke 2e naald en 19 x elke 4e naald 1 steek meerderen (134-138-138142-142) steken.
Intussen: Split: Bij een totale hoogte van 31 cm., het split als volgt breien: het werk in tweeën delen en elk deel afzonderlijk; langs de binnenzijde (split) 22x2 en 20x1 steek (24x2 en 18x1 steek)-(24x2 en 18x1 steek)-(26x2en 16x1 steek) -(26x 2 en 16 X1 steek) elke naald minderen. Bij een totale hoogte van 46 cm., de resterende 3 steken ineens soepel afkanten. INZETSTUK: Met de dikkere naalden en wit 2 steken opzetten en als volgt: Ie naald: 2 averecht.
2e en alle even naalden: De steken in de aangegeven kleuren breien zoals ze voorkomen.
3e naald: 1 averecht, 2 averechte meerderingen, 1 averecfit (voorde meerderingen, zie onder.,gebruikte steken").
5e naald: 1 randsteek, 1 averechte meerdering, 2 averecht, 1 averechte meerdering, 1 randsteek.
7e naald: 1 randsteek, 2 averecht, 2 rechte meerderingen met grijs, dan met wit: 2 averecht, 1 randsteek.
9e naald: 1 randsteek, 2 averecht, nu doorgaan met grijs als volgt: 1 rechte meerdering, 2 recht, 1 rechte meerdering; doorgaan met wit als volgt: 2 averecht, 1 randsteek.
1 Ie en 13e naald: Als de 9e naald, echter telkens 2 rechte meerderingen meer met grijs.
15e naald: Met grijs als volgt 1 randsteek, 2 averecht, 4 recht, dan met wit 2 averechte meerderingen; vervolgens met grijs 4 recht en ten slotte met wit: 2 averecht, 1 randsteek.
17e naald: met grijs: 1 randsteek, 2 averecht, 4 recht; dan met wit: 1 averechte meerdering, 2 averecht, 1 averechte meerdering; nu met grijs: 4 recht; en met wit 2 averecht, 1 randsteek.
19e naald: 1 randsteek, de 8 steken van het tweekleurige kabelmotief. echter bij de 3e naald beginnen, dan 1 rechte meerdering met wit, vervolgens nogmaals de 8 steken van het 2-kleurige kabelmotief, bij de 3e naald beginnen en eindigen met 1 randsteek.
21e naald: 1 randsteek. het tweekleurige kabelmotief over 8 steken, dan met wit 1 rechte meerdering, 1 recht, 1 rechte meerdering, vervolgens het tweekleurige kabelmotief over 8 steken; nu opnieuw met wit: 1 rechte meerdering, 3 recht, 1 rechte meerdering, dan nogmaals het tweekleurige kabelmotief over 8 steken en eindigen met 1 randsteek.
23e naald: 1 randsteek, het tweekleurige kabelmotief over 8 steken, 1 rechte meerdering, 3 recht, 1 rechte meerdering, het tweekleurige kabelmotief over 8 steken, eindigen met 1 randsteek.
25e naald: 1 randsteek, dan het tweekleurige kabelmotief over 8 steken, 1 averechte meerdering, 5 steken in het fantasiemotief, 1 averechte meerdering, het tweekleurige kabelmotief over 8 steken, eindigen met 1 randsteek. Na de 25e naald, doorgaan in de fantasiesteek. Voor en na de steken van het kabelmotief, dus aan weerszijden daarvan, 16 (15-15-14-14) X elke 2e naald en 6 (7-7-8-8) x elke 4e naald 1 steek meerderen. Bij een totale hoogte van 29 (30-30-31-31) cm., heeft men 70 steken. Nu aan weerszijden van de 9 steken van het kabelmoüef 7 (8-8-9-9) x elke 4e naald en 27 (26-26-25-25) x elke 2e naald 1 steek minderen. Bij een totale hoogte van 58 (60-60-62- 62) cm., de resterende 2 steken soepel afkanten.

Afwerking
De delen onder een vochtige doek, op maat laten drogen. Nu de noppen volgens het telpatrroon met grijs op het inzetstuk in fantasiesteek uitvoeren. Het inzetstuk tussen beide delen van de mouwsplitten naaien. De mouwen inzetten. De zij- en mouwnaden sluiten. Met de 4 naalden zonder knop nr. 2,5 en wit rondom de hals 98 steken opnemen en 1,5 cm. inboordsteek 1/1 in het rond. Dan alle steken ineens in boordsteek afkanten. i< />

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen