Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

EEN VAKANTIEDAG IN HET BINNENLAND

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

EEN VAKANTIEDAG IN HET BINNENLAND

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

De vakantie is begonnen. „We gaan vandaag een

dagje uit"-zegt vad „Waarheen? " roepen Jan en Margreet. „We gaan naar Slot Loevestein." Een hoeraatje klinkt door de kamer.

Een uurtje later zit de hele familie op de fiets. Vader, Moeder, Margreet en Jan. De zon schijnt prachtig. De tocht gaat naar Gorkum.

Daar zetten ze de fietsen neer en lopen in de richting van de Waterpoort. Buiten de Waterpoort ligt het pontje, dat altijd naar Woudrichem vaart. Nu vaart het door naar Loevestein. Het is druk op de pont. Je kunt merken dat het vakantie is.

Er zijn enkele Duitsers bij de toeristen. Jan hoort het aan hun spraak. Hij probeert er iets van te verstaan, maar dat lukt niet al te best.

Het bootje vaart eerst naar Woudrichem. Enkele mensen moeten hier van de boot af. Nu vaart het pontje weer verder naar Loevestein. De torens van het oude kasteel gaan schuil achter de bomen. „We zijn er al, " roept Jan, als het bootje aanlegt aan de steiger. „Kom maar mee, " zegt vader, „ik koop de kaartjes wel." Door een klein poortje komen ze in een smalle straat. Nu zien ze cle grachten van het oude slot. Het staat rondom in het water. Daar is vader al met de kaartjes. Ze moeten een houten brug over. Dan zien ze een poort met sterke houten deuren. De gids staat al te wachten om de kaartjes in ontvangst te nemen. Nu begint de rondleiding. Het kasteel is al heel oud. Dirk Loef van Horne heeft het gebouwd tussen 1357 en 1368. Hij gebruikte het als steunpunt bij zijn uitvallen tegen andere ridders en kastelen in de omtrek. In 1385 werd Loevestein toegevoegd aan het graafschap Holland. In de loop der jaren is het kasteel steeds verbouwd. Jacoba van Beijeren is cle eerste, die het slot als gevangenis gebruikt. Ook vertelt de gids het verhaal van Hugo de Groot, die ook op Loevestein gevangen heeft gezeten. In een van de vertrekken staat de boekenkist nog, waarin Hugo de Groot ontsnapt is. Wel vertelt de gids erbij, dat ook nog op andere plaatsen in ons land de „echte" boekenkist, van Hugo de Groot te bewonderen is. In de lange zalen staan ruwhouten tafels met banken. Door kleine raampjes speelt het zonlicht naar binnen. Omdat het binnen altijd erg donker was, zaten de vrouwen vroeger in cle nissen van deze raampjes te handwerken.

Opeens komen ze bij een heel klein nauw trapje. Dit is jaren verborgen geweest tussen twee muren. Margreet vindt het wel een beetje eng, maar toch gaat ze met de anderen mee naar boven. Ze komen nu in een zaal, van waaruit je naar drie provincies kunt kijken. Natuurlijk moeten Jan en Greet het eens proberen.

Door het ene raampje zien ze cle provincie N.-Brabant, door het andere raampje kijken ze op de Waal en daarachter is de provincie Gelderland, door het volgend raampje zien ze een stukje van Zuid-Holland. In een kast staan verschillende voorwerpen die in de loop der jaren gevonden zijn in de gracht, vaasjes, kruikjes, een oude helm, allerlei wapentuig enz. „Kent u het boek van Oltmans, mijnheer, over Slot Loevestein? " vraagt Jan aan de gids. Hij heeft het pas gelezen en in gedachten ziet Jan de Spanjaarden al rondom het slot. De gids kent het boek. Het is een verhaal uit het begin van de tachtigjarige oorlog. Het beschrijft de verovering van Slot Loevestein door Herman de Ruiter, in naam van de Prins van Oranje. Toen Herman het slot niet langer kon verdedigen, heeft hij buskruit op de grond gegooid en dit in brand gestoken. Hierdoor is een gedeelte van het slot met vriend en vijand in de lucht gevlogen. „Van die ontploffing is in de geschiedenis echter niets bekend", vertelt de gids. De rondleiding is voorbij. Ze wandelen nog even rond en dan gaan ze in het gras zitten eten.

„Weet je wat, " zegt vader, na een poosje. „we gaan nog even in Woudrichem kijken, dat is ook een mooi oud stadje." Ze lopen naar de rivier de Maas en steken daar met een roeibootje over naar Woudrichem. Ze maken een wandeling door dit oude stadje en eindelijk wordt het weer tijd om het pontje op te zoeken, dat hen naar Gorkum brengt. „Wat was dit een fijne vakantiedag, " zuchten Jan en Margreet.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 juni 1974

Daniel | 20 Pagina's

EEN VAKANTIEDAG IN HET BINNENLAND

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 juni 1974

Daniel | 20 Pagina's