Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Genieten in matigheid

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Genieten in matigheid

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Door zijn publicaties houdt Johan Graafland producenten en consumenten een spiegel voor. Tegenover het platte vrije-marktdenken predikt hij het belang van morele waarden in de economie. Die probeert hij ook in het huiselijk consumptiepatroon gestalte te geven. „Onze kinderen omschrijven dat als meer dan genoeg, maar wel zuinig.

Johan Graafland
Johan Graafland (1960) studeerde economie en theologie. Van 1986 tot 2000 werkte hij bij het Centraal Planbureau. Sinds 2000 is hij hoogleraar ‘Economie, onderneming en ethiek’ aan Tilburg University. Hij is gehuwd met Petra, jeugdarts van professie. Het echtpaar heeft vier dochters in de leeftijd van 24 tot 16 jaar. Graafland is ouderling in de hervormde St. Jansgemeente van Gouda. Zijn bekendste publicatie is ‘Het oog van de naald. Over de markt, geluk en solidariteit’ (in 2010 in het Engels en in 2014 in het Japans verschenen). Recent publiceerde hij ‘En God schiep. Over dieren en rentmeesterschap’.


Het gesprek vindt plaats aan de woonkamertafel. Een paar meter verderop zitten twee van de vier dochters in de open woonkeuken te studeren. In de achtertuin scharrelt Twinkie, het konijn aan wie prof. Johan Graafland zijn jongste boek over ‘dieren en rentmeesterschap’ opdroeg. Hij schreef het ‘In dierbare herinnering aan Carro, Quintas, Zoef, Lopertje en Takkie’.
„Wij hebben in ons gezin nooit een hond gehad, vanwege een allergie van mijn vrouw, maar wel een rij kleine huisdieren. Takkie was de wandelende tak van onze derde dochter. Hij dreigde op dramatische wijze aan zijn einde te komen. In de winter gaan we altijd op vakantie naar Tsjechië. Takkie ging ook mee, maar we hadden niet in de gaten dat het op de dag van vertrek zestien graden onder nul was. Hij stond al een minuut of tien in de steenkoude auto eer we vertrokken. Na een paar minuten begon Henriët onbedaarlijk te huilen. Haar lievelingsdier leek het loodje te hebben gelegd. Gelukkig ging hij na enige tijd weer tekenen van leven vertonen. Het avontuur kostte hem wel drie poten.”

Is Twinkie voor jullie de gezinsknuffel?
„Nou nee, ze is nogal op zichzelf. Dat eigenzinnige maakt haar juist boeiend. Afgelopen zomer begon ze ineens gangen te graven onder de rozentuin. Zelfs met een straal water kon ik die drang niet onderdrukken. Ze knabbelt ook weleens wat bloemetjes af. Dat is de prijs die je betaalt voor het bieden van vrijheid aan een konijn.”

Hebt u altijd beseft dat dieren medeschepselen zijn?
„Ja, dat kun je wel zeggen. Toen ik vier was, kregen we thuis een boxer. Op initiatief van mijn vader, die destijds predikant was in Woerden. Zondags kreeg hij een extra stukje vlees, vanuit het besef dat ook een hond een schepsel van God is. Carro was echt een speelkameraadje, voor het hele gezin.”

Wat was dat voor gezin?
„Ik ben de jongste van vijf kinderen. M’n oudste broer is maar zes jaar ouder, dus ze kwamen snel na elkaar. In de zomervakantie gingen we met z’n allen in de Opel Kadett naar Ouddorp, waar mijn ouders een huisje hadden. Vier kinderen op de achterbank, met Carro erbij; ik voorin bij mijn moeder op schoot. Als ergens politie werd gesignaleerd, moest ik onder het dashboard duiken. Mijn moeder vroeg ook neven en nichten te logeren uit een gezin dat bijna nooit op vakantie ging. Het was altijd een levendige boel.”

Uw vader werd hoogleraar in de geschiedenis van het protestantisme. Ervoer u hem als een intellectueel?
„Zo heb ik hem nooit gezien. Hij kwam uit een eenvoudig gezin, mijn opa was putjesschepper. Hoewel mijn vader in een totaal ander milieu belandde, bleef ook hij ten diepste een eenvoudig man. Voor mij was hij heel toegankelijk. Hij had gevoel voor humor en nam ook wel de tijd voor zijn gezin.”

Als over professor Graafland wordt gesproken, denken velen nog altijd aan hem. Frustrerend?
„Totaal niet. Ik had heel veel respect voor mijn vader, dus ik vind het alleen maar mooi wanneer anderen die waardering delen. Binnen mijn beroepsmatige omgeving kende niemand de naam Graafland, dus daar werd ik puur op mijn eigen prestaties beoordeeld.”

Waarin lag voor u de kracht van uw vader?
„In zijn geestelijke intuïtie, zijn mensenkennis en zijn originaliteit. Als jongen ging ik geregeld met hem mee wanneer hij uit preken ging. In zijn preken combineerde hij een goede uitleg met een sterk persoonlijke toespitsing, dat sprak me aan. Nadat ik tot persoonlijk geloof kwam, ben ik op een aantal punten mijn eigen weg gegaan, maar dat deed aan mijn respect voor hem niets af. Een dag voor zijn overlijden hebben mijn vrouw en ik met onze kinderen afscheid van hem genomen. Aan zijn sterfbed hebben we met elkaar het eerste vers van psalm 42 gezongen. Met zijn laatste krachten probeerde hij mee te zingen, dat was heel ontroerend. Je merkte dat hij leefde bij de psalmen.”

U koos voor economie. Wat trok u daarin?
„Uit een beroepentest bleek dat econometrie iets voor mij was, maar die studie was me te abstract. Daarom is het economie geworden, al maak ik volop gebruik van econometrie. Vooral de sociale kant van het vak sprak me aan. Daarnaast ben ik altijd geïnteresseerd geweest in de ethische kant van de economie. Het gaat niet alleen om het hoe, maar ook om het waartoe. Waar dient de economie voor en welke waarden zijn daarbij van belang? Die vraag motiveerde me om na mijn promotie in deeltijd theologie te gaan studeren.”

Vindt u met uw pleidooien voor ethisch genormeerd economisch handelen enig gehoor?
„Maatschappelijk verantwoord ondernemen is een belangrijk thema in het bedrijfsleven geworden. Dat is positief. De economische crisis heeft het besef van de noodzaak van ethische normen nog versterkt. Tegelijkertijd zie je dat dit besef maar weinig is verworteld in het denken van ondernemers. Ook met een thema als maatschappelijk ondernemen gaan ze vooral strategisch om. Hoe kan ik mijn bedrijf daarmee op de kaart zetten? Het is een vorm van reputatiemanagement.”

Uiteindelijk wint de mammon het altijd.
„Een bepaalde winstgevendheid is noodzakelijk voor de continuïteit van een onderneming. Daarom heb ik er begrip voor als in moeilijke perioden thema’s zoals duurzaamheid wat op de achtergrond raken. Helaas zie je dat ook in tijden van overvloed de winst allesbepalend lijkt te zijn. Denk aan wat we in de bankwereld hebben gezien en de recente onthullingen over het gesjoemel bij Volkswagen. Het trieste van de affaire bij VW is dat de consument onder het mom van duurzaamheid keihard werd bedrogen. Duurzaam produceren is een geweldige uitdaging voor de mensheid, maar het realiseren ervan blijft in een kapitalistisch systeem buitengewoon moeilijk. Ook overheden zijn beperkt in hun mogelijkheden om duurzaamheid af te dwingen. Ze willen niet te sterk op de rem trappen, zolang de rest van de wereld gewoon doorkart. Daarmee benadeel je de concurrentiepositie van het eigen land. Ik ben bepaald niet de enige die zegt dat het anders moet, maar ik vrees dat de milieuproblemen nog nijpender moeten worden om overheden ertoe te bewegen gezamenlijk afspraken te maken.”

Wat bracht u ertoe een boek over de omgang met dieren te schrijven?
„In mijn boek ‘Het oog van de naald’ heb ik zijdelings iets over dit thema gezegd. Ook in mijn colleges besteed ik er aandacht aan. Daarbij viel me op dat christelijke studenten zich nauwelijks bewust zijn van de plaats van dieren in de Bijbel. Een opinieartikel in het RD over dit onderwerp leverde een reactie op van een lezer die vond dat ik nogal selectief was in mijn weergave van Bijbelteksten over de zorg voor dieren. Hij wees er terecht op dat er ook heel wat passages zijn die een minder rooskleurig beeld geven. Dat prikkelde me om de hele Bijbel op dit thema door te lezen, en er een boekje over te schrijven. In het slot trek ik een aantal conclusies.
Ook voor mezelf was het bijzonder leerzaam. Het is ongelooflijk in hoe veel teksten dieren een rol spelen. Heel opmerkelijk is de lotsverbondenheid van mens en dier. Waar de mens gered wordt, wordt ook het dier vaak behouden. Omgekeerd lijdt het dier mee als de mens zondigt. Denk aan de offerdienst, de zondvloed en het oordeel over Ninevé, dat op de valreep werd afgewend door de bekering van de inwoners van de stad. Treffend is ook dat Jezus wordt vergeleken met dieren. In Zijn lijden representeert Hij als het Lam van God de kwetsbaarheid van dit dier, maar door Zijn opstanding is Hij de Leeuw van Juda.”

Hoe komt het dat er onder reformatorische christenen zo weinig aandacht is voor dierenwelzijn?
„In de rechterflank van de gereformeerde gezindte ligt de nadruk in de prediking op het persoonlijk zielenheil. Op zich begrijpelijk, als slechts een beperkt deel van de gemeente zich een kind van God weet. Zulke mensen zijn moeilijk aan te spreken op hun verantwoordelijkheid als christen voor de samenleving. In de gemeente waartoe ik behoor, ligt dat anders, maar daar zijn vooral thema’s zoals zending, jeugdwerk, evangelisatie en secularisatie populair. Duurzaamheid en dierenwelzijn komen vrijwel nooit aan de orde.”

Ook in de kerkenraad bent u een vreemde eend in de bijt?
„Ik voel me serieus genomen, maar in het algemeen roept het een wat lacherige sfeer op als je aandacht vraagt voor dieren. Terwijl de Bijbel daar geen aanleiding voor geeft. Als we beweren Bijbelgetrouwe christenen te zijn, moeten we de Schrift in alle opzichten als richtsnoer nemen.”

Uw oudste dochter gaat een stap verder, die is vegetariër.
(lachend) „Binnen ons gezin ligt het eten van vlees wat gedifferentieerd. Joanne neemt het voortouw, haar jongere zus is juist een vleesliefhebber. Als gezin bewandelen we een middenweg, door gemiddeld twee dagen per week vegetarisch te eten. Het vlees dát we eten, kopen we bij de biologische slager. Zelf ben ik niet principieel tegen vlees eten. Wel vind ik dat vlees etende consumenten mede verantwoordelijk zijn voor de behandeling van dieren in de voedselketen.”

Hoe zou u uw consumptiepatroon typeren?
„Onze kinderen omschrijven dat als ‘meer dan genoeg, maar wel zuinig’. Dat is denk ik een reële typering. We gaan drie keer per jaar op vakantie, maar ’s zomers kamperen we. We hebben een ruim huis, maar doen lang met onze spullen. Mijn kleding draag ik tot mijn vrouw zegt: ‘Dit kan écht niet meer!’ Onze auto is tien jaar oud en heeft wat deukjes, maar hij rijdt nog prima. Ons consumptiepatroon is al twintig jaar hetzelfde. We zijn gelukkig met wat we hebben en geniéten daarvan. Ook dat is een Bijbelse roeping.”

De levensstijl van uw ouders?
„Dat kun je wel zeggen, ja. Het laat zien hoezeer de opvoeding die je hebt gehad je verdere leven stempelt.”

N.a.v. ‘En God schiep. Over dieren en rentmeesterschap’, door Johan Graafland; uitg. Royal Jongbloed, Heerenveen; 206 blz.; € 12,50.


Prof. Johan Polder over prof. Johan Graafland
„Johan Graafland is een erudiet wetenschapper, een inspirerend econoom en een innemende collega. Hij laat zich niet verleiden tot simpele moralistische oordelen over het economische leven, maar komt altijd met gedegen analyses waarin hij de economische en de ethische benadering beide volledig tot hun recht laat komen. Zijn boek ‘Het oog van de naald’ is een standaardwerk voor iedereen die zich met economie bezighoudt. Over zijn nieuwe boek ‘En God schiep’ is hij heel bescheiden, maar ondertussen houdt hij de gereformeerde gezindte wel een spiegel voor als het gaat over Bijbels rentmeesterschap en onze omgang met dieren.
Een jaar of wat geleden troffen we elkaar onverwacht in de collegebanken. Dat was bij de presentatie van het boek ‘Vrienden met de mammon’. Ik vergeet nooit zijn aanstekelijke enthousiasme over een van de sprekers: „Wat hield díe een mooi verhaal!” Geïnspireerd anderen inspireren, dat is Johan ten voeten uit.”

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 18 november 2015

Terdege | 108 Pagina's

Genieten in matigheid

Bekijk de hele uitgave van woensdag 18 november 2015

Terdege | 108 Pagina's