Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uitgewerkt? Ervaringen van vutters en gepensioneerden. Deel 10

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uitgewerkt? Ervaringen van vutters en gepensioneerden. Deel 10

„Preken is je leven, en dat blijft het"

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Naam: Ds. M. VlietstraLeeftijd: 81Burgerlijke staat: Gehuwd, zes kinderen, veertien kleinkinderen, één achterkleinkindVoormalig beroep: Predikant van de Christelijk Gereformeerde KerkenMet emeritaat: Sinds 1993

Heeft u opgezien tegen het emeritaat?
„Ik ben met emeritaat gegaan toen ik veertig jaar predikant was. Dan is het goed als je een stapje terug kunt doen.We zijn wel blij dat we hier in Zeist konden blijven wonen. Centraal in het land, de kinderen een beetje om ons heen. Het mooie van emeritaat is dat je kunt blijven preken. In januari heb ik ons eerste achterkleinkind mogen dopen. Ze heet Anna, ‘Genade’, en ik heb gepreekt over Anna, de begenadigde. Dat kon nog mooi, kort na Kerst. Haar verschijning in de tempel was een bewijs van genade. Ze kwam uit de stam van Aser, buiten het tweestammenrijk. Christus verenigt! Haar leven was vrucht van genade. Ze week niet uit de tempel met bidden en vasten. Haar spreken was een woord van genade. Ze sprak van Hem tot allen die de vertroosting in Jeruzalem verwachten. Mooi he. Preken is je leven, en dat blijft het. Ik ben ontzettend blij en dankbaar dat ik dat nog mag doen. Het houdt je ook een beetje scherp.”

Mist u het werk van gemeentepredikant?
„Bij ons betekent emeritaat niet dat je abrupt stopt. Totdat ds. Kater kwam, ben ik hier eigenlijk gewoon doorgegaan, ook met catechiseren en bezoekwerk. Het verschil is dat er geen druk meer op staat. Dat is het mooie van emeritaat. Als ik nu een eindje met m’n vrouw ga wandelen, heb ik niet het gevoel dat ik dat in de baas z’n tijd doe. En je hebt geen kerkelijke vergaderingen meer: geen kerkenraad, geen classis, geen particuliere synode, geen generale synode. Ik heb het nooit als een belasting ervaren, maar het vergaderwerk lág me niet zo

Mist u de kerkenraad?
„Daar ben ik altijd met vreugde naartoe gegaan, in alle gemeenten. Ik houd van mensen, dan leg je makkelijk contact. Bovendien ben ik geen vechter. Ik kan slecht tegen ruzie. Gelukkig hebben we nooit grote problemen gehad. Toch kan ik niet zeggen dat ik de kerkenraad mis. Er is van alles een tijd.”

Volgt u de ontwikkelingen in de gemeente?
„Natuurlijk voel je je betrokken, maar de directe verantwoordelijkheid is weg.We hebben dominee Kater hier gekregen, daar zijn we zó blij mee. Een bescheiden man, maar hij heeft heel wat in z’n mars. Meer dan ik. Veel meer. Ik heb geen enkele behoefte om hem voor de voeten te lopen.Wil hij een beroep op me doen, dan kan dat, en dat weet hij.We gaan broederlijk met elkaar om. Daar ben ik heel dankbaar voor.”

Mist u de status die aan het werk van gemeentepredikant verbonden is?
„Een statusfiguur ben ik nooit geweest. Mijn vrouw en ik komen allebei van een klein boerderijtje in Drenthe, en daar zijn we nooit bovenuit gegroeid.We staan dicht bij Jan publiek. Ik hou wel van stijl, maar niet van afstand.”

Welke afspraken hebt u met uw vrouw gemaakt toen u met emeritaat ging?
„Geen enkele.We doen het nog net als voorheen. Ik ben altijd door mijn vrouw verwend, maar daar kan ik gelukkig tegen. Dan is het helemaal geen punt.”

Hoe vond uw vrouw het dat u met emeritaat ging?
„Prima, ze geniet ervan. Nu hoeft ze niet meer te wachten tot ik thuis ben. Hoe laat het ook werd, ze ging nooit naar bed. Dat heb ik altijd zeer gewaardeerd. Sinds m’n emeritaat komen we meer aan elkaar toe. We kennen elkaar al vanaf de lagere school en we houden nog altijd veel van elkaar. Nu hebben we tijd om ‘s middags te gaan wandelen, soms wel acht kilometer. Op en neer naar Driebergen.”

Draagt u bij in het huishouden?
„Ik help mijn vrouw als het nodig is, maar dat is gelukkig zelden het geval. Een huisman ben ik niet. Afdrogen, dát doe ik. Elke middag.Waarvan akte. Veel verder moet ik niet gaan. Pas was m’n vrouw ziek, toen wilde ik een ei koken. Had ik in plaats van het gas de oven aan gezet, op de hoogste stand. Het snoer van het elektrische mes was bijna gesmolten. Een bedrijfsfoutje, zullen we maar zeggen. Dat hoef ik dus ook niet meer te doen.”

Wat is voor de arbeid van weleer in de plaats gekomen?
„Van die losse klussen. Ik heb verschillende jaren in Vianen gecatechiseerd, in Utrecht heb ik gecatechiseerd en pastoraal werk gedaan, in Poederoijen ben ik samen met een ouderling de hele gemeente door geweest, op huisbezoek. Dat kwam nog voort uit mijn Werkendamse tijd. Toen kwam ik dikwijls in Poederoijen en dat is altijd een beetje aan gebleven. Ze vonden het wel mooi als de mensen ook eens een dominee op bezoek kregen, laat ik het zo maar zeggen. En ze kenden me daar. In Bunschoten ben ik ook nog een poosje ingevallen. Oudere mensen bezoeken, en zo. Dat vind ik fijn om te doen. Daarnaast ben ik voorzitter van Bewaar het Pand. Dat ben ik geworden na het overlijden dan ds. Van der Ent. Er moest er toch één voorzitter zijn. Ik wil er iedere keer mee ophouden, maar dan zeggen de anderen: ‘Blijf nou rustig zitten, het gaat goed zo.’ En als ik er ben, vind ik het gezellig. Ze maken het me nooit moeilijk.”

Welke langgekoesterde wensen worden nu eindelijk vervuld?
„Meer lezen, en dan vooral stichtelijke boeken. Oudvaders, de Schotse schrijvers, Ryle, Kohlbrugge, het laatste deel van de Institutie van Calvijn. Ook wel meditaties van hedendaagse predikanten, van verschillende kerken. Toen ik nog actief predikant was, kwam ik daar minder aan toen. Ik ben niet zo’n hoogvlieger, maar van m’n exegese heb ik altijd behoorlijk veel werk gemaakt. Het is onze opdracht om Gods Woord te brengen, geen volkstheologie. Daardoor had ik minder tijd voor het lezen van stichtelijke boeken. Die heb ik nu wel.”

Komt de realiteit van het emeritaat overeen met de verwachting vooraf?
„Royaal. Ik ben gezegend met een goede gezondheid en geniet van wat ik nog kan doen. Onlangs werd me onverwacht gevraagd of ik kon spreken voor de cursus geestelijke vorming, hier in Zeist. Ds. Beens was onverwacht verhinderd. Ik had nog wat liggen over twijfel en geestelijke aanvechting, uit hoofdstuk 5 van de Dordtse Leerregels. Ik zag ertegenop, maar het was toch zó’n heerlijke avond.”

Is het leven na het emeritaat duurder?
„Nou, dat geloof ik niet.We hebben het prima. Ik heb emeritaat en aow, veel eisen hebben we nooit gehad. Dit flatje heb ik kunnen kopen en dat is nu vrij.We kunnen ons best redden.”

U bent een tevreden mens?
„We hebben echt een mooie oude dag. Niet om de dingen te idealiseren. Ook wij hebben onze schuldige tekortkomingen. Ik heb veel gebreken, er is veel dat anders zou moeten zijn. Als het bloed van Christus niet van alle zonden zou reinigen, was er geen doen aan. Maar dat doét het!”

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 5 april 2006

Terdege | 92 Pagina's

Uitgewerkt? Ervaringen van vutters en gepensioneerden. Deel 10

Bekijk de hele uitgave van woensdag 5 april 2006

Terdege | 92 Pagina's