Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De roep van Jezus' bloed

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De roep van Jezus' bloed

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

„En al het volk, antwoordende, zeide: Zijn bloed kome over ons en over onze kinderen".

Mattheüs 27 : 25.

„En tot de Middelaar van het Nieuwe Testament, Jezus, en het bloed der besprenging, dat betere dingen spreekt dan Abel".

Hebreeën 12 : 24.

1) een roep tot oordeel

Wanneer de lijdensgeschiedenis van Christus tot een climax komt, wordt het steeds duidelijker: Zijn bloed moet vloeien. De verbitterde leiders van het joodse volk willen bloed zien. Pontius Pilatus, de vertegenwoordiger van het romeinse gezag en recht in Jeruzalem, heeft nog een zwakke poging ondernomen om het vergieten van Jezus' bloed te vermijden. Hij had nog net genoeg rechtsgevoel en zijn geweten sprak nog nét sterk genoeg om hem te doen terugschrikken van een gerechtelijke moord. Pilatus weifelende en twijfelende houding rekt het proces van Jezus eindeloos. De Heere wordt op een tweetal gesteld met de beruchte boef Barabbas. Wie van de twee zal de stadhouder vrijlaten ter gelegenheid van het pascha, het grote bevrijdingsfeest?

Pilatus' opzet mislukt. Het volk — ongetwijfeld opgehitst door haar (ver-) leiders — kiest de schurk boven de Onschuldige.

In plaats van zijn plicht te doen en koste wat het kost het recht te handhaven, gaat Pilatus door de knieën. Hij moet toch om zijn positie denken en hij moet de losgebroken emoties van dit onderdrukte volk toch ontzien?

De stadhouder kan mooi redeneren — maar daar legt hij de stem van zijn geweten het zwijgen niet mee op...

Dan neemt hij zijn toevlucht tot een theatraal gebaar. Hij laat zich een schaal met water brengen en heel demonstratief wast hij zich de handen voor de ogen van de schare die toegestroomd is voor het pretorium of rechtsgebouw. Dat schouwspel maakt de mensen wel even stil. Hoor wat de stadhouder er tot verklaring bij zegt: „Ik ben onschuldig aan het bloed van deze Rechtvaardige; sij moogt toezien."

Pilatus wil dus alle verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid voor het vergieten van Jezus' bloed van zich afschuiven. Het volk moet de konsekwenties maar dragen. Ze moeten maar zien wat er van komt.

We zouden denken: it moet op die menigte toch wel indruk gemaakt hebben. De symbolische handeling die Pilatus verrichtte kon hen bekend zijn vanuit de wet Gods (zie Deut. 21.:1 — 9).

De achtergrond hiervan is de bijbelse gedachte dat onschuldig vergoten bloed letterlijk ten hemel schreiend is. Wanneer Kaïn zijn broer Abel doodgeslagen heeft, zegt de HEERE tot hem: Wat hebt gij gedaan? daar is een stem van het bloed van uw broeder, dat tot Mij roept van de aardbodem." (Gen. 4 : 10). Zo komen we het vaker tegen in de Schrift. Vergoten bloed van een onschuldige is niet wég, wanneer de aardbodem het maar eenmaal heeft ingedronken. O neen, het blijft schreeuwen om wraak, om rechtvaardige vergelding.

Die schreeuw van het bloed dringt door tot in Gods oren. Het vergoten bloed blijft kleven aan de vingers van de moordenaar, ook al wast deze zich duizendmaal met de allersterkste zeep. Het bloed dat vergoten is, komt terug. Het komt „op het hoofd" van de moordenaar. Zo zal deze zijn gerechte straf niet ontgaan. Wie bloed vergiet, diens bloed zal vergoten worden.

Maar nu blijkt in de lijdensgeschiedenis wel heel duidelijk hoe dit volk door het dolle heen is en in volkomen verblinding niet meer weet wat het doet!

„En al het volk antwoordende, zeide: Zijn bloed kome over ons, en over onze kinderen."

Met andere woorden: best, Pilatus, wij willen alle verantwoordelijkheid wel van je overnemen. Immers — dat zal ons en onze kinderen toch geen kwaad doen. Het bloed van deze Jezus roept niet en het kómt niet. De hemel zal op dit vergoten bloed niet terugkomen. Dat deze Nazarener uit de weg wordt geruimd is een sinecure en heeft geen belang. Zijn bloed is een bagatel.

Terecht is opgemerkt: „Christus' bloed werd beneden Abels bloed veracht." (K. Schilder). Want van Kaïn was bekend dat hij de zware gevolgen moest dragen van zijn broedermoord, maar de schare meende dat de moord op Jezus geen enkel gevolg zou hebben!

Merkt u op dat Pilatus enerzijds en de menigte anderzijds precies hetzelfde doen? Ze doen alsof het bloed van de Heere Jezus zó weinig waarde en betekenis heeft, dat het niet roept de roep van oordeel en gericht. Pilatus acht het bloed van Jezus zozeer een bagatel dat hij zich er van af denkt te maken met het loos gebaar van handen wassen. En de joodse schare haalt laconiek de schouders op. Er moet maar komen wat er van komt — er komt immers tóch niets van?

Zien we het goed — Pilatus en de Joden hebben één lijn getrokken! Ze hebben beiden op hun manier het bloed van Christus onrein, onwaardig en onbetekenend geacht.

Daarmee is een streep gehaald door een wijd verbreid misbruik en verkeerde exegese van deze tekst. Ik ben daar eens heel indringend mee geconfronteerd bij het Joodse museum en monument „Jad we Sjem" in Jeruzalem, waar op onvergetelijke wijze iets van de verschrikkingen van het joodse volk gedurende de tweede wereldoorlog tot uitdrukking is gebracht. Na de bezichtiging zei één van de leden van het reisgezelschap: hier zien we nu de vervulling van de woorden 'Zijn bloed kome over ons en onze kinderen!' De joden hebben hier zelf om gevraagd.

Dit is een schokkend voorbeeld van schriftvervalsing. Wij hebben niet het recht het „waarom" van het diepe lijden van Israël door de eeuwen heen in te vullen met de verwijzing naar deze tekst. De opgezweepte mensenmassa wist niet wat ze deed (zie Hand. 3 : 17). Evenmin als de mensen dat wisten toen ze „Hosanna" riepen bij Jezus' intocht in Jeruzalem. Maar dan zeggen we toch niet dat Israël door alle eeuwen heen

gezegend is vanwege die Hossanna-roep? Evenmin hebben we recht te stellen dat Israël door de eeuwen heen gevlucht is vanwege de — overigens inderdaad verschrikkelijke — verwensing uit onze tekst. God gaat een verrassende weg met Israël. We zullen daar in de toekomst nog van ophoren.

Intussen — het bloed van Christus dat vergoten is, spreekt krachtiger dan dat van Abel. Zó is de tekst Hebr. 12 : 24 te verta-

len. Dus in plaats van „betere dingen" kunnen we ook lezen „krachtiger". Riep het bloed van Abel om wraak, Jszus' bloed is nog krachtiger in de roep om het oordeel. Zou God het ongestraft laten wanneer Zijn Zoon gedood wordt? Wee ons wanneer Zijn bloed met veroordelende kracht komt over ons en onze kinderen. Dat gebeurt wanneer het stelselmatig door ons geminacht wordt. Het bloed van de Heiland onrein achten — dat is oppervlakkig er aan voorbij leven en er overheen leven dat Christus' bloed is neergedroppeld op de kruisheuvel Golgotha.

Op zó grote zaligheid geen acht geven. Dat is wat — weer zeven weken achtereen de lijdensprediking aanhoren en er toch niet werkelijk door geraakt worden. De prediking van de Gekruisigde is een veroordelende prediking. U en ik worden als medeplichtigen en medeschuldigen ontmaskerd. Maakt het dan nog veel uit of w 1 ' 1 ' ons net als Pilatus met goedkope excuses van deze prediking afmaken óf net als die menigte met keiharde onverschilligheid en vijandschap?

Deze ongeloofshouding is te illustreren aan de wijze waarop we met het oog op onszelf en op de kinderen omgaan met de Heilige Doop. Helaas maar al te velen komen met het waterbad van de Doop niet verder dan Pilatus met zijn teiltje water! De Doop heeft geen plaats gekregen in ons hart. Het is voor ons niet meer dan een inhoudsloze uitwendigheid, een onbetekenende handeling een machteloos symbool. Dan geven we in ons eigen leven blijk van minachting van de doop en in de opvoeding van de kinderen blijken we dan ook de doop van onze kinderen en ons eigen ja-woord bij het doopvont nauwelijks te tellen.

Laten we toch oppassen dat we niet verachtelijk omgaan met de heilige dingen van Woord en sacramenten. We kunnen ons niet alleen een oordeel eten en drinken — we kunnen ons ook een oordeel dopen en we kunnen ons een oordeel horen. Als Pilatus zich niet van harte bekeerd heeft, als deze tierende menigte zich niet van harte bekeerd heeft (waartoe ze na Pinksteren uitdrukkelijk de gelegenheid hebben gekregen!), dan hebben ze ondervonden dat het bloed van Christus krachtiger roept dan dat van Abel om oordeel en toorn over allen die de gepredikte Middelaar verachten en verwerpen. Zie dan toe hóe gij hoort!

2) een roep tot behoud

Maar het onschuldig bloed, het kostbaar bloed van de Middelaar Jezus is ook reinigend en verzoenend bloed. Als zodanig spreekt het „betere dingen dan dat van Abel." De kanttekening bij de Staten-Vertaling zegt hiervan: „het bloed van Abel riep wraak voor God, maar het bloed van Christus roept verzoening en vrede met God."

" Christus heeft Zijn bloed vergoten tot een volkomen verzoening van alle zonden. Wat het bloed van stieren en bokken niet kon in de oud-testamentische offerdienst, wat zelfs het bloed van de martelaar Abel niet kon, dat kan het bloed van de Middelaar Christus wél. Er is kracht in het bloed van het Lam! En de stem van Jezus' bloed zal niet verstommen, maar zal blijven roepen om genade voor de grootste der zondaars die zijn overtredingen niét bedekt, maar ze belijdt en laat.

Leren we onszelf door het ontdekkend licht van de Geest herkennen in die zichzélf handhavende Pilatus en in die zinneloze menigte — dan komen wij verantwoordelijk te staan aan de kruisdood van Christus.

Wij en ook onze kinderen, al zijn ze nog zo klein. Want om ónze misdaden is Hij verwond en om ónze overtredingen is Hij verbrijzeld. Onze opstand tegen God heeft ons tot Godsmoordenaars gemaakt. Onze schuld is de grofste bloedschuld die zich maar laat denken. Kain is diep gezonken wanneer hij tot broedermoord vervalt. Maar veel dieper nog zijn wij gezonken door de moord op de volmaakte Rechtvaardige. Die meer is dan Abel en Wiens bloed krachtiger gaat roepen in onze ziel: schuldig! schuldig! des doods schuldig!

Maar dan komt er ook een vragen in ons hart, voor ons én voor onze kinderen, „is er enig middel om de welverdiende straf te ontgaan en weder tot genade te komen." Zie, daar doet de Geest geen half werk. U gaat het horen vanuit het Woord en u gaat het zien bij Doop en Avondmaal dat nu het bloed van de Middelaar Jezus beter dingen spreekt dan het bloed van Abel.

Dan gaat ook de Heilige Doop meer en meer waarde voor ons krijgen. We kunnen dat gebeuren niet langer bagatelliseren, we kunnen ook niet een valse gerustheid koesteren op grond van het uiterlijk waterbad op zichzelf — zoals Pilatus zijn geweten zocht te paaien met de handwassing in een teiltje water. Neen, maar de Doop gaat spreken van Jezus' bloed, dat reinigt van bloedschulden. Ja, de Doop waarmee wij gedoopt zijn gaat ons „betuigen en verzegelen de afwassing der zonden door Jezus Christus" — want „als wij in de Naam des Zoons gedoopt worden, zo verzegelt ons de Zoon dat Hij ons wast in Zijn bloed van al onze zonden..."

„Zijn bloed kome over ons en over onze kinderen". Dat is een verschrikkelijke zelfvervloeking. Daarmee brandmerkt de schare zich met een teken dat vele, vele malen erger is dan het Kainsteken. Maar nu het bloed van Jezus betere dingen spreekt dan dat van Abel — kan ook die zelfvervloeking een totaal en radikaal andere betekenis krijgen. Lïet kan een bede worden, een bede met diepe en rijke inhoud.

Laten de gevolgen van Christus' kruisdood over ons komen! Laat over ons en onze kinderen komen wat er van komt, namelijk de verzoening en de vrede met God! Laat zó Jezus' bloed over onze harten gesprenkeld worden door het toepassend werk van de Heilige Geest — voor het eerst en telkens w r eer. W r ant waar dat gebeurt, daar worden mijn schreeuwende ongerechtigheden en mijn ten hemel schreiende zonden overstemd, ja daar wordt hen het zwijgen opgelegd, door de roep-van Jezus' bloed. Daar moet de roep van het wrekend recht verstommen, daar roept de barmhartigheid en de genade van God in Christus. Daar ga ik in mijn eigen hart en leven de roep van Christus' bloed verstaan:

Gij hebt Uw land, o HEER' die gunst betoond dat Jakobs zaad opnieuw in vrijheid woont. De schuld Uws volks hebt G'uit Uw boek gedaan, ook ziet Gij geen van hunne zonden aan; Gij vindt in gunst en niet in wraak Uw lust, de hitte van Uw gramschap is geblust. O heilrijk God, weer verder ons verdriet, keer af Uw wraak en doe Uw toorn te niet. (ps. 85 : 1)

„Zijn bloed kome over ons en onze kinderen." F. Ridderbos zei: „geen groter gebed dan dat dit bloed over ons kome. Geen groter zegen voor onze kinderen dan dat hun zieltjes daarmee besprengd worden." Ouders die de doop hebt begeerd voor uw kinderen, zou u niet dagelijks aan Gods troon de betekende zaak van de doop voor uw kinderen verlangen? Bekeert u toch van een Pilatus-houding. Heb toch geen vrede met uiterlijke plichtplegingen zonder meer, door de Doop „uit gewoonte of bijgelovigheid te gebruiken."

Rust toch niet voordat het bloed van Christus in zijn reinigende en heiligende kracht gekomen is over u én over uw kinderen.

„En het zij ons gebed en vurige smeking: „Ach, Heere, laat Uw bloed over ons en onze kinderen komen, opdat wij met onze kinderen in dit bloed — het bloed, waarin Pilatus zelf geen schuld heeft kunnen vinden — waarachtige bekering, Leven, zekerheid van de zaligheid, gerechtigheid en eeuwige blijdschap hebben voor Uw aangezicht — want onze krankheden hebt Gij gedragen!" •(aggmqjqox ^ 'H)

Mijn Borg! Gij hebt mijn zonden, verzoend, mijn schuld betaald. Het kwaad, bii mij gevonden werd eens op U verhaald. Zie in gena mij arme, der straffe waardig, aan: Verlos mij uit erbarmen, van al mijn euveldaan.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 maart 1980

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

De roep van Jezus' bloed

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 maart 1980

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's