Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

lets uit het leven van Ralph Erskine

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

lets uit het leven van Ralph Erskine

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Iets uit het leven v Ralph (of Rudolf) Erskine werd geboren in Schotland op 15 maart 1685 als zoon van een predikant. Op nauwelijks elfjarige leeftijd verloor Ralph zijn vader welke gebeurtenis op hem een diepe indruk maakte. Na die tijd stond hij onder de leiding van zijn godvruchtige moeder, terwijl hij in zijn vier jaren oudere broer Ebenezer, een vriend en metgezel vond.

Reeds vroeg openbaarde zich in Ralph een godvruchtige stemming en een zucht tot onderzoek, hetgeen zijn ouders er toe bracht hem en ook zijn broer, een opleiding tot predikant te doen geven. Die studie ving hij op vijftienjarige leeftijd te Edinburgh aan. Na enige jaren huisprediker en onderwijzer te zijn geweest preekte hij op 14 juni 1709 voor de eerste maal in het openbaar te Culrose over 2 Cor. 3 : 5b: Onze bekwaamheid is uit God".

In 1711 werd hij bevestigd als tweede predikant te Dunfermline en bleef, later als eerste predikant, in die gemeente tot zijn dood toe.

Ralph Erskine was een man van grote, ook dichterlijke gaven en voorbeeldige godsvrucht. Van zijn vroegste jeugd had hij de Heere gekend en gediend. Zijn talrijke geschriften getuigen van zijn diepe en duidelijke evangelische inzichten. Hij was, in navolging van zijn broer Ebenezer, één der dapperste kampvechters voor de zuiverheid van de leer. In dit opzicht hebben beiden een zeer bijzondere plaats ingenomen in de geschiedenis van de Schotse kerk.

Ralph Erskine overleed op 6 november 1752 aan zenuwkoortsen, na acht dagen ziek te zijn geweest. Hij sprak al die tijd weinig. Nadat hij echter zelf wist dat zijn einde naderde, sprak hij nog veel, doch men kon hem niet meer verstaan. Onder zijn laatste woorden waren deze nog duidelijk: „Ik wil voor altijd een schuldenaar zijn aan de vrije genade" en met de woorden: „Overwonnen, overwonnen, overwonnen", ontsliep hij op 68 - jarige leeftijd. Hij liet drie zoons na, waarvan er twee predikant waren.

Toen zijn broer Ebenezer het bericht van zijn overlijden ontving, zei deze: „Is Ralph heengegaan? Dan heeft hij het van mij tweemaal gewonnen: eerst in de genade en nu in de heerlijkheid". an Ralph Erskine Uit zijn dagboek en brieven nemen we nog enkele treffende passages over:

God wil niet dat iemand kennis drage van de toekomst: want voorzag de mens voorspoed, hij zou zorgeloos worden en voorzag hij tegenspoed, hij zou zinneloos worden.

Wat God geheim gehouden heeft, moeten wij niet willen weten en wat God geopenbaard heeft, moeten wij niet willen loochenen. Want het eerste is een misdadige nieuwsgierigheid en het andere een verdoemelijke ondankbaarheid.

God heeft mij in de diepe wateren der verdrukking gebracht en ik geloof dat Hij mij enige van Zijn wonderen in diepte heeft laten zien.

Ik heb altijd weinig in handen, maar veel in hoop.

Ik bad gedurig God, dat Hij mij in mijn werk wilde helpen. Ik dacht: wanneer Hij een arme ziel wil genadig zijn, dat Hij dan meer eer zou ontvangen dan er heerlijkheid door de zon, de maan en de sterren verspreid wordt.

Ofschoon het openbarend werk van de Heilige Geest, dat het Woord opent, het geloof voorafgaat, zo volgt echter het verzegelend werk van de Heilige Geest op het geloof. „Nadat gij geloofd hebt, zijt gij verzegeld" (Efeze. 1 : 13). Velen daarentegen bouwen hun geloof niet op hetgeen God gezegd heeft, maar op hetgeen zij zelf gevoeld hebben. Doch de vrouw met de vloed des bloeds had geen gevoel van de kracht, welke van Christus uitging, totdat zij in het geloof de zoom van zijn kleed had aangeraakt.

Ik vluchtte tot het verbond met mijn kinderen, gedachtig aan één der woorden, die ik heden las: e goede zal zijner kinders kinderen doen erven (Spreuken 13 : 22a). Ik meende dat de enige en beste erfenis, welke ik mijn kinderen en nakomelingen kon geven, God zelf was. Dat Hij hun God wilde zijn voor eeuwig en altoos volgens het verbond der belofte: k ben uw God en de God uws zaads.

Ik zag tot Hem op als een God in Christus, die de stem hoort van het bloed van Christus. Ik pleitte met God op hetgeen Christus deed en leed en op de liefde, welke Hij tot Christus heeft en op de heerlijkheid welke Hij door Christus heeft.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 juni 1967

Daniel | 16 Pagina's

lets uit het leven van Ralph Erskine

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 juni 1967

Daniel | 16 Pagina's