Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De oecumene van het hart (2)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De oecumene van het hart (2)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Kleine vossen kunnen de wijngaard bederven. De wijze koning Salomo wist dat heel goed. Een dode vlieg doet de zalf van de apotheker stinken. Zo kunnen kleine verschillen voor grote verwijdering zorgen, terwijl anderzijds kleine dwalingen flinke schade kunnen aanrichten. Maar wanneer is een dwaling klein? Wanneer groot? Wanneer moet een verschil geduld worden en verdient ze liefdevol onderwijs? Wanneer moet ze bestreden worden, eveneens uit liefde tot zowel de kerk als degene die dwaalt?

In het vorige artikel zagen we dat de “oecumene van het hart” zoekt naar wegen en middelen om de eenheid onder christenen te bevorderen. In het bijzonder gaat het om toenadering tussen reformatorische en evangelische christenen. Er is, zo wordt benadrukt, eenheid in de hoofdzaken. Dat zijn het gezag van Gods Woord, de Persoon en het Borgwerk van Christus, de noodzaak van een persoonlijk geloof en de opdracht van de kerk om het Evangelie uit te dragen. Rond die eenheid moet het toch mogelijk zijn om verschilpunten tussen reformatorische en evangelische christenen te overbruggen?

De evangelische voorman W.J. Ouweneel is iemand die sterk vanuit de eenheid onder christenen denkt. Met zijn boekje “Vijf olifanten in een porseleinkast” (uitg. Medema, Heerenveen) wil hij een bijdrage leveren aan het bevorderen van deze eenheid.
De titel van het boekje verwijst naar het spreekwoord over de olifant in de porseleinkast, die daar alles kapot maakt. Ouweneel bedoelt met deze olifanten de geschilpunten onder christenen, die naar zijn overtuiging vaak uitvergroot worden. Zijn boekje heeft hij daarom geschreven vanuit de vraagstelling: Hoe voorkomen we dat het streven naar eenheid wordt gedwarsboomd door allerlei splijtzwammen?
De auteur noemt er vijf, namelijk vragen rondom de schepping, homoseksualiteit, de vrouw in het ambt, de Geestesgaven en de doop. Steeds benoemt hij het conservatieve en het progressieve standpunt rond deze onderwerpen.
Het boekje kreeg een vervolg in de uitgave “Omgaan met olifanten” (uitg. Medema, Heerenveen). Daarin gingen elf auteurs nog wat dieper in op de vijf geschilpunten. Ouweneel zelf overziet in een slotwoord deze standpunten en voorziet ze van commentaar. In nog weer een nieuw boekje beschrijft hij nog vijf “brandende onderwerpen” waarover in christelijke kring verdeeldheid heerst. Dat zijn de visie op Israël, de islam, het occultisme en de vragen rond de afval der heiligen en de eeuwige verlorenheid. Ook dit boekje kreeg een originele titel mee: “Vijf nijlpaarden in een kippenhok” (uitg. Medema, Heerenveen).

Doop
Onze belangstelling gaat vooral uit naar de onderwerpen die van belang zijn in de verhouding tussen reformatorische en evangelische christenen.
In het bijzonder trekt het hoofdstuk over de doop onze aandacht.
We leven gelukkig in een tijd, zo merkt Ouweneel op, waarin christenen meer geneigd zijn te letten op wat hen samenbindt dan op de theologische verschillen waarover ze vroeger zo graag ruzie maakten. Toch blijven er geschilpunten die de gemoederen doen verhitten. Volgens Ouweneel betreffen al deze verschillen niet-wezenlijke zaken. Waarom niet? Het gaat volgens hem om het uitgangspunt, wat hij benoemt als het ‘aanvaarden van de Heere Jezus Christus als hun Verlosser en Heer’. Onder hen die dit hebben gedaan bestaan er nu eenmaal verschillende opvattingen over bijvoorbeeld de schepping in zes dagen, de plaats van de vrouw in de kerk en de doop. Het is dus ‘geheel en al’ mogelijk de Bijbel te aanvaarden als het Woord van God en toch verschillende opvattingen over bepaalde zaken te hebben.
Wat staat ons dan te doen? Ouweneel wil in zo’n situatie begrip en tolerantie vragen jegens elkaars standpunt.
Zo kunnen conservatieven en progressieven elkaar ‘leren verstaan en broederlijk accepteren’.

Baptisme
De genoemde boekjes van Ouweneel hebben op zichzelf best hun waarde.
We bestrijden soms erg gemakkelijk onze ‘tegenstander’ zonder dat we ons goed verdiept hebben in zijn standpunten en weten of hij inderdaad een tegenstander is.
Als voorbeeld noemt Ouweneel de standpunten over de doop. In reformatorische kring klinkt wel het verwijt dat baptisten in hun doopleer uitgaan van de mens met zijn keuze.
De leer van de kinderdoop gaat juist uit van God, Zijn verbond en beloften.
Een doopleer van ‘onderop’, vanuit de mens, staat dan tegenover een doopleer van ‘bovenaf’, de doop bezien vanuit God.
Ouweneel vindt dit niet billijk. Iemand met baptistische gevoelens kan ook vasthouden aan Gods soevereiniteit en het wederbarende werk van de Heilige Geest. Als voorbeeld noemt hij predikers als Bunyan, Philpot en Spurgeon, die allen overtuigd gereformeerd waren.
Het is goed dat Ouweneel nog eens hierop wijst. Het afwijzen van dwalingen moet op een eerlijke en gefundeerde manier gebeuren. Toch is ook Ouweneel te snel met zijn beoordeling. Helaas zijn ze niet in de meerderheid, personen die staan voor de doop na geloofsbelijdenis en die tegelijkertijd Gods soevereine genade prediken. Verreweg de meeste baptisten, zeker in ons land, gaan uit van de algemene verzoening - de leer dat de Heere Jezus voor alle mensen stierf - en de vrije wil - alle mensen krijgen de mogelijkheid om uit vrije keuze Gods genade aan te nemen. Was Bunyan maar meer bekend in de evangelische beweging en stempelde zijn “Christenreis” maar het spreken over de bekeringsweg. Dat zou herkenning geven, die er nu helaas niet is.

Is met het afwijzen van de kinderdoop de zaligheid gemoeid? Op zichzelf niet, dat geven we graag toe. Sowieso moeten we voorzichtig zijn in ons oordeel over personen. Tegen dwalingen mogen, ja moeten we met bijbelse wapens strijden, maar ons oordeel over personen moet mild blijven.
Maar als de afwijzing van de kinderdoop samengaat met andere dwalingen rond de leer van vrije genade?
Mogen we de verschillen dan relativeren? Dit gebeurt bij de “oecumene van het hart”. Op zichzelf is dat wel te begrijpen. Als de ander aanvaard wordt als - zo het heet - een ‘broeder of zuster in Christus’, dan is het niet zo eenvoudig om hun leer of leven af te wijzen. Zo werkt het nu eenmaal in de omgang tussen mensen.
Als we in onze tijd het baptisme afwijzen, gebeurt daarom niet zomaar. Dat is geen muggenzifterij, maar oprechte zorg voor het welzijn van de gemeenten. Wie in onze dagen meegaat met een evangelische doopleer, krijgt er een complete evangelische geloofsleer bij.

Twee volken
Veel uitvoeriger, maar niet wezenlijk anders, schrijft Ouweneel over de doop in zijn boek “Het verbond en het koninkrijk van God”, het negende deel in zijn
evangelisch-dogmatische reeks (uitg. Medema, Heerenveen).
Uit Ouweneels betoog blijkt inderdaad dat zijn visie op de doop niet op zichzelf staat. Heel veel andere thema’s hangen ermee samen, zo schrijft hij zelf. Ouweneel zelf is ervan overtuigd dat God in Zijn verlossingswerk een aparte weg met Israël bewandelt en een aparte weg met de kerk uit de heidenen. Het volk van Israël kreeg de besnijdenis als teken. Ook kreeg het beloften over tijdelijke zegeningen. De kerk in het Nieuwe Testament kreeg de doop en beloften over geestelijke zegeningen. Doop en besnijdenis staan in deze visie los van elkaar.
Ouweneel wil dan ook niet weten van het ene genadeverbond waarvan besnijdenis en doop tekenen en zegelen zijn.
Het valt Ouweneel op dat de argumenten voor en tegen de kinderdoop alleen voor de eigen achterban overtuigend zijn. Dat is een terechte constatering. Een gesprek met een baptist over de kinderdoop komt bijna nooit echt van de grond. Het uitgangspunt is zo verschillend, dat de gesprekspartners langs elkaar heen praten.
Ouweneel zet de tegenstelling tussen voor- en tegenstanders van de kinderdoop scherp neer. Tegelijkertijd moeten we hem gelijk geven als hij zegt dat voorstanders van het kinderdoop verschillende wegen gaan. Denk maar aan de vraag of de beloften van het genadeverbond voor alle gedoopten zijn. Binnen onze gemeenten is altijd gezegd dat deze beloften voor de uitverkorenen zijn, maar op het reformatorische erf klinkt ook de opvatting dat aan alle gedoopten deze beloften geschonken worden, maar dat ze niet in alle gedoopten vervuld worden. Het deed ds. G.H. Kersten opmerken dat het dan een krachteloze schenking is geweest.

Hoge tol
Ouweneel vindt het voor de “oecumene van het hart” van het grootste belang dat de standpunten over de doop dichter bij elkaar komen. Zelf houdt hij strak vast aan de doop na geloofsbelijdenis, maar ook wil hij verdraagzaam zijn tegenover ‘andersdenkende medechristenen’. Toch eist deze verdraagzaamheid weer een hoge tol. Wie de kinderdoop als onbijbels verwerpt, terwijl hij zelf als kind is gedoopt, zal volgens Ouweneel eerlijk moeten erkennen dat hij niet is gedoopt, dat wil zeggen niet op een bijbelse manier. De kinderdoop die hij onderging is dus geen doop en daarom zal zo iemand alsnog gedoopt moeten worden.
Laat Ouweneels worsteling rond de overdoop niet zien dat de “oecumene van het hart” eigenlijk een onmogelijkheid is, omdat de standpunten rond de doop inhoudelijk te ver uit elkaar liggen? Het is niet zo gemakkelijk een brug te slaan tussen een evangelische geloofsleer en een reformatorische. Er zit hoe dan ook een kloof tussen.

(wordt vervolgd)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 juli 2012

De Saambinder | 16 Pagina's

De oecumene van het hart (2)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 juli 2012

De Saambinder | 16 Pagina's