Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

„We hebben geboft"

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„We hebben geboft"

Contact met paleis Soestdijk

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Hoe het begonnen is - vraag het me niet, maar de contacten ontstonden via het werk van mijn man." Mevrouw C. Poortvliet-Bouman (63) uit Soest, weduwe van de bekende schilder Rien Poortvliet, behoort bepaald niet tot de oppervlakkige kennissen van het prinselijk paar op Soestdijk. Al jaren is er contact tussen de Poortvlieten en het diamanten bruidspaar.

„Wanneer het precies begon weet ik niet, maar in de jaren zestig zijn wij al met de kinderen ctiocola wezen drinken op het paleis, bij de Kerstviering. Door het werk van mijn man. In '71 of'72 mocht hij voor het eerst meedoen aan de jachtdag op Het Loo. Daarna was er altijd een diner op Soestdijk, waarvoor wij samen waren uitgenodigd. M'n man kwam dan heel gehaast van Het Loo vandaan, ik had z'n smoking al klaar hangen en z'n schoenen gepoetst, en dan gauw naar Soestdijk. Sinds die tijd zijn we elk jaar geweest. Op 1 december was het twee jaar geleden dat hij de laatste jacht meemaakte. Enkele dagen later moest hij naar het ziekenhuis." Over de contacten met het prinselijk paar wil mevrouw Poortvliet niet veel kwijt; ze ziet dat als een inbreuk op de privacy. Wel vertelt ze „hele warme gedachten te hebben" over de houding van prins Bernhard en prinses Juliana rond het ziekzijn, bij en na het overlijden van Rien. „Ze vroegen geregeld hoe het ging en toen hij was overleden, belde het paleis om te vragen of ze een krans mochten sturen. Maar wij wilden het sober, natuurlijk houden. „Mogen we dan mevrouw Poortvliet wat sturen?" En toen heb ik een prachtige bos bloemen uit de paleistuin gekregen."
Mevrouw Poortvliet gaat beslist niet prat op het feit dat ze de Prins en de Prinses persoonlijk kent. „M'n man en ik zeiden altijd: We hebben geboft. Al die contacten hadden te maken met het werk van mijn man. Als mijn man dat talent niet had gekregen, was dit er allemaal niet geweest. Tussen de Prins en mijn man bestond een hechte vriendschap. En ik hoorde daar flink bij."

Zilveren anjer

In 1976 reikte de Prins aan Rien Poortvliet de zilver anjer uit vanwege zijn ijver voor het natuurbehoud. In '85 bood de schilder het eerste exemplaar van "De ark van Noach" aan de Prins aan, in '87 "Langs het tuinpad van mijn vaderen". Het Poortvlietmuseum werd in 1992 door de Prins geopend. Uiteraard was Riens echtgenote bij al die gelegenheden ook aanwezig. „Ik vond het altijd enig: Als er zo'n presentatie was en de Prins het eerste boek in ontvangst nam, kreeg ik ook altijd een zoen van hem. Zo, die heb ik binnen, dacht ik dan. Dat vond ik altijd heel leuk. Tenslotte kennen we elkaar goed; ik zou het vreemd gevonden hebben als het bij zo'n gelegenheid dan opeens bij een handdruk bleef Het was altijd een hartelijk samenzijn." Tussen het paleis en mevrouw Poortvliet is nog steeds goed contact. ,Ja, we hebben echt geboft."

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 8 januari 1997

Terdege | 67 Pagina's

„We hebben geboft

Bekijk de hele uitgave van woensdag 8 januari 1997

Terdege | 67 Pagina's