Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DS. P. ZANDT EN HET VROUWENKIESRECHT

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DS. P. ZANDT EN HET VROUWENKIESRECHT

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Steeds weer moeten de accentverschillen die tussen ds. G.H. Kersten en ds. P. Zandt zouden hebben bestaan aan de orde komen. Zo ook op de officiële herdenkingsbijeenkomst van het 75-jarig bestaan van de SGP op 24 april jl. te Ede. Ir. B J. van der Vlies laat weten dat degenen die deze accentverschillen - onder meer over het vrouwenkiesrecht - ontkennen, de feiten niet kennen. Ik mag deze opmerking opvatten als een rechtstreekse reactie op mijn inleiding op 23 oktober 1992 voor de Landelijke Stichting te Hardinxveld-Giessendam. Wat ik daar gezegd heb, blijft evenwel recht overeind staan (zie In het Spoor van april 1993, p. 32). Laat ik dan de feiten niet kennen, tot op heden heeft echter niemand mij zwart op wit een bewijs geleverd waaruit blijkt dat ds. Zandt zijn woorden die ik daar heb geciteerd, heeft herroepen. Ds. Zandt laat onomwonden weten "dat ik nimmer een vrouw heb aangespoord ter stembus te gaan" en "dat, indien ooit mijn naam gebruikt is om vrouwen ter stembus te brengen, dit buiten mijn voorkennis en tegen mijn wil is geschied". Dit is te lezen in een door ds. Zandt op 11 mei 1927 ingezonden brief die is gepubliceerd in De Rotterdammer.

Het hoofdbestuur kon in 1969 nog wel de eerlijkheid opbrengen om te erkennen dat ds. Zandt zijn gehele leven aan dit standpunt heeft vastgehouden. Toen een zogeheten "Komité van bezwaarden" het hoofdbestuur er van verdacht dat het artikel 12 van het beginselprogram wilde wijzigen (Vrouwenkiesrecht echter strijdt met de roeping der vrouw en stemdwang met de vrijheid deiburgers), schreef het: "..Ook dit artikel werd door het H.B. gehandhaafd. Nimmer is door het H.B. een voorstel gedaan om het uit het beginselprogram te schrappen. Wanneer uit een kiesvereniging wel eens wijziging van standpunt werd bepleit, wees het H.B. dit steeds af."

Hieraan werd nog toegevoegd:

"Wanneer ook nu door vrouwen op de S.G.P. wordt gestemd, waartoe de wet het recht geeft en dus niemand het kan verhinderen, doen zij dit niet omdat het hoofdbestuur ze daartoe heeft aangezet.

Nimmer zijn door het H.B. de vrouwen opgewekt naar de stembus te gaan. Ds. Zandt liet in de verkiezingskrant altijd artikel 12 opnemen en na hem werd dit ook gedaan."

Het toenmalige hoofdbestuur liet dus weinig ruimte voor accentverschillen. Het beweerde toen met grote stelligheid dat niet alleen ds. Kersten, maar ook ds. Zandt de vrouwen niet opwekte om ter stembus te gaan. Zelfs attendeerde ds. Zandt, volgens het hoofdbestuur, de vrouwen er tijdens de verkiezingen op dat vrouwenkiesrecht strijdt met de roeping van de vrouw!

Zwart op wit

Bij alle waardering die ik heb voor ir. Van der Vlies - ik denk bijvoorbeeld in dit verband aan zijn bijdragen in De Banier van 8 en 25 februari 1993 waarin over het debat inzake euthanasie- en antidiscriminatiewet valt te lezen, om maar iets meest recent te noemen - vind ik het jammer dat hij zich laat meeslepen met het emancipatiestreven binnen onze partij. Hierbij spant hij ook nog ds. Zandt voor deze emancipatiekar. Tenzij het tegendeel met schriftelijke stukken van de hand van ds. Zandt wordt aangetoond, blijf ik vasthouden aan het feit dat hij steeds het vrouwenkiesrecht heeft afgewezen. Het toenmalige hoofdbestuur merkte destijds terecht op dat hij niet mee heeft gedaan aan het ter discussie stellen van het oude artikel 12. De woorden die ds. Kersten al in 1925 schreef: "Een advies heeft van uit het hart van het hoofdbestuur geklonken: 'Vrouwen blijft thuis"', zijn nimmer door ds. Zandt ontkracht. En waar lees ik van onze staatkundig gereformeerde voorvaderen dat zij spraken van hoofdzaken en middelmatige zaken? Wie is bekwaam deze scheiding aan te brengen waar het steeds de eis van beginsel betreft? Laten we toch voorzichtig wezen!

RPF

Bij de discussie over het vrouwenkiesrecht is meer aan de hand. Dat moet ir. Van der Vlies toch ook weten. Of spreekt de open brief van de werkgroep "Bouwen" en meer nog haar toelichting voor de EO-radio (zie In het Spoor van april 1993, p. 53 e.v.) geen boekdelen? Eerlijkheid en duidelijkheid kan deze SGP-ers niet worden ontzegd. Alleen begrijp ik niet dat ze de SGP stuk willen maken, terwijl de RPF biedt wat zij bepleiten. Zonder inhoudelijk op de zaak in te gaan - anderen kunnen dat veel beter dan ik - voel ik mij meer aangesproken door, mag ik het eens zo zeggen, dat echte oude volk van vroeger, voor wie zoveel vanzelfsprekend was dat thans op losse schroeven wordt gezet. Dat oude geluid lezend, gevoel ik geen enkele behoefte ook maar één toenaderingspoging te ondernemen tot hen die naar verandering staan.

Missen

Laat ik duidelijk zijn. Uit zijn geschriften en predikaties is ds. Zandt mij te lief en te dierbaar geworden, dan dat ik zou toelaten hem geplaatst te zien tussen hen die naar een verandering staan die niet is naar Gods Woord. Ook al zouden er accentverschillen zijn geweest! De taal van de woordvoerders van de werkgroep "Bouwen" is absoluut niet de taal van ds. Zandt. Ik doe niet aan mensenverheerlijking - van die vrome fratsen moet ik niets hebben - maar ds. Zandt moet wel recht worden gedaan. Spraken we maar (meer) - en daar sluit ik mezelf bij in - zijn taal. Werd zijn mond en gevoelen maar (meer) onder ons gevonden. Dan stond het er nog niet zo slecht voor met de SGP. Wat moeten we toch in hem veel missen!

Ingetogenheid

Laat ik afsluiten met enkele woorden uit het huwelijksformulier, waarin de erepositie van de vrouw zo schoon wordt verwoord. Slechts deze woorden: "Gij zult ook uw man in alle goede en oprechte dingen behulpzaam zijn, op uw huishouding goede acht hebben, en in alle ingetogenheid en eerbaarheid, zonder wereldse pracht, wandelen, opdat gij anderen een goed voorbeeld van zedigheid moogt geven."

Dit artikel werd u aangeboden door: In het spoor

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 juni 1993

In het spoor | 32 Pagina's

DS. P. ZANDT EN HET VROUWENKIESRECHT

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 juni 1993

In het spoor | 32 Pagina's