Voor onze Militairen

Eenigen tijd geleden las ik een artikel in een Christelijk Weekblad, waarin de schrijver de toen heerschende winter onderbracht onder de oordeelen Gods. Ik lees in mijn Bijbel, dat: „Voortaan al de dagen der aarde zullen zaaiïng en oogst, en koude en hitte, en zomer en winter, en dag en nacht niet ophouden." Ik geloof niet, dat wij den winter als een oordeel Gods mogen beschouwen. Dit toch was het antwoord wat de Heere gaf aan Noach op het offer, dat hij den Heere bracht. Toch is de winter een teeken, een symbool van koude en dorheid. Van een slapen . 't Is Winter. Inderdaad op alle gebied. Op 't terrein van de burgermaatschappij, het huisgezin, de kerk, de militaire wereld, ons persoonlijk leven, het leven van Gods volk, van dit alles moeten wij zeggen, het is winter. Daar is geen werkelijk, bloeiend leven te bespeuren. De mensch openbaart zijn brute goddeloosheid op alle terrein. Zijn vrijen tijd brengt hij door in losbandigheid, hij oefent zijn arbeid uit, hij zoekt zijn vrouw, hij bouwt bruggen en huizen, hij zaait en hij plant, hij staat op en legt zich neer, alles zonder God. Op zijn best genomen denkt hij in nood of druk nog even aan God. Doch van een erkennen is geen sprake meer.
Winter, overal winter. Waar vindt men nog de vreeze en het ontzag voor Gods Volk? Waar ligt de oorzaak? De onherborene ziet bij Gods volk winter en niet veel meer dan koude en schijnbare verlatenheid. Hoe is het met jullie en mij gesteld jongens? Winter hè, niets dan winter.
Wanneer ik de groote adreslijst nakijk van onze jongens en ik ga dan eens de namen optellen van de jongens, die mij geschreven hebben, dan zeg ik, het is winter. Wat een klein getal heeft mij dan nog eens iets geschreven, hoe of ze het maken en of ze nog wenschen hebben voor bepaalde artikelen in „Daniël", die we — indien mogelijk — dan zullen behandelen. Gelukkig is er ook reden tot groote blijdschap en dankbaarheid. Wanneer we zien op de vele boeken, en de vele giften, die we den laatsten tijd hebben ontvangen, dan is er reden tot groote dankbaarheid. Ik zeg dan ook alle gevers en geefsters namens het „Daniëlsleger" hartelijk dank.
Van den marechaussee G. te H. mocht ik een recht hartelijken brief ontvangen, ik hoop er zoo nog veel te mogen ontvangen.
Je oordeel over de film is ook het mijne. Ik weet bij ondervinding hoe onschuldig men zoo'n film aankondigt. Men zegt dan: „Het is geen liefdesfilm hoor, maar alleen maar een natuurfilm." Gaat men er echter naar toe, dan blijkt de natuurfilm in 10 minuten te zijn afgedraaid en de rest van den avond wordt dan gevuld, ja waarmee, met zondig vermaak. Neen jongens, wij hooren niet bij de film. Ik heb jullie al eens meer gewaarschuwd voor dat eerste stapje. Nou zullen er misschien weer jongens zijn, zooals vriend G. mij schreef, die zeggen dan: „Krijgsman kan gemakkelijk praten". Nu, ik moet je zeggen, dat ik dat net gemakkelijk kan, maar niet op de manier zooals jullie het doen voorkomen. Weet je waarom dan wel? Dat zal ik je zeggen. Luister maar!
Ik ben geen burger, maar een werkelijke krijgsman. Ik ben een klein beetje langer in dienst dan jullie hoor. Ik weet zeker, dat ik langer in dienst ben, dan den gemiddelden leeftijd van jullie is. Ik heb dus wel een beetje ervaring. Welnu jongens, Iaat ik dan van mezelf eens één geval mogen vertellen. Het is niet mijn gewoonte om over mezelf te schrijven, maar misschien denken die jongens er dan een beetje anders over.
Uit hoofde van functie in dienst heb ik menigen Zondag in de verschillende kazernes en kampen doorgebracht. Welnu jongens, dan is het Krijgsman menigmaal overkomen, dat hij Zondags heel alleen zijn brood zat op te eten met een beker water, omdat Krijgsman geen vrijmoedigheid had om op Zondag in de cantine een kop koffie te koopen. Viel dat mee! Kom, kom! Zóó erg is dat toch niet. Veel erger is als we iets doen tegen Gods gebod en tegen ons geweten. Neen jongens, jullie maken me niets wijs hoor! Ik heb de koude en de hitte zoowel 's nachts als des daags moeten doorstaan. Weet je wanneer het heel moeilijk wordt? Wanneer we in de week met de wereld volop mee doen en Zondags den vromen Piet willen uithangen. Dat gaat niet. Dan hinken we op twee gedachten. Neen jongens, wij hooren niet bij de film en in de Cadi.
Kan dan een jongen van 20 en 21 jaar buiten ontspanning. Welneen. Mag ik dan niets geen ontspanning, zegt een ander? Wel ja. Maar wat bedoel je daar mee? Daar zal ik jullie den volgenden keer op antwoorden. Voor dezen keer is het genoeg. In het volgend nummer komt er inplaats van een artikel van mij een brief van mijn vriend D. uit Indië. Dat was voor D. ook ontspanning. Mijn hartelijken dank D. en het beste toegewenscht. Vriend G. te H. krijgt nog een brief van me op zijn persoonlijke vragen.
Allen het beste toegewenscht en spoedig schrijven hoor.
KRIJGSMAN.

P.S. Ik heb van H. Veenema, Romeinenstraat 6 te Haarlem een brief ontvangen, waarin hij mij verzoekt zijn adres op te geven in „Daniël*' voor militairen, die in Haarlem zijn gelegerd om deze mee te deelen, dat zij te allen tijde bij hem welkom zijn. Hartelijk dank V. Wie volgen?

Verantwoording giften voor verzending van boeken naar militairen in Indië.
Geref. Gem. te Lisse f 150, — ; Uit biddagcollecte Geref. Gem. Lisse f 15, — ; H.W. te B. f 10, — ; J.V. „Calvijn" Borssele f 71,62; P.B. te D. f 2, 50; Mevr. M.D.-V. te 's-G. f 10, — ; Lezer te A. f 4, 50; Schoolvereen. Geref, Gem. te Aagtekerke, collecte tijdens Ouderavond f 67,62; J.V. „Wees een zegen" der Oud Ger.Gem.te Doetinchem f 60, — ; N.T. te 's-G. f 10, — ; Coll. Zangvereen. der Ger. Gem. te Kampen tijdens openbare Zangavond f 100, — ; fam. Wed. C. de L. te S. f 2,50; N.W. te L. f 2,50; coll. tijdens gecomb. jaarverg. J.V. en M.V. te Boskoop f 32,27; coll. Ger. Gem. Woerden f 74, 50; G. J. te N. f 100 —; Meisjesvereen. Ger. Gem. te Amsterdam (N.) f 15, — ; collecte Amersfoort f 102,59; collecte door J.V. Amsterdam (C.) f 70, - ; Ger. Gem. te Kampen f 50, — ; J.H. te St.A. f 5, — ; f 45, — en een groote kist boeken, opgehaald door twee jonge leden der J.V. woonachtig te Alblasserdam, welke jonge vrienden we hartelijk dank zeggen voor hun mooie werk, door het ophalen van zooveel boeken en geld.

Deze week werd aan onze jongens het 4e pakket boekjes verzonden. Ze werden weer verzonden per zeepost, dus per schip. Het kan 4 tot 8 weken duren eer het pakket in hun bezit is. Maar we hopen nu elke 3 weken hun wat toe te zenden. Ons blad „Daniël" wordt aan alle militairen steeds gratis per luchtpost toegezonden, elke zending kost ongeveer f 35, — porto, maar één zending boekjes per luchtpost zou enkele honderden guldens porto kosten. Nu we regelmatig om de 3 weken blijven verzenden, blijft de tijd van aankomst tusschen elke zending toch ook 3 weken en geeft dit na de eerste ontvangst voor onze jongens geen verschil. In elk pakketje is een brief van één onzer predikanten bijgevoegd, die bij toerbeurt schrijven. Deze brieven laten we in het noodige aantal afdrukken en worden met de boekjes aan alle militairen toegezonden.
Hartelijk dank aan alle gevers en geefsters.
„KRIJGSMAN" p.a. Heereweg 294, Lisse.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen