Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

boekbespreking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

boekbespreking

Een boek om te kopen

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

H. Algra, Het wonder van de 19e eeuw. Van vrije kerken en kleine luyden. 351 pag., 56 foto-pag., 3e herziene-druk. Prijs ƒ 24, —. Uitgeverij Wever, Franeker, 1970.

De afscheiding in de vorig eeuw staat in onze gemeenten neg altijd in het centrum van de belangstelling. Dat is niet verwonderlijk, want ook d.e Gereformeerde Gemeenten hebben hun wortels in deze periode. Het bestaansrecht en het unieke van de Geref. Gem. wordt dan ook terecht met de gebeurtenissen van de afscheidingverdedigd.

Bovenstaand werk handelt uitvoerig over deze gebeurtenissen en die van de Doleantie. De auteur H. Algra, oud lid van de Eerste Kamer voor de A.R.P., redacteur van het Friesch Dagblad, schrijver van „Dispereert niet, " stamt uit het afscheidingsmilieu. Hij heeft dit boek , , uit een verwondering'' geschreven. In zijn „Woord vooraf' zegt hij: „Wie het kleine begin, de vele moeiten, het individualisme van velen, cle geringe ontwikkeling van de meesten nader leert kennen, die voelt zijn verwondering groeien. En al meer ziet hij hier een wonder van genade, tot zegen voor ons volk." Dit is een verklaring voor de titel „Het wonder van de 19e eeuw." Het boek werd voor de

eerste maal in 1Ö6G uitgegeven. Nu in 1970 beleeft het zijn derde — herziene — druk. Algra tekent op een sympathieke wijze de mensen en de gebeurtenissen. De „Puriteinen", de „fijnen", cle „kleine luyaen" worden levendig geschilderd. Mensen als Bilderdijk en Kuyper worden in aparte hoofdstukken behandeld. De verbonden tussen de gezelschappen en de afscheidingen worden duidelijk geschetst. De internationale betekenis van het Réveil wordt belicht. Lijnen worden getrokken voor Engeland, Schotland, Zuid-Afrika en Amerika, waarheen vele afgescheidenen trokken. Ook de Groninger Richting en de Modernen worden zuiver getekend. De Geref. Gemeenten ontbreken in dit epos niet. In het hoofdstuk „Overjarig koren" wordt ds. Ledebcers optreden en werk verhandeld. Het ontstaan van de Ger. Gem. wordt in dit verband aangeduid. Verheugend acht de schrijver de aandacht voor de zending in deze kring, die een doorbreking van het isolement betekent. Ook komen vele onder ons bekende figuren voor het voetlicht als de Erskines, Brakel, Verschuir e.a. De auteur verzwijgt de vele broedertwisten niet, die in de afscheiding voorkwamen, waarin men elkaar soms fel veroordeelde en als geestelijke keurmeesters optrad. Typerend is b.v., dat in sommige kringen de Erskines te licht bevonden werden.

Dit alles heeft Algra op een verantwoorde wijze verwerkt in „een juweel van een beek, " zoals iemand ervan heeft opgemerkt. Uiteraard is het door de persoonlijke betrokkenheid van de auteur niet altijd objectief. Hoe kon het ook anders vcor iemand, die het „uit waardering" heeft geschreven? De hoofdstukken, met name over Kuyper en de Doleantie zijn niet overtuigend. Niet in rekening wordt gebracht, dat in de Hervormde Kerk een belijdend deel achterbleef, dat wilde staan in de lijn der Vaderen. Zeker, Groen van Prinsterer wordt genoemd. Waar is echter Kohlbrügge? Zijn naam komt in dit werk niet voor. Hoe stond hij niet profetisch tegenover Kuyper. Waar ock is Hoedemaaker, die tcegenover Kuyper's „zuivere kerk'' stelde, dat, , heel cle kerk en heel het volk" onder het beslag van Gods Woord behoorde? Wij missen de discussie tussen hen beiden over art. 36 van cle Ned. Geloofsbelijdenis.

Waarom noemt de historicus Algra deze — overbekende — mensen en feiten niet? Voor een goed begrip van Afscheiding en Doleantie kunnen en mogen deze geluiden niet gemist worden. Ook de twintigsteeeuwse uitlopers missen wij node: de scheuringen in diverse afscheidingskerken, de verschraling van de vroomheid ten gevolge van allerlei menselijke visies, de verkoeling, het elkaar hekelen en veroordelen.

Algra voelt dit aan: dit stuk geschiedenis kan hij niet met verwondering schrijven (pag. 5). Hij vermoedt, dat het voor de laatste maal is, dat zó over deze gebeurtenissen geschreven wordt. Zijn emoties klinken ook in een citaat als dit: „Reformatie en wederkeer, samenbinding en vereniging is voor een belangrijk deel een zaak van de preek. In elk geval honderd maal meer dan van kerkbode-polemieken en zelfs van kerkelijke boodschappen" (pag. 280). Verheugd is hij, wanneer hij de Vereniging van afgescheidenen en dolerenden in 1892 beschrijft: „Wat kan bij die herinnering het verlangen groot worden naar herstel van wat later werd gebroken." (pag. 346). Deze gebeurtenis beschrijft hij als „meer dan een feest."

Het boek is keurig uitgegeven, verlucht met talrijke prachtige foto's. Jammer is het, dat geen personenregister werd opgenomen. Ondanks de critische kanttekeningen is dit boek van harte aan te bevelen aan jong en oud, aan kerkeraden en verenigingen. Voor het maken van inleidingen en lezingen is het uitnemend.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 november 1970

Daniel | 15 Pagina's

boekbespreking

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 november 1970

Daniel | 15 Pagina's