Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Hoe houdt de kerk de jeugd erbij? (1)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Hoe houdt de kerk de jeugd erbij? (1)

Ds. C.G. Geluk: „We hebben een geweldig Woord; dat is een rijke bron, ook in het jeugdwerk"

17 minuten leestijd Arcering uitzetten

<br />Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst. Daarvan is men niet alleen in de wereld overtuigd, maar ook in de kerk. Zeker in een tijd waarin steeds meer jongeren de kerk de rug toekeren. De vraag "Hoe houden we ze erbij" is in brede kring actueel. Wat is de oorzaak van de toenemende kerkverlating? Moet het taalgebruikin de prediking worden aangepast aan de leefwereld van jongeren? Past de ouderwetse wijze van catechiseren nog in de moderne tijd? Hoe moet het jeugdwerk worden aangepakt? In een viertal interviews worden deze en vele andere vragen belicht. Achtereenvolgens komen aan het woord ds. C. G. Geluk, predikant-directeur van de Hervormd Gereformeerde Jeugdbond (HGJB), ds. B. van der Heiden, voorzitter van de Jeugdbond van de Gereformeerde Gemeenten (JBGG), drs. I. A. Kole, adjunct-directeur van de scholengemeenschap "De Driestar" en een van de auteurs van de studie ,,Bij-tijds leren geloven" en ds. M. C. Tanis, christelijk gereformeerd predikant te Sliedrecht.

Als predikant-directeur van de HGJB kent ds. C.G.Geluk de leefwereld van de (hervormd-gereformeerde) jeugd van binnenuit. Met zorg constateert hij een toenemende vereenzaming onder jongeren. Bezinning op het jeugdwerk acht hij broodnodig. Zelf gaf hij een aanzet daartoe in zijn in 1987 verschenen boek: Hoe houden we de jongeren bij de kerk". Daarin stelde hij ondermeer: ,,Dit is wat wij - ouders, leidinggevenden in het jeugdwerk, kerkeraden, predikanten - nodig hebben: de inspiratie van de Heilige Geest, die wij juist opdoen langs de weg van bezinning. Laten wij ons hiervoor openstellen, opdat wij zo - met eventuele gebruikmaking en integratie van wat voorhanden is - komen tot een eigen visie, een eigen beleid, een eigen wijze van werken, een eigen programma en ook eigen vormen van jeugdwerk.''

Leeftijdsgroepen
Hebt u de indruk, dat in de kerk onvoldoende aandacht wordt besteed aan de jeugd? ,,Hetis heel moeilijk om daarin het algemeen over te spreken. Er zijn kerkeraden die zich intensief bezinnen op de vragen rond de plaats van de jongeren in de gemeente. In andere gemeenten krijgt de jeugd nauwelijks aandacht. Ik denk datje in z'n algemeenheid kunt zeggen, dat vaak nogal kritisch naar het jeugdwerk wordt gekeken. Dat uit zich op allerlei manieren en maakt het werk niet altijd even eenvoudig." Ziet u dejeugd als een speciale groep binnen de gemeente? „Nee. Als we over de gemeente spreken, hebben we het over jongeren en ouderen. Ik zie ze in verbondenheid met elkaar. Dat komt ook tot uitdrukking in de erediensten. Als jeugdpredikant ben ik geen voorstander van aparte jeugddiensten. Dat betekent niet, datje geen rekening zou moeten houden met leeftijdsgroepen in de gemeente. Zoals je oog hebt voor de bejaarden -ik denk aan bejaardenbezoek-, zo is het ook nodig om oog te hebben voor jongeren. Losvan de tijd waarin wij leven, kun je vanuit de Bijbel zeggen dat de jeugd belangrijk is in verband met de voortgang van het heil in de lijn van de geslachten. Daarnaast zie je dat in wisselende tijden de vragen verschillend zijn. We hebben de roeping om aan die specifieke vragen aandacht te besteden."

Keerpunt
Welke vragen ziet u als specifiek voor onze tijd? ,, We leven op een keerpunt in de geschiedenis. We zien een omslag in de cultuur. Een van de uitingen daarvan is, dat de plaats van de kerk in het geheel van de samenleving een andere is geworden dan in het verleden. Het geloof in het bestaan van God is geen vanzelfsprekendheid meer. De vragen van het geloof zijn weggedrongen en dat heeft consequenties voor het geheel van onze samenleving. Het individualisme is sterk toegenomen. Dat heeft z'n doorwerking in het leven van onze jongeren. Ze leven in verwarring omtrent alleriei zinvragen. Vragen met betrekking tot verschillende vormen van normvervaging. Vragen met betrekking tot het milieu. Jongeren hebben vaak een negatief beeld van de toekomst. Wat biedt zekerheid in deze tijd? Waar leef ik eigenlijk voor? Ik denk ook aan de relatieproblematiek, die met het individualisme samenhangt. Veel jongeren leven in gebroken situaties. Dat heeft consequenties voor hun hele ontwikkeling."

Dreigingen
Hebt u de indruk dat algemeen-religieuze en maatschappelijke vragen de vraag "Hoe krijg ik een genadig God?" hebben verdrongen? „Ik denk dat jongeren, door alle dreigingen die ze om zich heen zien, op zoek zijn naar de zin van het leven, naar datgene wat heil is. Waarbij velen nog niet denken aan het heil waar het in het Evangelie om gaat. Ze komen er niet uit, als ze niet nadrukkelijk geconfronteerd worden met de boodschap van het heil. Er is geen mens die de vraag stelt; "Hoe krijg ik een genadig God?'', als hij niet eerst van die God gehoord heeft en beseft dat hij met die God verzoend moet worden. Maar we moeten niet vergeten, dat wat een mens nodig heeft verschillend verwoord kan worden. Luther heeft de vraag zo geformuleerd in zijn tijd, toen hij was vastgelopen in het wetticisme van de roomskatholieke kerk. In die specifieke situatie schreeuwde hij als het ware uit: " Hoe krijg ik een genadig God?" De vraag is door Calvijn als zodanig niet aan de orde gesteld. Wel gaat het om dezelfde genade, die we allemaal nodig hebben. Als jongeren zoeken naar de zin van het leven, mag je het woord zin denk ik vertalen met heil."

Kerkverlating
„Deze problematiek kan niet los gezien worden van de geestelijke crisis waarin wij leven. Het is niet zo eenvoudig om in dat verband oorzaken te noemen. Je blijft zo gauw in het algemene steken. Aanduidenderwijs zou ik drie dingen willen zeggen. In de eerste plaats kunnen de oorzaken op het persoonlijk vlak liggen. Dat iemand niet bestand is tegen de druk die vanuit deze van God vervreemdende samenleving op hem wordt uitgeoefend en toegeeft aan een leven dat ver van het Woord en het leven met God verwijderd is. In de tweede plaats denk ik aan de gezinnen. Ik hoor vaak van jongeren, en dan hebben we het over hoge percentages: „Ik hoor wel wat ik wel of niet mag, maar over de wezenlijke vragen van het geloof spreken mijn ouders nooit." Daarin wordt zichtbaar dat er vaak geen harmonie is tussen leer en leven. De vormen zijn er wel, maar het leven ontbreekt. In de derde plaats kan het te maken hebben met de kerk, de gemeente, de prediking. Kole en Van Driel geven in hun studie aan, dat veel jongeren op twee markten leven. Ze ervaren de prediking als iets van het verieden en missen de relevantie van het Woord voor de concrete situatie van vandaag. Misschien moeten we ook zeggen, dat we vaak niet gemeente zijn, zoals we het behoren te zijn. Het leven uit het geloof moet tot uiting komen in het omgaan met elkaar, het oog hebben voor elkaar.''

Wereldliefde
lijk. Is er niet een duidelijke relatie tussen uiterlijk en innerlijk? ,,Kijk, het is de bedoeling dat inneriijk en uiterlijk samenvallen. Dat de inhoud de vorm bepaalt. Helaas is dat vaak niet het geval. Ik denk aan de klachten van de profeten op dat gebied. Ik denk ook aan de houdingvan de Heere Jezus, als het gaat over een scheiding van vorm en inhoud. Dat Hij geëerd wordt met de lippen, maar het hart ontbreekt. De Bijbel legt het accent op de gezindheid, het hart. Van daaruit vindt de invulling van de uitingen plaats. Vormen moetje vanuit hun inhoud beoordelen. Ik denk dat we niet de norm moeten leggen in de vormen en op grond daarvan secularisatie constateren."

Cultuurverandering
uitingsvormen, zoals ook de wereld die heeft? ,,Je ziet dat die uitingsvormen afhankelijk zijn van traditie en cultuurveranderingen. Je staat op een zwakke basis, als je op grond van uitingsvormen oordelen velt. Je gaat dan af op een groepscode die is ontstaan, daaraan meetje mensen af en verbind je wellicht het begrip vreemdelingschap. Je stelt dan op grond van normen die niet direct verbonden zijn aan de Schrift mensen in een daglicht waarin ze eigenlijk niet staan. Ik doe dat niet." Aan het,,Gij geheel anders" verbindt u geen uiterlijke consequenties? ,,Niet in de zin, zoals daar vaak over gesproken wordt. Deze bijbeltekst uit Efeze 4 moeten we beluisteren in het verband waarin ze staat. Er wordt daar niets uiteriijks naar voren gebracht. Als het gaat over het aandoen van de nieuwe mens, vult Paulus dat concreet in met:,,Geef de duivel geen plaats''. ,,Spreek de waarheid en lieg niet''. Het heeft te maken met de wijze waarop we met elkaar omgaan, vergevingsgezindheid, het niet bedroeven van de Geestvan God, het navolgers Gods zijn, het geen gemeenschap hebben met de werken der duisternis, maar wandelen als kinderen van het licht. Wij moeten met name in deze dingen geheel anders en als christenen herkenbaar zijn."

Gezellige entourage
U geeft in uw boek aan, dat jongeren zichzelf moeten kunnen zijn in hun ontmoetings- en uitingsvormen. Kunt u dit toelichten? ,, Jongeren verkeren in een bepaalde leeftijdsfase. Zoals je in het gezin rekening houdt met de leeftijd van een kind, zo geldt dat ook voor het jeugdwerk. Ze zijn jong. Dat wil zeggen dat ze van een gezellige entourage houden, graag op de grond zitten of hangen, eigen liederen zingen, daarbij een gitaar gebruiken. Dat zie ik ouderen nog niet zo snel doen." U vindt de houding van veel ambtsdragers te star? ,, Wat ik vaak van j ongeren hoor, is:,, Als er iets niet snor zit krijgen we bezoek van de kerkeraad.'' Dat is watikin mijn boekje „negatieve belangstelling" heb genoemd. Laten we jongeren vanuit een positieve belangstelling benaderen, ook wanneer een stukje terechtwijzing op z' n plaats is."

Liederen
Veel liederen die onder jongeren worden gezongen, vertonen weinig overeenstemming met het gereformeerd belijden. Dat is toch duidelijk een inhoudelijke zaak? ,,De uitingsvormen heb ik betrokken op de muzikale begeleiding, niet zozeer op de inhoud. Er zijn inderdaad oppervlakkige liederen, al zou ik niet graag alle liederen die jongeren zingen onder die noemer scharen. Er zijn er die ik graag meezing. Maar we zien hier de armoede dat we in onze traditie het Nieuwtestamentische lied niet kennen, zoals dat wel het geval is in de Engelse traditie. Persoonlijk vind ik het een gemis, dat in de eredienst niet vanuit de volheid van Christus, Zijn komst en Zijn volbracht werk gezongen kan worden. Nu worden veel liederen overgenomen uit andere kringen, omdat we zelf weinig te bieden hebben. Het zou fijn zijn als in onze kring betere liederen werden gedicht en getoonzet. Dat de Geest ook daarin Zijn inspiratie gaf en wij ervoor open stonden.''

Goed gebruik
kerk het overnemen van zinvolle zaken niet geschuwd. Denk alleen al aan het gebruik van het orgel. Dat heeft een heidense oorsprong. Zo zijn meer zaken te noemen. We vieren het kerstfeest op een dag waarop vroeger een heidens lichtfeest werd gevierd. Wanneer het gaat over vormen die buiten de kerk zijn ontstaan, moeten we afwegen of we daar wel of geen gebruik van kunnen maken in dienst van onze roeping en de overdracht van het Evangelie. Als ze zo zijn getoetst, hoeven we niet te schromen er een goed gebruik van te maken." Aan welke vormen denkt u concreet? ,,Allerlei spelelementen bijvoorbeeld in verband met de overdracht. Ik denk aan een associatiespel. Ook aan werkvormen die gebruikt worden, fototaai en dergelijke."

"Sola Scriptura"
Een van de kernpunten van de Reformatie was het "Sola Scriptura". Raakt dat door deze vormen niet uit het oog? ,,Het "SolaScriptura" blijft bovenaan staan, maar we moeten niet vergeten dat dat een theologische uitspraak is. Er wordt mee aangegeven: ,,Erisgeen andere gezagsinstantie dan het Woord". Dat betekent, dat ik met het "Sola Scriptura" niet in de eerste plaats bij methoden uitkom, maar bij mezelf. Hoe ga ik met dat Woord in mijn leven om? Het is niet juist om deze uitspraak te betrekken op methoden en vormen voor de overdracht." Paulus geeft aan dat het geloof uit het gehoor is. Zijn zaken als associatiespel en fototaai niet een moderne uitvoering van de beelden als boeken der leken? ,, Die overeenkomst zie ik niet. De beelden hadden een heilsbemiddelende betekenis. Dat past helemaal in de rooms-katholieke theologie. Die heeft de Reformatie met kracht afgewezen. Het gebruik van onze methoden ligt op een heel ander niveau. Wat nu gedaan wordt, moetje niet afmeten aan vormen die in de geschiedenis een heel andere theologische vulling hadden."

Reactionair
,,Het gebruik van deze middelen heeft te maken met de veranderingen in de tijd en met datgene wat is uitgevonden. Een blad als "Terdege", dat ook een boodschap wil overdragen, speelt volledig in op de tijd waarin wij leven. Het maakt gebruik van moderne methoden als marktonderzoek, de moderne techniek, automatisering, layout. Je kunt je evenzeer afvragen wat de seculariserende werking daarvan is. Ik heb moeite met de fixatie op het jeugdwerk, terwijl de terreinen die ons dagelijks leven betreffen vergeten worden. Hoe zit het daar met het "Sola Scriptura"? We moeten ervoor oppassen dat we in onze opstelling naar jongeren toe niet reactionair zijn. Ze ervaren onze traditie vaak als een reactionaire traditie. Nieuwe vormen worden bij voorbaat afgewezen. Maar het is de Schrift die beslist. Het "Sola Scriptura" heeft voor mij ook daarmee te maken."

Gevarieerde opzet
Upleit vooreen gevarieerde opzet van het jeugdwerk. Wat verstaat u daaronder? ,, Als ik pleit voor een gevarieerde opzet van het jeugdwerk, is het uitgangspunt de zorg voor alle jongeren. Er zijn heel wat ongemotiveerde jongeren, die niet te bereiken zijn via de prediking, het jeugdwerk en de catechese, maar wel tot de gemeente behoren. Voor wie we gok verantwoordelijkheid dragen. De vraag is: Hoe betoon je deze jongeren de zorg voor hun heil en hun toekomst? In dat verband is het denk ik goed, dat er variaties in het jeugdwerk zijn. Dat wil nietzeggen, datje concessies doet ten aanzien van de boodschap die je aan deze jongeren wil overdragen. Maar je kunt de boodschap niet aan iedereen kwijt. Er zijn er die onbe- |> reikbaarzijn. Wat doe je dan? Hoe ver ga je om deze jongeren toch te bereiken? Als HGJB hebben we het open jeugdwerk op zaterdagavond. Dat is anders van aard dan de gewone jeugdvereniging, waar bijbelstudie en vragen over geloof en leven centraal staan. Veel jongeren die niet tot de gemotiveerde groep behoren, veriiezen zich zaterdagsavonds in allerlei gelegenheden waar ze ten prooi dreigen te vallen aan duistere machten. Het open jeugdwerk is bedoeld als een poging om deze jongeren binnen de grenzen van het kerkelijk leven te betrekken."

Grootste concessie
Worden de grenzen van het kerkelijk leven zo niet erg ruim?
,,De grootste concessie die je kunt doen, is helemaal niets doen. Mijn buurman is geen gelovige. Ik heb de roeping om ook naar hem toe getuige te zijn. Daarom nodig ik hem op de koffie. Dat is een weg om contact te zoeken. Het kan zijn dat het niet lukt om tot een goed inhoudelijk gesprek te komen, waarin ik iets kan laten doorklinken van mijn bewogenheid met zijn heil. Is het feit dat ik hem op de koffie nodig daarom verkeerd? Je moet rekening houden met de situatie waarin de kerk zich vandaag bevindt. Ik denk aan mijn zendingservaring. In de zending is het zo, dat vanuit de kerk allerlei zaken ter hand worden genomen die bij ons niet zo de aandacht hebben. Het oprichten van scholen en medische posten, het opzetten van landbouwprojecten. Dat gebeurt vanuit de visie dat het Evangelie niet alleen de ziel, maar de hele mens op het oog heeft. Vanuit haar opdracht heeft de kerk de taak om mensen bij te staan. In een gekerstende situatie worden vee! van deze taken overgenomen door de overheid. We leven nu in een ontkerstenende situatie. Daarmee hangt samen dat de taak van de kerk weer ruimer wordt en ook in het jeugdwerk het sociale aspect een sterker accent krij gt.''

Open jeugdwerk
Hoe moet het openjeugwerk worden ingevuld? „Voorop moet staan, dat voor alles wat gebeurt bewust is gekozen. Er moet een stuk bezinning in het licht van de Schrift aan vooraf zijn gegaan. In de tweede plaats zullen we ook op een open-jeugdwerkavond moeten proberen iets van het Woord over te dragen. Door het houden van een meditatie bijvoorbeeld, of door het voeren van persoonlijke gesprekken." Is die bezinning erin de praktijk? Bij een inventarisatie van programma's blijkt dat veel open-jeugdvuerkauonden worden gevuld met filmvertoningen en optredens van cabareten reli-popgroepen. „Met het pleidooi voor gevarieerd opgezet jeugdwerk pleit ik er niet voor om alles maar in huis te halen. Ik pleit voor een heel duidelijke bezinning en overweging van datgene wat, in het geval van een film, wordt vertoond. Veel films vallen dan af."

Infiltratie
, , De boze probeert de mens altijd te misleiden, ook via heel bekende vormen. Ik denk dat we op onze hoede moeten zijn en ons niet eenzijdig moeten richten op bepaalde vormen, waarachter we direct boze geesten menen te zien. Dat neemt niet weg, dat we voorzichtig moeten zijn, verantwoord onze weg moeten gaan en keuzes maken. Als HGJB stimuleren we een stuk bezinning hierop. Maar we zijn niet verantwoordelijk voor datgene wat in verschillende plaatsen wellicht op andere wijze wordt ingevuld. Als het gaat om muziek, dan weet ik dat er muziek is die ontregelend werkt. Dat ritme op zo' n manier gebruikt wordt, dat er iets in de mens'wordt opgeroepen dat niet goed voor hem is. Dat wijs ik af. Maar we moeten er wel voor oppassen, dat we niet alle muziek waar ritme in zit op dezelfde wijze beoordelen. Het komt voor dat jongeren een zanggroep beginnen, omdat zij een boodschap willen uitdragen naar hun leeftijdgenoten toe. Gelukkig zijn er nog van die positieve jongeren. Ze gebruiken daarbij vaak gitaren en een slaginstrument. De verleiding is dan groot om direct een link te leggen met popmuziek. Dat verband hoeft er helemaal niet te zijn. We moeten in ons oordeel de intentie waarmee die jongeren zingen betrekken, anders doen we zo'n groep geen recht.''

Zorg
op een ander terrein ligt. We ervaren als HGJB, dat het steeds moeilijker wordt om jongeren te bereiken. Er is erg veel onverschilligheid. Het is gemakkelijk om dingen af te wijzen en te ^zeggen: Het gaat de verkeerde kant uit. Maar ik mis daarin pijnlijk de positieve inbreng van ouderen. Mijn verontrusting heeft niet in de eerste plaats te maken met de dingen die in het jeugdwerk gebeuren, maar veel meer met de gemeente waarin ze plaatsvinden en waar de dingen niet liggen, zoals ze moeten liggen. Is er echt bewogenheid met het heil van jongeren? Komt dat ook tot uiting? Is er een leven uit genade en stempelt dat de verhoudingen? Er is binnen de gemeente zo veel te noemen dat haaks staat op ' het Evangelie. Carrièrezucht. Belang hechten aan uiterlijke zaken. In deze tijd, die zo ontzettend consumptief gericht is, is het zo nodig dat ouderen zich belangeloos beschikbaar stellen en in hun hele houding tonen wat het leven met God inhoudt."

Brug
zeggen: Dan doen we het maar niet. Ik denk wel, dat we in de presentatie duidelijk moeten maken dat het open jeugdwerk niet een alternatief is voor een jeugdvereniging. Aan de andere kant vind ik het niet zo erg, als gemotiveerde jongeren op een openjeugdwerkavond aanwezig zijn. Juist zij kunnen heel positief worden ingezet, omdat zij over het algemeen gemakkelijker dan ouderen contacten leggen met hun leeftijdgenoten."

Toekomst
Hoe ziet u de toekomst voor de kerk? ,,We mogen dankbaar zijn dat de Geest ook vandaag werkt, ook in de wereld van de jongeren. Ik geloof dat God Zijn kerk bewaart en tot de jongste dag ouderen en jongeren vanuit de duisternis zal trekken tot het licht. Dat neemt niet weg, dat er ten aanzien van de kerk in ons land grote zorgen zijn. Wij hebben dringend het vernieuwende werk van de Heilige Geest nodig. Tegen ouderen zou ik willen zeggen: Laten we positief zijn. Dat bedoel ik niet in een oppervlakkige zin, maar heel diep vanuit het Woord en vanuit het geloof. We hebben een geweldige boodschap ontvangen. We hebben een geweldig Woord. Dat is een rijke bron, ook in het jeugdwerk. Er wordt veel aandacht besteed aan de neekant van het geloof. Dingen afwijzen. Een kritische houding. Er wordt veel te weinig gesproken over de jakant. Wat is het wèl? Het aandragen van alternatieven, daar zijn we niet zo sterk in. Als we iets afwijzen, komt ons nee dan voort uit een ja. Dat is voor mij een geloofsuitspraak. Als God nee tegen ons zegt, komt dat ook voort uit het ja van Zijn genade."

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 januari 1988

Terdege | 64 Pagina's

Hoe houdt de kerk de jeugd erbij? (1)

Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 januari 1988

Terdege | 64 Pagina's