Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Russische orthodoxie schiep de ‘Byzantijnse mythe' (4)

Bekijk het origineel

Russische orthodoxie schiep de ‘Byzantijnse mythe' (4)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Verlosser-kathedraal als staatssymbool…
Onder de bekende tsaar Peter de Grote werd de leer van het 'derde Rome' min of meer verlaten. In 1948 kwam die leer nog even opduiken op een orthodoxe conferentie als tegenwicht tegen de Wereldraad van Kerken en om te gedenken hoe vijf eeuwen eerder de Russische kerk 'autokefaal' (onafhankelijk van de Griekse patriarchen) was geworden. Na de val van het communisme doemde de term nog weer op in ultra-nationalistische bladen, om zich af te zetten tegen het perfide westen en om het goede oude 'heilige Rusland' van weleer terug te krijgen. Voorlopig zonder resultaat…

Peter de Grote
Met Peter de Grote (rond 1700) ziet Van den Bereken een breuk in de Russische geestesgeschiedenis ontstaan, een nieuw identiteitsbesef. De deuren naar het westen werden door deze Russische Zaankanter opengezet en hij kiest het klassieke Rome als voorbeeld en voorganger, niet het Byzantijnse rijk. Peter noemt zich geen tsaar, maar 'imperator'. Zijn staat heet voortaan 'imperia' en zijn adviesraad 'senaat'. Sint Petersburg wordt de nieuwe hoofdstad en de kathedraal daar heet niét naar de bescherm-apostel van Rusland van voorheen, Andreas, maar naar Petrus en Paulus.
Sint Petersburg gaat rechtstreeks terug op het eerste Rome, met voorbijgaan van het tweede (pauselijke) en derde Rome (Moskou). Overigens laat Peter ook een oude Russische heilige, Alexander Newskij, overbrengen naar zijn nieuwe stad aan de Newa, om zo de band met het vanouds 'heilige Russische land' niet geheel door te snijden.
Tsaar Peter Het zich ook vergelijken met de steenrots Petrus waarop Christus de kerk bouwde. Maar zijn kerkpolitieke hervormingen waren funest voor minstens twee volgende eeuwen. Hij legde de kerk een berucht Geestelijk Reglement op, schafte het ambt van patriarch af, creëerde een door hem benoemde Allerheiligste Synode en stelde een ambtenaar aan als 'oog en oor van de tsaar', de Oberprokuror.
Het was de capitulatie van de kerk die ook in vroeger eeuwen niet echt anti-vorst was geweest. Peter voerde lutherse elementen in bij de kerkstructuur. De Opperprocureur was een leek, vaak een generaal en atheïst of vrijmetselaar. Zelf liet de tsaar zich als een hogepriester installeren en in heel tsaristisch Rusland bleef deze nieuwe structuur bestaan, ook onder de Duitse lutherse Catharina de Grote, die zich 'Hoofd van de Griekse kerk' noemde.

Pro-westers
Positief van Catharina vindt Van den Bereken haar mogelijkheid om de brug tussen Rusland en Europa te slaan. Negatief, dat die kans gemist werd. Pas eeuwen later zou Michail Gorbatsjov spreken over Rusland als 'Europees huis', te vergelijken met Catharina's grondwetsartikel 'Rusland is een Europese staat'.
Hoe het verder ging met kerk en staat? Tsaar Paul was roomsgezind; zijn opvolger Alexander I protestants. Hij wees het religieus eerbetoon voor de tsaren af, want 'dat komt alleen God toe', maar zijn opvolger Nicolaas I heette weer 'Beeld van God'. Opvallend was het, dat Alexander de Heilige Alliantie vormde met het protestantse Pruisen en rooms-katholieke Oostenrijk tegen het revolutionaire Frankrijk. Deze tsaar doorbrak in theorie én praktijk de mythe van het oosten. In de 19e eeuw zou de discussie in Rusland tientallen jaren woeden tussen hen, die openheid naar het westen voorstonden en hen, die tegen aansluiting kozen vóór het Russisch isolement.
Dat waren de slavofielen en pan-slavisten die de mythe van het heilige Rusland nieuw leven inbliezen en vanuit hun finalistische kijk op de geschiedenis een groot en glanzend Russisch rijk terugprojecteerden dat in die vorm nooit had bestaan. (Zoals de stamvader van de 'belgicistische' geschiedschrijving, Henri Pirenne, in die eeuw achteraf een ook nimmer zo bestaan hebbend groot België sinds de Middeleeuwen 'ontwierp', v. As).
Zo'n pro-westerse Russische denker was Pjotr Tsjaadajev die dan ook naar Siberië verbannen en gek verklaard werd, omdat hij Ruslands keuze voor Byzantium in plaats van voor Europa als uiterst noodlottig had beschouwd. Ook Wladimir Solovjov deelde die mening, maar die zat in West-Europa. Tsjaadajev verwachtte het wereldheil van de Rooms-Katholieke Kerk en verweet de Reformatie dat die de oude heidense verdeeldheid had hersteld, terwijl de paus juist symbool van een verenigd christelijk Europa (inclusief Rusland) kon zijn.

Kathedraal en wet
Zijn slavofiele tegenstanders noemde hij aanhangers van nationalistische waanideeën. Van hen is Alexej Chomjakov wel een der bekendsten. In die – onderling zeer diverse – kringen duikt het 'heilig Rusland' weer op. De schrijver Nikolaj Gogol, de historicus Michail Pogodin, de cultuurfilosoof Nikolaj Danilevskij en de diplomaat Konstantin Leontjev waren dé uitdragers van dit gedachtegoed van slavofilie en staatspatriottisme. Maar het latere Sovjet-communisme zette de mythe van het oosten in seculiere vorm voort, terwijl na de val van de rode tsaren het oude religieus-nationaal besef snel herleefde.
Het Russisch christendom heeft zich al sinds de 12e eeuw versmald en verideologiseerd en dat is onder het communisme en daarna alleen maar doorgegaan. De kerk kreeg recent haar positie in het natiebesef terug door twee zaken: in 1997 werd de voltooide herbouw gevierd van de door de communisten gesloopte Christus Verlosser-kathedraal en het Kremlin.
En de Doema nam in 1997 de Godsdienstwet aan, die de orthodoxie sterk bevoorrecht en alle andere kerken en stromingen als 'buitenlands' en on-Russisch afwijst. Staatspresident Jeltsin en patriarch Alexej openden samen die kerk en de laatste sprak weer over het 'derde Rome'. De Verlosserkerk is een ideologisch monument, ooit gebouwd ter ere van de Russische zege op Napoleon. Een kerk voor alle natiën is het niet geworden. Opnieuw misten kerk en staat de aansluiting bij Europa.

Heden is verleden
Tot zover deze grepen uit het boek van Van den Bereken dat mij erg boeide. Het laat de liefhebbers van de Gouden Eeuw der Russische literatuur – waartoe ik mij gaarne reken – zien dat dit 19-eeuwse beeld van het heilige Rusland historisch gezien niet deugde. Het was beeldvorming, het creëren en levend houden van een oude mythe, een mengeling van religie en politiek, geschreven met visie en vaart. Het opeisen van Gods bijzondere bemoeienis met het eigen volk en de vorst als opvolger van Israels gezalfde koningen is niet specifiek Russisch; in West-Europa kenden we ook volop dit soort mythen.
De auteur laat ons ook zien hoezeer het Russisch verleden van staat én kerk nu nog altijd (of juist opnieuw) doorwerkt. De sprong van Jeltsins pro-Servische houding en van de pro-communistische patriarch en metropolieten tussen 1917 en 1990 naar deze oude Byzantijnse mythe is veel minder groot dan men denkt. Ik vind dit boek – ook zonder dat het breed op het Rusland anno 1999 kan ingaan – op menig punt zeer verhelderend.
Heb ik ook kritiek? Ja, op de spelling der Russische eigennamen. In dit populair-wetenschappelijke boek hanteert de auteur de wetenschappelijke Engelse spelling, dus Pëtr i.p.v. Pjotr, Fëdor i.p.v. Fjodor en zo meer. Dat is onleesbaar voor de niet-ingewijde en consequent is Van den Bereken ook niet, want zijn 'Kiev' zou men dan kunnen lezen als het onjuiste Ki-jov. Er staan ook nogal wat taalfouten in en zaken als de 'Belgische confederatie' waarmee wel de Verenigde Nederlanden bedoeld worden.

Ontbrekende titels
Jammer is het, dat landkaarten ontbreken, terwijl er sprake is van zoveel geografisch interessante gebeurtenissen die men zonder een verhelderende kaart niet goed kan plaatsen. En het verbaast mij dat in zijn literatuurlijst zoveel grote namen ontbreken uit binnen- en buitenland. Ik noemde al P. Zacharias Anthonisse, maar hoe je in dit boek heen kunt om de publicaties van N. Struve, N. Berdjajev, maar ook Walter Schubart of Z. R. Dittrich en nog zoveel anderen, dat is mij een raadsel.
En over de orthodoxie onder Stalin c.s. had het werk van prof. Pjotr G. J. A. Hendrix – in maart van dit jaar precies twee decennia geleden overleden – niet onvermeld mogen blijven. Een herdruk zal dus dikker moeten worden. Het onderwerp is er belangwekkend genoeg voor; bijna dagelijks halen orthodoxie en Russische politiek de krant en het journaal. En op zijn minst ten dele ligt dat heden in het verleden!

H. H. J. van As, Apeldoorn

Mede n.a.v. 'De mythe van het Oosten' door Wil van den Bereken, over 'Oost en West in religieuze ideeëngeschiedenis van Rusland'. Paperback, 234 blz., ƒ 39,90. Uitgave: Meinema, Zoetermeer 1998.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 juni 1999

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's

Russische orthodoxie schiep de ‘Byzantijnse mythe' (4)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 juni 1999

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's