Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De pastorale gemeente als  gave en roeping (2)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De pastorale gemeente als gave en roeping (2)

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

KERKELIJK LEVEN

door J. Hoek, Veenendaal

Lijnen naar de pastorale praktijk

Vanuit de in het vorige artikel geschetste gereformeerde visie op de Kerk probeer ik nu enkele lijnen te trekken naar de pastorale praktijk.

1. Het is een grote eer, tegelijkertijd ook een bemoediging te weten dat we als ambtsdragers of gemeenteleden in ons pastorale werk een klein schakeltj e vormen in het eeuwenomspannende heilswerk van God. Ten diepste komt het niet op ons aan, de Kerk staat of valt niet met onze inzet, maar we mogen ons werk verstaan als een meegenomen worden in Gods handelen, in Christus' verzamelen van zijn kudde.

2.Vanuit het zicht op het genadeverbond zullen we ons in ons pastorale werk ten principale niet willen beperken tot de meelevende kern van de gemeente. Ik weet heel goed dat er allerlei moeilijke vragen liggen rond grote aantallen geboorteleden en doopleden die op geen enkele wijze meeleven of zelfs maar een financiële bijdrage aan kerkenwerk willen geven. Toch moeten we onze inzet blijven kiezen vanuit het zicht op de ruimte, de lengte en de breedte van Gods werken door de generaties heen en is het niet aan ons de grenzen van het genadeverbond te bepalen.

3. In de derde plaats zal pastoraal werk gericht zijn op persoonlijk geloof. Wanneer dit uit het oog verloren wordt, schiet pastoraat wezenlijk te kort. In hulpverlening, in aandacht voor de mens die op onze weg wordt geplaatst, in meedenken en meehelpen in levensvragen, in oprechte aandacht en solidariteit kan pastoraat niet opgaan, al zijn het even zovele essentiële componenten van het pastorale handelen. Ten diepste gaat het echter om de vertolking van de stem van de goede Herder, ja om de representatie (het vertegenwoordigen en zo tegenwoordig stellen) van Hem, opdat mensen die stem leren herkennen en volgen vanuit een exclusieve en existentiële keuze.

Op weg naar de pastorale gemeente

We hebben nu iets gezegd over het zicht op de Kerk. In de tweede plaats richten we onze aandacht op pastoraat. In mijn boekje Geiiicciitczijii - dat houdt wat in! Ga ik wat dieper in op de pastorale gemeente. Hier beperk ik mij tot enkele opmerkingen.

1. Onder de pastorale gemeente verstaan we een gemeente waarin beseft wordt, dat iedere gelovige als schaap van de goede Herder zelf een kleine herder wordt. Of zoals dr. J.W. van Pelt het aangeeft in de titel van een mooi boek van zijn hand: De pastorale gemeente. Over schapen met het hart van een herder (Zoetermeer 2002). "Een gemeente is nog geen pastorale gemeente omdat de dominee en de ouderlingen pastorale zorg en aandacht geven. Het gaat er juist om dat de hele gemeente oog heeft voor elkaar... alle gemeenteleden hebben immers de opdracht ontvangen elkaar van harte lief te hebben (1 Petr.l:22)."(blz.32)

"Alle gemeenteleden samen hebben de opdracht pastorale gemeente te zijn. Pastoraat is geen 'hobby' van een aantal 'specialisten' die er beter in zijn dan anderen. In liefde omzien naar elkaar hoort bij de kern van het geloof en het gemeentezijn.Van alle gemeenteleden mag een pastorale instelling verwacht worden." (blz.55) De ene broeder of zuster is pastor, herder, voor de andere. Het beeld van de gemeente als een kudde moet niet op zo'n manier worden uitgewerkt dat er enkele menselijke herders zijn, de 'geestelijken', terwijl de meeste gemeenteleden als 'leken' zich als schapen laten leiden, waarheen die herders maar willen. Neen, Jezus is de grote Opperherder van de schapen en heel de gemeente is zijn kudde, maar binnen de kudde zijn alle schapen herders van en voor elkaar. Tenminste, dat is de bedoeling of liever gezegd: de roeping waarmee Christus ons roept.

2. Volharden in de gemeenschap is een onmis- kenbare en onmisbare vrucht van de Geest waardoor de gemeente van Christus gekenmerkt wordt. Dat betekent oog hebben voor elkaar en hart hebben voor elkaar. Ik wijs hier nog eens op een waardevolle publicatie van wijlen prof. dr. J.P. Versteeg: Oog voor elkaar. Het gebruik van het woord 'elkaar' in het Nieuwe Testament met betrekking tot de onderlinge verhoudingen binnen de gemeente (Kampen 1980). Naast het boek van Van Pelt is dit boek van Versteeg een heel goed uitgangspunt voor bezinning in de kerkenraad op het wezen van de gemeente als pastorale gemeenschap. Vanuit het woordje 'elkaar' in het Nieuwe Testament beschrijft Versteeg de structuur van de gemeente en geeft hij ook aan wat het doel is van de ambtelijke praktijk, namelijk datgene wat in het N.T. met 'elkaar' bedoeld wordt, opnieuw te laten functioneren. Vanuit het er-met-elkaar-zijn als de in Christus gegeven eenheid, is er het er-voorelkaar-zijn, de roeping die uit de eenheid voortvloeit. Het centrale gebod is elkaar lief te hebben (1 Joh.3:23; 1 Petrus 4:8), wat vervolgens geconcretiseerd wordt in een veelheid van aanwijzingen en handreikingen. Zo noemt Versteeg vanuit de teksten ondermeer: Vrede houden onder elkaar, eren van elkaar, opbouwen van elkaar, aanvaarden van elkaar, terechtwijzen en vermanen van elkaar, verdragen van elkaar, vriendelijk en barmhartig zijn jegens elkaar, leren van elkaar, najagen van het goede voor elkaar, belijden van zonden aan elkaar, bidden voor elkaar, gastvrij zijn jegens elkaar, gemeenschap hebben met elkaar, enzovoorts. Op deze manier gaat de pastorale ingrediënt het hele leven van de gemeente doortrekken. Pastoraat is ook tij­ dens kringenwerk of catechese of diakonaat of een verenigingsavond aan de orde.

Vanuit deze onderlinge verhoudingen is er een missionaire spits: ''Hieraan zullen zij allen bekennen, dat gij Mijn discipelen zijt, zo gij liefde hebt onder elkaar" (Joh. 13:35).

3. Over de diepste wortel van de eenheid schrijft Paulus in Efeze 4: Eén lichaam is het, en één Geest, gelijkerwijs gij ook geroepen zijt tot één hoop uwer roeping; één Heere, één geloof, één doo één God en Vader van allen, die daar is hoven allen en door allen en in u allen (vs.4-6). Aan de Heere hebben alle gelovigen samen, dus de gemeente als geheel, deel en zo is er de verbondenheid van het lichaam met het Hoofd. Maar ook elke oprechte gelovige kent deze innige band, zoals iedere rank afzonderlijk deel van de wijnstok is. Wie deel heeft aan Christus' persoon, wie Hem liefheeft en niet meer buiten Hem kan, die ontvangt ook zijn goederen, zijn schatten en gaven.We denken daarbij aan vergeving van zonden, dagelijkse vernieuwing van het leven, eeuwige zaligheid. De eenheid van de gemeente ligt dus in Christus zelf. Het is een diepe eenheid die door alle menselijke scheuringen niet kapot kan worden gemaakt. Maar het is anderzijds een eenheid die heel concreet wordt, die tot uiting komt in de omgang met elkaar. Bekend is de uitdrukking dat de indicatief rust op de imperatief, dat wil zeggen: het gebod rust op datgene wat door genade geschonken is. Om pastorale gemeente te kunnen zijn, is het nodig telkens weer bepaald te worden bij onze diepste identiteit als volk van God, lichaam van Christus, tempel van de Heilige Geest. Hoe meer we de rijkdom zien die ons in Christus is geschonken, des te klemmender komt de roeping op ons af om pastorale gemeente te zijn in het oog en hart hebben voor elkaar.

4. Er is een blijvende spanning tussen ideaal en werkelijkheid. In de praktijk worstelen we bijvoorbeeld met een vorm van wereldgelijkvormigheid die 'individualisme' heet. En individualisme is een vorm van egoïsme. We zijn allemaal geweldig druk bezig met onszelf en vervolgens met ons eigen kleine kringetje van gezin en kennissen. De groep van gelijkgezinden trekt ons aan, mensen die wat anders denken schrijven we al gauw af. Wanneer je dan uit het avondmaalsformulier hoort van die vele korrels graan waaruit één brood gebakken wordt en die vele bessen waaruit uit wijn en drank voortkomt wanneer ze samengeperst zijn, dan kun je daarvan schrikken. Mooie beelden, maar waar is de realiteit?

Dat maakt het moeilijk om elkaar naar bijbels gebod te vermanen (parakalein, er - bij - te - roepen, allereerst bij het heil, dan ook bij de heiliging; het Griekse woord paraklèsis betekent vertroosting, aanmoediging, versterking, toerusting, terechtwijzing, correctie, weerlegging, bestraffing, en degelijke meer). Als iemand mij in liefde en genadig de waarheid zegt, als iemand mij liefdevol onder ogen brengt dat ik niet goed bezig ben, heb ik de neiging meteen kwaad te worden en te roepen: 'man, kijk naar jezelf, bemoei je met je eigen zaken!'. Dat is puur werelds! Christelijk is het om dankbaar te zijn voor zo'n vermaning en terechtwijzing, omdat de goe­ de Herder mij aanspreekt via mijn broeder en zuster.

"Er zijn allerlei factoren die belemmerend werken op het functioneren van de pastorale gemeente. Mensen willen allemaal graag aandacht ontvangen, maar de bereidheid om tijd en energie te investeren in de ander is niet bij iedereen even groot. Er wordt veel en hard gewerkt om de spijs die vergaat Qoh.6: 27). Ook in de pastorale gemeente komt dat voor. Economische welvaart oogst waardering, maar werk voor de kerk die in invloed en aantal achteruit gaat, staat bij velen niet in hoog aanzien." (J.W. van Pelt, blz. 105). Is de pastorale gemeente een veel te hoog gegrepen ideaal? Toch mogen we ons niet laten ontmoedigen door die spanning tussen ideaal en werkelijkheid. Het is Gods wijsheid dat Hij met onvolmaakte mensen werkt in een onvolmaakte gemeente. Dat is geen excuus om de zonde en de gebrokenheid in het leven zonder meer te accepteren. Maar het geeft aan dat we mogen leven van genade en zo mogen doen wat onze hand vindt om te doen, zonder gepijnigd te worden door het besef dat we altijd weer tekort schieten.

Pastoraal gemeente-zijn, is dat een lokkend vergezicht dat zo onbereikbaar vér verwijderd lijkt van de bestaande gemeente? Het is het in elk geval van de grootste betekenis om in alle bescheidenheid, maar ook met geduld en doorzettingsvermogen stappen in die richting te doen. We kunnen niet meer doen dan kleine daden in dienst van de grote Koning. Maar de daden aan de minste broeders en zusters worden aangerekend alsof ze aan de Koning zelf zijn gedaan (Matth.25: 40) en Hij zelf maakt het af. Verbeter de gemeente en begin bij jezelf, in afhankelijkheid van de Heilige Geest.We moeten het niet zoeken in grote en opzienbarende zaken. Toegroeien naar een pastorale gemeente is een zaak van ' kleine dingen die het 'm doen'. Laat er warmte zijn in de kerkdiensten, in de wijze waarop we elkaar begroeten en ontmoeten.'s Zondags kun je denken aan preekbespreking of andere mogelijkheden om elkaar na de kerkdienst te ontmoeten. Het is al heel wat waard wanneer er een ontmoetingshal is, waar gemeenteleden voor en na de dienst met elkaar praten. Laten we door de week met elkaar contact hebben op bijbelkrmgen, verenigingen, gebedskringen. Stimuleer de gemeente om nieuw ingekomenen, mensen die nog wat onwennig hun weg zoeken in de gemeente, op te vangen en het gevoel te geven dat ze welkom zijn. Er kan in de gemeenten veel meer gebeuren aan versterking van de onderlinge band. Laat dit op kerkenraadsvergaderingen een terugkerend punt van bezinning zijn "De pastorale gemeente zal moeten worstelen om steeds meer te worden wat ze om Christus' wil is: een veilig huis waarin het licht van het evangelie altijd aan staat.' (J.W. van Pelt, blz.38)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 februari 2004

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

De pastorale gemeente als  gave en roeping (2)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 februari 2004

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's