Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Rondkijk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Rondkijk

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De oorlog heeft niet alleen op stoffelijk gebied, door schrikbarende verwoestingen, verliezen aan mensenlevens e.d. een onzegbare ramp teweeg gebracht, maar heeft ook in moreel opzicht zijn tienduizenden verslagen. Stoffelijke verliezen en verliezen aan mensenlevens zijn ontzettend erg-, maar de geestelijke en morele achteruitgang als gevolg van de oorlog, die allerwege is te bespeuren, valt ook niet licht te achten. Het is of met iedere oorlog het geestelijk en moreel peil van de mensheid steeds dieper daalt, zonder zich weer tot de vorige hoogte te kunnen verheffen.

Om bij ons eigen volk te blijven lag er in de eerste wereld-oorlog van 1914—1918 op ons volk meer beslag. Men leefde toen dichter bij de Waarheid dan thans. Met de tweede wereldoorlog van 1940—'45 is dat anders geworden. De statistieken wijzen uit, dat de criminaliteit (misdadigheid) door en na deze oorlog zeer is toegenomen. Statistieken lijken zo op 't zicht dorre cijfers, maar bij nadere bestudering beginnen die cijfers te leven, en vertellen ons een stuk volksgeschiedenis. Bij het lezen van de krant alleen komt men al tot de overtuiging, dat er na 1945 veel meer misdrijven werden begaan, dan vóór de oorlog.

Dr W. H. Nagel, hoofd van het Studie-en Documentatie-centrum van het gevangeniswezen, heeft in het gebouw van het Departement van Justitie een lezing gehouden voor een aantal gestichtspredikanten. Deze stelde ook vast, dat de criminaliteit na de oorlog veel groter is geworden. In alle landen, die bij de oorlog betrokken waren, valt toename van moord, doodslag en mishandeling te constateren. Vooral de jeugdmisdadigheid is zeer sterk toegenomen. Eerbied en ontzag voor de dragers van het gezag is sterk verminderd, weerspannigheid en verzet tegen ambtenaren en politie komt veelvuldig voor. Verruwing en grofheid treedt in toenemende mate op, vooral in de sport moestten veel gevallen met dodelijke afloop worden opgetekend. Hieruit blijkt, dat het menselijk medegevoel in sterke mate is afgenomen.

In de discussie, die op het referaat van Dr Nagel volgde, werd er door enige predikanten op gewezen, dat alleen „verlevendiging van het Godsbesef" de maatschappij naar orde en rust zou kunnen terugvoeren. Dit werd door velen beschouwd als een taak van de kerk, maar sommige meenden, dat door de gedeeldheid der kerken en ook dat een brede massa niet meer door de kerk werd bereikt, de kerk hierin niet zal slagen. Van het humanistische standpunt, dat de mens in wezen goed is, bleek het merendeel geen aanhanger te zijn. De referent veinsde niet te zeggen, dat de mens in wezen verdorven is.

Het humanisme, dat er van uitgaat, dat de mens in wezen goed is, is bankroet geslagen op zijn eigen puinhopen. De toenemende criminaliteit is er het bewijs van.

De Catechismus leert het ons, op grond van Gods Woord, dat onze verdorven aard voortkomt uit onze val in het Paradijs, waardoor wij alzo verdorven zijn dat wij ganselijk onbekwaam zijn tot enig goed en geneigd tot alle kwaad, tenzij dan, dat wij door de Geest Gods wederom geboren worden. Alleen door een terugkeren tot Gods Woord en Zijn dierbare inzettingen, zal de schrikbarende toename der misdadigheid worden teruggedrongen.

Het kwaad wortelt diep en zit er al vroeg in. Van een christelijk Hoofdonderwijzer hoorde ik laatst, dat vier van zijn jongens wegens herhaaldelijke diefstallen, in een verbeterings-gesticht moesten worden gebracht. De ouders moesten het hoofd meedelen, dat ze met de jongens geen raad wisten! En een plattelands-burgemeester vertelde mij, dat bij een gehouden enquête op 'n school, meerdere jongens geldelijke schuld hadden in zgn. snoep-kitten, één zelfs veertig gulden! Snoepen van chocola, ijs of patat, het roken van sigaretten, tegenwoordig door de jeugd veel gedaan, vraagt veel geld. Hebben ze het niet, komen ze tot stelen. Het leidt tot de misdaad in het kwadraat.

De oorzaak hiervan moet allereerst in de gezinnen worden gezocht. Waar zulke gevallen zich voordoen, vragen wij ons af: gaan de ouders de kinderen wel voldoende na ? Welke vrienden hebben ze, welke lectuur wordt gelezen, waar verblijven ze als ze van huis zijn? Is er niet vaak een al te grote toegevendheid, waardoor de kinderen op de duur doen wat ze willen? Het kan niet anders, of bij het opgroeien moet dit tot losbandigheid leiden.

Vroege tucht is noodzakelijk en een wijs zoon zal naar de tucht zijns vaders horen. Vertedert hij er niet onder dan is er gevaar dat hij er in verhardt. In onze jeugd kan het wel eens lijken, dat we straffe vaders en straffe moeders hebben, omdat dit niet mag en men daarvan wordt teruggehouden, maar het is om ons bestwil. Bij het opgroeien zullen we er echter geen spijt van hebben en leren inzien dat het ons bewaard heeft voor veel kwaad en ook, dat er zegen op rust. In het houden van Gods geboden, ook in de uitwendige weg, is grote loon.

Tot slot laat ik uit onze Geref. Gemeenten nog enkele berichten volgen. De vorige week kwam het Curatorium bijeen, tot onderzoek van hen, die zich hadden opgegeven tot toelating voor de studie aan de Theologische School. De candidaten moesten alle worden afgewezen; niet een kon er worden toegelaten.

Op 140 gemeenten hebben wij 25 predikanten, dus niet minder dan 115 vacatures. De nood in onze gemeenten is dus heel groot, waarom er wel een gedurig gebed mocht zijn dat de Heere dienaars in Zijn wijngaard mocht uitstoten om in de grote behoefte te voorzien.

Van de studenten mogen er thans weer drie proponeren, nl. de heren Cabaret, Hage en Vogelaar.

In de afgelopen week nam .Ds M. van de Ketterije het op hem uitgebrachte beroep naar Alblasserdam aan. Deze gemeente heeft nimmer een eigen predikant gehad. In 1928 werd deze gemeente geïnstitueerd, ze telt volgens het Jaarboekje 173 leden en 274 doopleden. Zo wisselen zich de dingen af, voor de ene gemeente droefenis en voor de andere blijdschap.

RONDKIJKER.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 juni 1950

Daniel | 10 Pagina's

Rondkijk

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 juni 1950

Daniel | 10 Pagina's