Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Hersteld terug met nieuwe plannen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Hersteld terug met nieuwe plannen

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De slavenhandelaar Bragg met zijn handlanger Jean René hadden de zendeling in erge toestand achter gelaten. Bij koning Radama zou David Jones nooit komen, hadden ze gezegd en de bruine verrader had gespot met de school, die door Jones was opgericht.

Maar nu kreeg de zieke zendeling ander bezoek. Het was de broer van Jean René, Fiastra, die nu bij het ziekbed neerboog. „Hoe gaat het, vriend? " was de vriendelijke vraag. „O, beste vriend, ben jij het? " was de wedervraag van Jones. En zacht ging de vermoeide man verder: „Het is heerlijk dat je gekomen bent. Ik heb liggen denken. En ik dacht: als ik hier blijf, dan zal ik sterven. Ik zal hier weg moeten, Fiastra."

„Dat meent u niet, meester. Wat moet er dan van de school komen? Weet u nog wel, toen u laatst ook weg ging, dat Bragg de school op slot heeft gedaan? Laat ons toch niet in de steek. Wij kunnen u niet missen."

Met de school, waarover Fiastra sprak, ging het goed. De kinderen waren leergierig en vlug van verstand. Toen Jones voor een tijd was weg geweest en toen hij weer terug kwam, hadden de kinderen hem met gejuich begroet. Fiastra, de kleine hoofdman, had zijn kinderen er ook heen gestuurd, en het was best bevallen.

Jones ging verder: „Wat schiet jullie er mee op, als ik ga sterven? Dan komt er van de school zeker niets terecht. Maar ik ga slechts voor een poosje. Ik wil naar Mauritius om de gouverneur te spreken. Die zal nu wel terug zijn uit Engeland en dan zal het verdrag met koning Dadama wel van kracht worden. Die kwestie moet recht gezet worden. Wanneer denk je dat er een schip naar Mauritius gaat, Fiastra? "

„Er ligt een schip in de haven, meester, maar het is een veeboot."

„Dat hindert niets. Ik heb besloten om te gaan en dan zal ik gaan ook. Zou je me willen helpen om aan boord te komen? "

„Meester, hoe zullen we het kunnen uithouden zonder u? Maar ja, het is zo beter dan dat u zoudt sterven. Ik zal het zó regelen, dat u morgen op het schip komt."

De volgende dag werd de overgebleven zendeling ziek naaide veeboot gebracht. Fiastra was een man van zijn woord en zonder mankeren was Jones aan boord, toen de reis naar Mauritius werd aangevangen.

Bragg had wel gezegd, dat hij er nooit zou kunnen komen, maar het lukte toch. De zendeling, die te zwak was om te lopen, ging in een hoop hooi liggen en was spoedig in diepe slaap gezonken. Die slaap zou hem goed doen.

Mauritius is het voornaamste eiland van de groep Maskarenen, die in de Indische Osceaan, ten Oosten van Madagaskar liggen. De hoofdstad van Mauritius is Port Louis en het is engels bezit.

Op dit eiland knapte David Jones zienderogen op. De koortsen weken en langzamerhand werd de zendeling de oude weer. Ook de gouverneur sprak hij over de toestand op Madagaskar. Wanneer Jones terug zou keren, kon hij erop rekenen, dat er een engelse vertegenwoordiger mee zou gaan. Dit gebeurde ruim een jaar nadat Jones zo erg ziek naar het eiland was gekomen om op te sterken. Laten we de zendeling met de vertegenwoordiger eens afluisteren op het schip, dat ze van Port Louis naar Madagaskar voert. De kust van het grote eiland wordt al zichtbaar.

„Wat is er veel veranderd, meneer Hastie. Over ruim een jaar stonden er slechts hutten en nu is het een aardig stadje geworden. Ik zou Tainatave niet meer kennen. Maar ik vrees, dat die welvaart van een slechte kant komt."

Hastie zuchtte en zei: „De slavenhandel! Die zal ons werk erg moeilijk maken. Als we koning Radama aan onze zijde krijgen, dan zullen de stamhoofden zo lang mogelijk proberen vol te houden.'

„De gouverneur heeft wel geweten wie hij zou moeten sturen, toen hij u als vertegenwoordiger aanstelde. U bent moedig en voorzichtig en de toestand van het arme volk gaat u aan het hart."

„U weet, dat ik uit een Quakergeslacht kom en Quakers zijn grote vijanden van verdrukking. En ik ken koning Radama goed en zijn volk ook."

„Wat is Radama voor een man? "

„Hij is half de dertig en het is een knappe verschijning. Hij is zeer vooruitstrevend en eerzuchtig. Hij voelt zich erg aangetrokken tot de westerse beschaving en laatst heeft hij een aantal engelse goederen en gewoonten ingevoerd. Als ik hem zo ver kan brengen, dat hij de slavenhandel afschaft, dan doet hij dat alleen om met Engeland bevriend te worden."

„Hij is de zendelingen toch goed gezind? "

„Ja, maar ik vrees, dat dit alleen is om zijn volk onderwezen te krijgen. Het gaat bij hem niet om de godsdienst. Dat moet je maar niet geloven."

„Dat doet er niet toe, uit welk oogpunt hij voor ons is. Elk middel, dat God ons geeft, moeten we gebruiken. Als ik de • jeugd vast heb, dan komt het andere vanzelf wel."

Buiten de haven van Tamatave liet het schip de ankers vallen. In sloepen werden de zendeling en Hastie aan land gebracht. En wie stonden op de kade? De slavenhandelaar Bragg met zijn vrienden. Wat keek Bragg verwonderd op, toen hij David Jones zag Was dat diezelfde stumper van ruim een jaar geleden?

„Radama zal geen van beiden ontvangen, " riep Bragg spottend uit. „Ge zult spoedig het land uit zijn."

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 juli 1956

Daniel | 8 Pagina's

Hersteld terug met nieuwe plannen

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 juli 1956

Daniel | 8 Pagina's