Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Genesis 2 en 3

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Genesis 2 en 3

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

20.

Prof. Oosterhoff schrijft zelf: "Natuurlijk is het op zichzelf juist dat een mensvormige wijze van spreken het nog niet noodzakelijk maakt een verhaal waarin zulks voorkomt symbolisch en niet letterlijk op te vatten. Maar er is geen gedeelte in de bijbel waarin zoveel anthropomorfismen voorkomen als in Gen. 2 en 3 en men kan de vraag stellen of dit feit reeds niet aan deze hoofdstukken een geheel eigen karakter verleent. Kunnen de anthropomorfismen met recht worden geïsoleerd van de gehele beschrijving, die ons in Gen. 2 en 3 gegeven wordt?”

Even later zegt de schrijver: „Maar uiteindelijk moet uit de hoofdstukken zelf worden opgemaakt hoe zij buiten de anthropomorfismen om willen worden verstaan.„

We moeten nog meer citeren, maar doen dat zo beperkt mogelijk.

„De wijze waarop over de paradijsrivieren wordt gesproken sluit een letterlijke opvatting beslist uit.”

„Door de grote wereldrivieren in zijn tijd te tekenen als alle hun oorsprong in het paradijs te hebben beeldt de bijbelschrijver op symbolische wijze uit, dat alle leven en vruchtbaarheid, die rivieren met zich meebrengen — wat men in het betrekkelijk waterarme oosten steeds als een bijzondere weldaad ervoer — uiteindelijk teruggaan op het paradijs. Rivieren zijn nog een stukje paradijs op aarde.”

„En wanneer men alle gegevens aangaande de boom des levens in Gen. 2 en 3 tot hun recht wil laten komen is er moeilijk een andere oplossing dan heel de wijze waarop over de levensboom gesproken wordt symbolisch te verstaan. Op symbolische wijze wordt in de levensboom tot uitdrukking gebracht, dat er voor de mens eeuwig leven is.”

„Met de boom der kennis des goeds en des kwaads heeft men vreselijk zitten tobben. Er zijn zo voor en na heel wat verklaringen van gegeven. Ik heb de voornaamste in het vorige hoofdstuk genoemd. Noch de ene noch de andere doet echter volledig recht aan wat in Gen. 2 en 3 van deze boom gezegd wordt. Men heeft gesproken van een proefondervindelijk kennen van het goede en het kwade dat de mens door het eten van deze boom ontvangen zou. Anderen hebben gesproken van een keuze tussen goed en kwaad waarvoor de mens bij deze boom gesteld werd. Maar noch het een noch het ander wordt door de Schrift gerechtvaardigd. De boom der kennis des goeds en des kwaads is de boom waarbij de mens zelf gaat uitmaken wat goed is en wat kwaad. Die boom is hem verboden.” „Het zelf uitmaken wat goed is en wat kwaad is God naar de kroon steken, doen wat alleen Hem toekomt, zich aan Gods gezag onttrekken en dat is voor de mens de verboden boom.”

“Voor het verbod zelf uit te maken wat goed is en wat kwaad wordt de mens absoluut geplaatst. Dat gebod blijft eeuwig bestaan en wordt nooit vrijgegeven. Van een proefgebod wordt met geen letter gesproken.”

„De schepping van de vrouw uit de rib van Adam is ook niet slechts een anthropomorfe wijze van spreken, maar symboliseert het huwelijk als een gave van God, waarin man en vrouw een eenheid vormen en elkaar tot een aanvulling mogen zijn.”

„Er zijn in Gen. 2 en 3 allerlei symbolische trekken. De slang symboliseert de duivelse en verleidende machten (Joh. 8 : 44; Openb. 12 : 9; 20 : 2).”

„Wanneer gezegd wordt dat God voor de mens van dierenvellen kleren maakte (Gen. 3 : 21), komt daarin de zorgende liefde van God voor de gevallen mens tot uiting. Op symbolisch wijze worden geweldige werkelijkheden in Gen. 2 en 3 geopenbaard.”

Vervolgens bestrijdt prof. Oosterhoff, dat Gen. 2 en 3 een gelijkenis of allegorie zijn. Ook acht hij het onjuist om van mythe te spreken, eveneens om deze hoofdstukken een sage te noemen. Hij bestrijdt ook de opvatting, dat de schrijver van Gen. 2 en 3 gebruik heeft gemaakt van oudoosters materiaal en dat op eigen wijze heeft verwerkt en pasklaar gemaakt voor Israels Godsgeloof. Hij schrijft:

„In hoofdstuk II heb ik er op gewezen, dat dat oude materiaal nog nooit gevonden is. En daarover zijn vandaag de meeste exegeten het wel eens. Bovendien komt op deze wijze het openbaringskarakter van deze hoofdstukken te weinig of geheel niet tot haar recht.

Maar wanneer we zeggen, dat we in Gen. 2 en 3 te doen hebben met openbaring van God, sluit dat niet uit, dat die openbaring gegeven is in de taal en met het materiaal, dat de oud-oosterse wereld eigen was.”

Prof. Oosterhoff wijst op Kuyper, die voor de taal, waarin God zijn openbaring gegeven heeft, het woord „symbolisch” gebruikt. Hij schrijft ook, dat in het verleden het woord “symbolisch” meer dan eens gehanteerd is in tegenstelling tot wat historisch werkelijk is.

„Maar” - aldus prof. Oosterhoff - „warmeer we spreken van de symbolische taal van de Schrift bedoelen we daarmee niet een symbolische uitleg van de Schrift, waardoor aan de werkelijke boodschap wordt tekort gedaan, maar het feit, dat de bijbel zelf haar boodschap in symbolische taal vervat. En die symbolische taal beschrijft de werkelijkheid niet minder reëel dan de exakthistorische, maar op een andere wijze.” “Door zulk een symbolische taal wordt de werkelijkheid niet vervluchtigd, maar op een bepaalde wijze voorgesteld. We moeten af van de gedachte als zouden symbool en werkelijkheid tegenstellingen zijn of als zou het een het ander uitsluiten. Ook de symbolische taal is uitdrukking van de werkelijkheid.” „Wanneer we spreken van symbolische taal in Gen. 2 en 3 betekent dit geen tegenstelling met historische realiteit.” „De symbolische taal onthistoriseert de geschiedenis niet, maar geeft daar juist uitdrukking aan.”

„Dat de bijbel” - zo vervolgt de schrijver - „Gen. 2 en 3 aandient als geschiedenis blijkt uit de plaats waar de hoofdstukken staan: na de schepping en aan het begin van de mensheidsgeschiedenis met Israël houden gaat. Zij is unieke geschiedenis omdat zij als geen andere geschiedenis is bepalend geweest voor de gehele geschiedenis, die volgt, zowel de wereld- als de heilsgeschiedenis.”

Nog enkele aanhalingen: „Het uniek gebeuren wordt ons in Gen. 2 en 3 verhaald in een taal, die een andere is dan de exakt-beschrijvende. Uit de oud-oosterse wereld worden allerlei beelden genomen om aan de werkelijkheid, die Gen. 2 en 3 ons meedelen, gestalte, te geven.” „God heeft zich in zijn openbaring bediend van taal en beelden, die het bezit waren van de mens, die deel uitmaakte van de oud-oosterse cultuur-wereld. Maar dat is niet vreemd. In veel opzichten doen de hoofdstukken Gen. 2 en 3 denken aan de taal der profeten.”

We hebben prof. Oosterhoff laten uitspreken. Hij overtuigt ons niet. Integendeel. De openbaring Gods omtrent het begin, zoals de Heere dat door de mens, geïnspireerd door Gods Geest heeft laten optekenen, wordt een boodschap van bijbelschrijvers, aangepast aan de oud-oosterse wereld en daarmee afhankelijk van die wereld. De feiten gaan schuil achter de symbolische weergave van de werkelijkheid. Van die werkelijkheid houden we niets concreets over, zó dat we ons daar enigszins een voorstelling van kunnen maken.

Het is te verwachten, dat straks andere geleerden de opvatting van prof. Oosterhoff zullen bestrijden, zoals deze de opvattingen van anderen bestrijdt, die denken aan een mythe of sage of wat ook.

We blijven bij de letterlijke opvatting van de Openbaring Gods, ook in Gen. 2 en 3.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 december 1973

Bewaar het pand | 4 Pagina's

Genesis 2 en 3

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 december 1973

Bewaar het pand | 4 Pagina's