Lentedatum en volle maan bepalen datum van Pasen

Met uitzondering van de Kerstdagen, die elk jaar op een vaste datum vallen (25 en 26 december) worden de christelijke feestdagen bepaald door de volle lentemaan. Men neme 21 maart, het begin van de kalenderlente, dan de datum van de daarop volgende volle maan; de zondag die daarna volgt is Paaszondag. Zaterdag 2 april is het (na 21 maart) voor het eerst weer volle maan, zodat op 3 en 4 april dit jaar de Paasdagen vallen. De allervroegste Pasen in deze eeuw was 24 maart 1940, de laatste Pasen 22 april 1984. In het jaar 2000 zal het bij leven en welzijn op 23 april Pasen zijn. De theoretisch laatste datum kan 25 april zijn. Tussen de vroegste en de laatste Pasen zit ruim een maand verschil. Vóór het jaar 2000 hebben wij nog één keer een zeer vroege Pasen, namelijk volgend jaar, op 26 maart. Steeds zeven weken na Pasen hebben wij Pinksteren. Dit jaar dus op 22 en 23 mei; steeds 10 dagen vóór Pinksteren is het Hemelvaartsdag. Zo, u bent weer helemaal op de hoogte van onze feestdagen.

Groen en wit
Uitdrukkingen als groene Kerst en witte Pasen slaan nergens op. Natuurlijk gebeurt het soms dat het weer rond Kerst zacht is en de natuur er nog groen uitziet en dat er met de Paasdagen, vooral wanneer ze erg vroeg vallen, nog sneeuw te zien is. April geeft gemiddeld twee dagen met wat sneeuw, waar het bekende rijmpje op stoelt: ,,Aprilletje zoet geeft nog wel eens een witte hoed". Voorbeelden: erg laat nog sneeuw was er op 23 april 1981 en 25 april 1950, toen een groot deel van ons land overdag onder een sneeuwlaag kwam te liggen.

Barometer
De heer Y. Amels te Epe vraagt over de barometer. Vroeger rekende men in millimeters, zoals 750 mm kwikdruk, nu spreekt men van millibaren. Dat klopt. Internationaal wordt de eenheid millibar gebruikt. Ook determ hectopascal wel wordt gebruikt. De heer Amels vroeg ook wat het verschil is tussen ijsdagen en vorstdagen. Usdagen zijn dagen waarop het ook overdag blijft vriezen. In april komen deze niet meer voor. In maart noteerden wij verleden jaar twee en in 1971 nog vijf ijsdagen in De Bilt. Wanneer het 's nachts even vriest is het een vorstdag. Daarvan krijgt De Bilt er normaal vier in april. In 1986 nog acht en als record elf vorstdagen in april in 1906 en 1917 in De Bilt.

April
Het is onmogelijk om ver van te voren, al vragen mij sommigen daar wel naar, te zeggen hoe het weer met Pasen zal zijn. Pas vijf a zes dagen voordien is heel voorzichtig een trend aan te geven, of het hogedrukgebieden of depressies zijn die in de buurt liggen. Meer ook niet. April hinkt als het ware vaak op twee gedachten wat het voorjaarsweer betreft. Zo heb ik, om een voorbeeld te noemen, genoteerd staan: 6 april de hele dag, althans vijftien uur achtereen, sneeuw bij een maximum van twee graden. Maar in 1946 werd in een deel van ons land op 4 april al een zomerse dag waargenomen, met temperaturen boven 25 graden. Verleden jaar was april met een temperatuur boven normaal een van de beste maanden van het jaar. Dat kan allemaal in april. Ik denk dat dit onze voorouders al tot de conslusie heeft gebracht:,,April doet wat hij wil."

Winter
De winter die achter ons ligt was geen winter. In Vlissingen kwam na 15 december geen vorst meer voor. Januari en februari samen gaven in De Bilt een record in "weinigvorstdagen" (zeven), terwijl over het hele land januari en februari op 17 dagen onweer lieten horen tegen normaal op acht dagen. Ook dat was een record.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen