Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Buitenland

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Italië. Een tweede eeuwfeest.

De Waldenzer gemeenten van Piemont, die de dalen Perouse, St. Martin en Lucern bewonen en tezamen 25, 000 zielen tellen, maken zich op om in Augustus en September ta herdenken, dat zij vóór 200 jaren in hunne dalen mochten wederkeeren. Eeuwenlang hadden de kleine Waldenzer gemeenten de vreeselijkste vervolgehngen te verduren gehad. In het jaar 1686 zocht de hertog van Savoy e, door Lodewijk XIV daartoe aangezet, deze martelaarskerk voorgoed te vernietigen. Wat al jammeren waren er tevoren al over die gemeenten gegaan! Of de kerken der Waldenzen hun oorsprong in Petrus Waldus hebben, die omstreeks 1170 leefde, wordt betwist, maar zeker is, dat sedert de Roomsche geestelijkheid kennis droeg van de leer der Waldenzische gemeenten, zij met alle macht tegen haar is gaan strijden. Paus Alexander III en Lucius III ijverden tegen haar en te Toulouse werd eene inquisitie tegen de Waldenzen ingesteld; ook werd in het jaar 1208 een formeele kruisvaart tegen hen gepredikt, terwijl de belofte van vergeving van zonden aan het verdelgen van de ketters was verbonden. Door die vervolging kwamen zeventig duizend Waldenzen om het leven; maar toch breidden zij zich in Frankrijk sterk uit. Doch daar de inquisitie voortging met tegen hen te woeden, begaven zij zich naar Engeland, Duitschland, Zwitserland, Bohemen, en in de valleien van Savoye en Piemont. In deze dalen hebben zij zich staande gehouden tot op dezen dag, blijvend bij hunne belijdenis, al is de grond daar doorweekt met hun bloed en hunne tranen. Toen koning Frans I van Frankrijk een tijdlang over het grootste deel van Savoye den schepter zwaaide, moesten de Waldenzen weder een zware vervolging lijden, en toen Emanuel Philibert in 1560 in zijn koninkrijk hersteld was, viel de graaf van Trinita op zijn bevel in de valleien en hield daar op onzettende wijze huis. In het volgende jaar werd door voorspraak aan de overgeblevenen vrijheid gegeven om aldaar te blijven wonen. In het jaar 1655 zond hertog Karel Emanuel den markies van Pianezza in de valleien, die alle Waldenzen, die bij het geloof der vaderen wilden bUjven, te lijf ging. De Waldenzen verdedigden zich moedig en deden het op hen afgezonden leger veel afbreuk; maar zij zouden het onderspit hebben moeten delven, indien er geen stemmen uit Engeland, Nederland en Zwitserland voor hen opgegaan waren. Het kwam er zelfs toe, dat hun vrijheid van godsdienst gegeven werd. Toen koning Lodewijk XIV van Frankrijk de Hugenoten of Gereformeerden in zijn land ging vervolgen, liet de hertog van Savoye zich door hem verleiden, om ook de kettersche Waldenzen te gaan verdrijven. Op bevel van den hertog werd hun het houden van godsdienstoefeningen op doodstraf verboden; hunne kerken moesten omvergehaald; alle predikanten en onderwijzers het land uit, en de kinderen behoorden in de Roomsche kerk te worden opgevoed. De Waldenzen meenden, dat nu het oogenblik gekomen was, waarop zij met het zwaard hunne vrijheid van conscientie moesten verdedigen. Na in onderscheidene gevechten de overwinning te hebben behaald, legden zij de wapens neder, toen hun opnieuw beloofd werd, dat men hen dulden zou. Maar de weerloozen werden toen verraderlijk aangevallen; meer dan 1000 Waldenzen vonden den dood, meer dan 10, 000 stierven in de gevangenissen; 2000 kinderen werden geroofd, om ze een Roomsche opvoeding te geven; ettelijken duizenden, die in het leven bleven, werd door den hertog vergund om naar den vreemde te trekken. Deze vonden in Geneve en in andere plaatsen een gastvrije ontvangst; doch zij kwijnden aan heimwee naar hun schoone dalen. Aan den predikant en krijgsoverste Henri Arnaud gelukte het, 900 mannen uit de verstrooiing bijeen te vergaderen en met dit hoopje volks de dalen in 1689 weder te veroveren. Heldendaden werden volbracht, gelijk die in de geschiedenis van niet éen volk vermeld zijn. Toen zij maandenlang geworsteld hadden, dwongen zij hertog Victor Amadeus II de woorden af: »Weest even getrouw aan mij, als gij het jegens uw God geweest zijt, en zoolang ik een stuk brood heb, wil ik het met u deelen." Zij hebben den hertog nooit aan zijn woord gehouden, doch in het zweet huns aanschijns voor hun brood gearbeid; maar hun vorst zijn zij getrouw gebleven. Wel werden zij in 1698 weder uit hunne valleien verdreven; doch in het begin der achttiende eeuw kregen zij weder vrijheid om terug te keeren, vooral door voorspraak van Engeland en Nederland.

Dat men het in Nederland niet alleen gelaten heeft bij woorden ten gunste der verdrukte broeders in Piemont, heeft Ds. De Gaay Fortman in dit blad aangetoond; aanzienlijke geldelijke steun is door de Gereformeerde kerken van deze landen hun verleend.

We zouden nog vele bladzijden kunnen volschrijven over de kwellingen en vervolgingen, die de Waldenzen ook nog in de achttiende eeuw hebben te verduren gehad. Doch tegenwoordig genieten zij als vrije burgers volle vrijheid in het uitoefenen van hun godsdienst; ja, zij hebben ook vrijheid, om den kinderen der vervolgers het lijden der vaderen te vergelden, door. hun het Evangelie te prediken. Zij genieten ook in zekere mate inplaats van de verachting en vervolging van vroeger, de achting hunner landgenooten. Onlangs geschiedde het dat bij de begrafenis van den prins van Carignano, eene deputatie der Waldenzer kerk naar Turijn gegaan was. Evenwel werd door den ceremoniemeester verzuimd, haar eene plaats bij de lijkstaatsie aan te wijzen. De koning vernam dit en zond toen tot den predikant Prochet zijn secretaris, om zijn leedwezen over dit verzuim te kennen te geven, hem voorts dank betuigende voor dit nieuwe bewijs van aanhankelijkheid aan het koninklijk huis, terwijl nog uit naam des konings de wensch werd uitgesproken, dat aan Z. M. spoedig de gelegenheid zou geboden worden om te toonen, hoe groot zijne welwillendheid en toegenegenheid voor de Waldenzen is.

De Waldenzen zijn voornemens om, ter gedachtenis van den terugkeer in de valleien vóór twee eeuwen, drie gedenkteekenen te plaatsen.

Er zal eene pyramide van ongehouwen steen op den Sibaud worden opgericht, waar de tot het uiterste gedreven Waldenzen zwoeren te overwinnen of te sterven.

Men wil daarbg eene school aan den voet van den Balzigliarots stichten, een plekje, waaraan de herinnering verbonden is, dat aldaar de laatste 400 Waldenzische krijgslieden zich zegevierend tegen den aanval van 25, 000 man geregelde troepen hebben staande gehouden.

In Torre Pellice, de voornaamste plaats der Waldenzen, zal een Waldenzer huis verrijzen, waarin de »Table" (synode) der kerken vergaderen moet, en waarin tevens ruimte zal zijn, om de bibliotheek, het archief en het museum der gemeenten te bewaren Men stelt zich voor, de uitgaven door vrijwillige bijdragen te dekken.

Den 29sten Augustus hoopt men bij den Balziglia en den isten September op den Sibaud een groote vergadering te houden. Terwijl de Synode vergadert, die ouder gewoonte den Isten Maandag van de maand September samenkomt, zullen nog godsdienstoefeningen gehouden worden, om de groote daden Gods te gedenken, die zijne Kerk voor vernietiging bewaard heeft.

WiNCKEL.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 5 mei 1889

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland

Bekijk de hele uitgave van zondag 5 mei 1889

De Heraut | 4 Pagina's