Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Gedachten uit het verleden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Gedachten uit het verleden

Willem Teellinck

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Dit zal dan het laatste artikel zijn, hetwelk ik over Willem Teelinck schrijf, hetgeen natuurlijk allerminst wil zeggen dat er niet meer over deze godzalige man te schrijven zou zijn. Integendeel, hoe meer ik de geschriften van Teelinck naspeur, hoe meer stof doet zich op om er meer en verder over te schrijven. Het lijkt mij evenwel gewenst de aandacht op meer dan één van de oudvaders te vestigen, waarvan ik Teelinck een zeer voornaam vertegenwoordiger acht. In 'n 80-tal artikelen hebben we wat van Teelinck geschreven. Niet zonder vrucht, naar ik bemerkt uit de talloze bewijzen, welke mij deswege geworden, zowel schriftelijke als mondelinge. Het doet mij genoegen deze getuigenissen te vernemen. Eén van de laatste dagen ontving ik nog een schrijven, waarin vermeld wordt de kostelijkheid van 's mans geschriften en waardering wordt uitgesproken dat deze onder de aandacht van de lezers gebracht worden. Talloos vele zijn de bewijzen van waardering niet alleen, maar van het nut dat hier en daar gesmaakt is uit het lezen van de geschriften van Teelinck. Het blijkt namelijk dat sommige mensen op zoek zijn gegaan naar de werken van deze schrijver en aan het lezen ervan getrokken zijn, met veel stichting, onderwijs en nut. Zie, daar moet het heen. Dat we onbevangen niet alleen de oude schrijvers lezen en dicteren, maar er de nuttigheid van mogen wegdragen. Er bestaat een boekje van Prof. Dr H. Bouvraian, uitgegeven in 1928 bij Kok te Kampen. Deze godgeleerde is ingegaan op de verdachtmaking, welke aan Teelinck gericht werd van piëtist te zijn en heeft een onderzoek ingesteld bij veel schrijvers, die Teelinck ook in die geest citeren, maar is tot een geheel andere conclusie gekomen. Prachtig materiaal wordt ten bewijze bijgebracht om aan te tonen dat Teelincks standpunt geen piëtisme was, maar schriftuurlijke godzaligheid. Dit oordeel van die zijde zegt nog al wat. Genoeg hierover. Ik mag het genoegen smaken dat deze artikelen niet geheel vruchteloos zijn geweest; Indien ze mede mochten dienstbaar gemaakt worden onder de zegen des Heeren om meerder onderzoek te bevorderen, zal dat mij grootste loon zijn, tot de heerlijkheid van Hem, die Zijn volk verkoor, opdat ze zouden zijn heilig en onberispelijk voor Hem in de liefde, en dat Christus niet alleen van de Vader is gegeven tot rechtvaardigmaking, maar ook tot heiligmaking. Alle menselijk werk worde voor ons ongenoegzaam ter zaligheid, niet alleen met woorden, doch metterdaad in de praktijk des levens. Prof. Bouwman heeft zijn boekje de titel gegeven: Willem Teelinck en de praktijk der godzaligheid. Ik acht dat zeer juist te

zijn, wijl Gods volk niet alleen rechtvaardig is in Christus, maar ook volmaakt heilig is in Christus, opdat ze door de nauwe geloofsvereniging met Hem zullen ontvangen genade voor genade. Wil iemand deugdelijk onderwijs in de praktijk der godzaligheid, hij kan bij Teelinck terecht. Steeds zal bij geheiligde vrucht de armoede meer en meer blijken, hetwelk vooral in de verhandeling over Romeinen 7 zo kostelijk uitkomt. De Heere verwaardige ons met-dat leven, hetwelk door Teelinck beschreven wordt en vooral moge ik deze werken aanbevelen aan onze jongere predikanten. Daar zit voedsel in zowel voor het persoonlijk leven, alsook "oor de ambtelijke bediening, opdat we een deugdelijke grondslag zouden leggen voor het ganse leven van Gods kinderen, n.l. het dierbaar welbehagen des Heeren, hetwelk door de hand van de Middelaar gelukkiglijk voortgaat. Dit zal de roem van al Gods gunstgenoten zijn. We hopen nu aan één van onze ouden te beginnen, welke ook niet al te zeer bekend is, doch daarom niet minder voornaam in Gods wijngaard genoemd moet worden. Veel geschriften bestaan er niet van hem, maar wat hij naliet is waardig overdacht te worden. Hij was een, strijder van de eerste orde in de dagen der Remonstrantse twisten en daarom lijkt het me zo wenselijk er de aandacht eens op te vestigen. Het moge de Heere behagen er lust en kracht toe te geven en stelle het mede dienstbaar tot de verheerlijking van Zijn doorluchte naam en deugden en kon het zijn tot de uitbreiding van Zijn koninkrijk en opbouwing van Zijn volk in het allerheiligst geloof en we door de heerschappij des Geestes gefundeerd mochten worden in de waarheid, die naar de godzaligheid is. Ik laat dus het verdere onderzoek van Teelincks werken geheel aan de lezer over. Mij aangaande ik sluit me aan bij het woord van de Psalmist: Uit al de schat van het grote wereldrond. Is nooit die vreugd in mijn gemoed gerezen, die ik steeds in Uw getuigenissen vond. Door mij betracht en anderen aangeprezen.

Utrecht

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 augustus 1952

De Saambinder | 4 Pagina's

Gedachten uit het verleden

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 augustus 1952

De Saambinder | 4 Pagina's