Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

TER OVERWEGING

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

TER OVERWEGING

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ds. CG. Bos, Geloven en belijden. Tweede druk. Uitg. De Vuurbaak b.v., Groningen, 1982. Deel 1. 139 blz., f. 17,50;deel 2, 146 blz., f. 18,-.

De toelichting op de Nederlandse Geloofsbelijdenis die ds. Bos, een predikant die tot de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt) behoort, heeft geschreven, is voor de tweede maal versehenen. Het is te begrijpen, dat er vraag naar is, want deze verklaring heeft het voordeel, dat ze helder, beknopt en actueel is.

Bij artikel 11 vinden we iets over de Pinksterbeweging en bij artikel 21 over de opvat-ting van dr. H. Wiersinga ten aanzien van de verzoening, terwijl bij artikel 27 de ware oecumeniciteit van de kerk ter sprake komt. Bovendien volgt op de eigenlijke toelichting een handreiking voor de bespreking, waarin belangrijke onderwerpen of vraagstuk-ken aan de orde gesteld worden. Bij artikel 3 zijn dat o.a.: valse profetie in deze tijd; de aantasting van de Bijbel als Gods openbaring van de waarheid in het rapport „God met ons” (1980); de werkelijkheid van de menselijke factor in de Bijbel; beoordeling van populaire Bijbelvertalingen als „Groot Nieuws voor U”.

Soms komt de schrijver niet ronduit voor zijn mening uit. Als hij bij artikel 31 over het deelnemen van de zusters van de gemeente aan de verkiezing van de ambtsdragers spreekt, eindigt hij met het oordeel van een synode uit het jaar 1978. Alsof het laatste woord daarmee gezegd is! De uitspraken van ds. Bos zijn ook wel eens te ongenuan-ceerd, b.v. als het heet, dat Karl Barth in feite ook antinomiaan was. Wat te denken van deze typering van de RPF: dat vogels van diverse ongereformeerde pluimage elkaar vinden „op grond van Gods Woord”?

Er zijn diverse verklaringen van de Nederlandse Geloofsbelijdenis. Daaronder is die van ds. Bos niet de minste.

Vrouw en man - een plaatsbepaling, door mr, L.G.A. Bremmer-Lindeboomen anderen, nr. 6 in de GSEV reeks, 80 blz., f. 13,50. Uitgeverij De Vuurbaak, Groningen.

Het Gereformeerd Sociaal en Economisch Verband heeft op 14 februari 1981 een con-gres gehouden, waar de emancipatie van de vrouw aan de orde kwam. Hier worden ge-publiceerd de studies die ter voorbereiding van dat congres zijn gehouden. Dr. W.G. de Vries schrijft over „enkele exegetische opmerkingen over de verhouding man-vrouw”.

Drs. A. Kamer behandelt „de bijbelse plaats van de vrouw”. Zij beiden zijn theologen. Mevr. Bremmer (predikantsvrouw en juriste) behandelt „man en vrouw in perspectief van bijbel en cultuur”. Mevr. drs. M.Wilcke-van der Linden behandelt: „vrouw, gezin en samenleving”. De fractiemedewerker van het GPV, E. van Middelkoop, handelt over „emancipatie en de overheid”.

Men ziet een gevarieerd en tegelijk toch nauw samenhangend menu. Alle hoofdstukken acht ik waardevol. Vooral de grondstelling van de beide theologen dat in het huwelijk de man het hoofd wordt van zijn vrouw. Dat hoofd zijn wordt door beide scribenten nuchter en tegelijk getrouw aan de tekst uitgelegd. Geen heerschappij over een slavin, maar voorrang in verantwoordelijkheid welke zonder dat de man afhankelijk is van zijn partner niet bestaat.

Mevr. Bremmer geeft een boeiend historisch overzicht, dat ze doet aansluiten bij wat de beide theologen hebben geschreven. Zo ontstaat er in de Studie zelf een prachtige harmonie. Terecht schrijft ze dat in het woord „rol” de liefde en toewijding niet zijn verdisconteerd. Haar boodschap is samengevat in de titel van haar slotparagraaf: „dynamisch verder, gericht op de kern van de opdracht.” Ook mevr. Wilcke geeft een waardevolle bijdrage. Haar boodschap is vervat in de titel van haar slotparagraaf: „Ont-plooiing”. De heer Middelkoop laat zien hoever de emancipatie is doorgedrongen.

Al met al een boekje waarin op evenwichtige, en niet-reactionaire manier de emancipatie aan de orde wordt gesteld. Weldadig is dat men voluit bijbels tracht te denken in de moderne tijd. Dan heeft men oog voor veranderingen en ontwikkelingen, terwijl de kern wordt vastgehouden en vruchtbaar wordt gemaakt.

J.B. Zijl, Aan het sterfbed van onze beschaving. Facetten van de abortus-problematiek. 120 blz., f. 12,95. Uitg. Stark, Texel.

Dit boek bevat lezingen die de schrijver bij zijn voorlichting over en zijn strijd tegen abortus heeft gehouden. De schrijver heeft een vlotte pen. We hebben reeds eerder pu-blikaties van zijn hand besproken, met name zijn „Abortus provocatus in vraag en ant-woord”. De schrijver merkt zelf op dat dit boek eigenlijk de vooronderstelling is van abortus in vraag en antwoord. Dat blijkt ook daaruit dat de grondstellingen in beide boeken dezelfde zijn en in beide boeken besproken worden. Materieel zit er in dit boek weinig nieuws vergeleken met het eerst versehenen boek. Onwillekeurig vraagt men zieh af, of de schrijver zieh deze „herhaling” wel voldoende bewust is geweest. Dat wil niet zeggen dat we voor dit boek geen waardering hebben. Wie het eerste niet gelezen heeft, vindt hier voortreffelijk, prineipieel materiaal in de strijd tegen abortus. Het is soms wel wat dramatisch geschreven. Bijvoorbeeld blz. 32-34 waar een beschrijving wordt gegeven van hen die bij het sterfbed van onze beschaving staan. Ze krijgen allen een karakterisering en vermaning. Er blijken zelfs drie groepen tegenstanders te zijn, en toch is er verschil. Enfin, de lezer bezie het zelf. Het eerste hoofdstuk na de inlei-ding verhaalt een stuk geschiedenis. Het daaropvolgende hoofdstuk geeft een zeer in-formatieve tekening over „Het wonder van de eerste negen maanden”. Met name hoofdstuk 5: „Abortus provocatus of hulpverlening” is zakelijk in het eerder versehenen boek geheel terug te vinden.

Ik waardeer het appèl op de verantwoordelijkheid, het bijeenhouden van barmhartig-heid en gerechtigheid (met name tegenover het ongeboren leven), de rijke fundering in de Schrift en tegelijk de bewogenheid met mensen in nood, die hulp nodig hebben. Om al deze redenen vind ik het een goed boek, dat een wapen is in de strijd tegen abortus.

K. Exalto, Gelijk Loon, Luthers uitleg van de gelijkenis van de arbeiders in de wijn-gaard. Uitg. Willem de Zwijgerstichting, Apeldoorn, 72 blz., f. 8,50.

K. Exalto, Luthers 95 Stellingen tegen de aflaat. Uitg. Willem de Zwijgerstichting, Apeldoorn, tweede druk, 51 blz., f. 6,90.

De herdruk van Exalto’s commentaar op een vertaling van Luthers 95 Stellingen is wel-kom, ook nu de Luther-herdenking achter de rug is. Voor kennismaking met de ont-wikkeling die Luther heeft doorgemaakt is dit boekje zeer geschikt.

Exalto toont zieh in het andere geschrift een evenwichtig interpretator van Luthers prediking. Hij heeft nagegaan hoe Luther in de loop der jaren de gelijkenis van de arbeiders in de wijngaard heeft behandeld. Steeds sterker concentratie op de kern van het Evangelie: genade, geen Verdienste, kenmerkt Luthers bezig zijn met deze stof.

Dit boekje is fijnzinnig, diep borend en tegelijk een orientatie ten aanzien van Luthers prediking.

We willen de lezers graag eens extra attent maken op de uitgaven van de Willem de Zwijgerstichting. Omdat uw recensent bij het bestuur betrokken is, houdt hij hier op. Anders zou hij graag nog iets meer over de goede keus van scribenten en onderwerpen willen zeggen. Een goed verstaander……

J. Douma, Voorbeeld of gebod? Enkele opmerkingen over het schriftberoep in de ethiek. Uitg. Van den Berg, Kampen, vierde druk 1983, 73 blz.

Met genoegen kondigen we de vierde druk van deze Studie aan. De inhoud is niet gewij-zigd. De indeling is wel veranderd. Dat is een verbetering. Het formaat is handiger geworden. Zoals bekend neemt Douma zijn uitgangspunt in een bespreking van Kuiterts beschouwingen. Hoofdstuk drie is een positieve uiteenzetting van schrijvers eigen standpunt: Binding aan de Heilige Schrift. Hoofdstuk vier geeft hiervan een nadere concretisering, onder het thema „Zieh oefenen in fijngevoeligheid”. Hoezeerdeze pro-bleemstelling mij aanspreekt, ik denk dat oefening in fijngevoeligheid onderdeel is van het bredere probleem: Hoe moeten de geboden geconcretiseerd worden. Er staan in dit fijne boekje zeer bruikbare opmerkingen over het Schriftberoep in de ethiek.

Dit artikel werd u aangeboden door: Christelijk Gereformeerde Kerken

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 maart 1984

Ambtelijk Contact | 18 Pagina's

TER OVERWEGING

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 maart 1984

Ambtelijk Contact | 18 Pagina's