Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ga niet stilletjes weg als u bij uw kind op ziekenhuisbezoek bent

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ga niet stilletjes weg als u bij uw kind op ziekenhuisbezoek bent

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

<br />

"In ons leven worden we met ziekten bezocht, zowel in de jeugd als in de ouderdom. Als de Heere ons kind met ziekte bezoekt, moeten de ouders de nodige plichten tegenover het zieke kind in acht nemen. Ze moeten de Heere smeken, of Hij genadig het kind bij het leven wil behouden. (...) Hoevelen hebben in het Evangelie de Heere Christus ook gebeden voor de gezondheid van hun kinderen en hoevelen hebben hun bede verkregen! Verder moeten de ouders voor hun zieke kinderen vriendelijk zijn en hun meer bewijzen van onze liefde schenken, dan wanneer ze gezond zijn (...). Ze denken al half beter te zijn, als ze in moeders schoot zitten, tegen haar aanleunen, haar hand gevoelen", aldus Johannes de Swaef in "De geestelijke kwekerij" (1621). Hans is naar de dokter geweest, al voor de zoveelste keer. Steeds weer heeft hij last van zijn oor en na allerlei onderzoeken komt de oorzaak aan het licht. Hans begrijpt van al het gepraat niet veel, maar z' n vader en moeder schrikken van de uitslag. Hun zoontje heeft een goedaardig gezwel achter z' n oor en dat moet worden weggehaald. Over een paar weken zal Hans worden opgeroepen om naar het Sophia Kinderziekenhuis te komen en dan zal hij geopereerd moeten worden. Natuurlijk zullen zijn ouders hem daarop voorbereiden. Van het ziekenhuis krijgen ze enkele boekjes mee: een kleurboekje voor Hans ("Naar het ziekenhuis" door Herma Vergouwe) en voor de ouders een "wegwijzer". Als een kind opgenomen moet worden en het is van tevoren bekend, dan staan we als ouders voor een moeilijke periode. Er wacht —soms— een operatie! Vanuit het ziekenhuis kan men voldoende informatie vragen over de opname en de behandeling. Ouders weten vaak wel wat hun kind te wachten staat en dat kan zo' n spanning opleveren, dat ze er niet over kunnen praten. Ze omzeilen de vragen van hun kind over de opname, of ze bagatelliseren het geheel: ,,'t Is maar een kleinigheid!" Kinderen voelen die spanning echter feilloos aan. Zij worden daar -ondanks alle geruststellende woorden— buitengewoon angstig van. Er is iets ergs, maar ze weten niet wat! Ik denk dat Johannes de Swaef ons hier het belangrijkste voorhoudt: ,,Ouders moeten de Heere smeken, of Hij genadig het kind bij het leven wil behouden.'' Wij mogen onze moeiten, zorgen en angst aan de Heere voorleggen en Hem vragen om kracht en wijsheid om ons zieke kind voor te bereiden op de dingen die gebeuren moeten.

Verkennen
Dat voorbereiden komt in de informatieboekjes uitgebreid ter sprake. Een baby heeft nog niets aan plaatjes en verhaaltjes en kan alleen maar terugvallen op het veilige samenzijn met moeder. Een peuter, kleuter of ouder kind is echter wel aanspreekbaar, hetzij aan de hand van de plaatjes, hetzij door middel van gesprekken. ,,Over een eventuele operatie en de narcose hoeft u zeker niet alles precies te vertellen, maar probeer de uitleg zo eenvoudig mogelijk te houden. Kinderen zullen zeker niet alles in één keer onthouden. Vooral jonge kinderen hebben er behoefte aan dat u hen vaker vertelt over het ziekenhuis en wat er gaat gebeuren. Bij uitleg over medische ingrepen aan peuters en kleuters is de kans groot dat ze daarover gaan fantaseren. Om dit te vermijden is het goed de nare dingen wel eerliji te vertellen, maar niet te benadrukken" , lezen we in het informatieboekje van Sophia. Ook de vreemde omgeving kan al verkend worden eer de dag van opname is aangebroken. In sommige ziekenhuizen zijn verkenningsdagen voor kinderen die binnen afzienbare tijd moeten worden opgenomen. Ze mogen een bezoek brengen aan de afdeling waar ze terecht zullen komen; ze ontmoeten de verpleegkundigen, despelleidster, de andere kinderen en kunnen vragen stellen en indrukken opdoen. Het vreemde is er nu een beetje af. Ze weten waarover gesproken wordt en "wennen" alvast een beetje. Wordt een kind onverwacht in het ziekenhuis opgenomen, dan mist het de voorbereidingstijd. Alles is vreemd en beangstigend! Het enige wat een (jong) kind dan nog houvast geeft, is de aanwezigheid van vader of moeder.

Eerlijk
„Hans wist dat hij geopereerd moest worden. Met de echte voorbereiding hebben we echter wel gewacht tot de dag van opname in het zicht kwam. We bekeken het boekje dat we gekregen hadden. We spraken over alles wat er op de plaatjes te zien was en hij mocht erin kleuren. Samen metz'n zusjes speelde hij "ziekenhuisje": de doktersspullen kwamen nu goed van pas. De stethoscoop, de spuit, de thermometer en heel wat verband werden gebruikt om alles maarzo echt mogelijk te laten lijken. We probeerden open en eerlijk met Hans te praten over alles wat gebeuren zou in het ziekenhuis. Natuuriijk kun je het heel mooi voorstellen, maar er zijn toch ook nare dingen te verwachten: een injectie krijgen, pijn hebben, misselijk worden, enzovoorts. Ook die dingen moeten verteld worden. Dat was echter —gelukkig— niet het enige wat we konden doen ter voorbereiding. Op heel eenvoudige wijze hebben we met Hans gesproken over de Heere, Die ons altijd ziet, hier èn in het ziekenhuis. Samen hebben we gebeden of de Heere onze Hans wilde beter maken en de hand van de dokter die hem zou opereren, wilde besturen..."

Speelgoed
En dan is het zo ver. De koffer wordt ingepakt. Het knuffelbeertje, een lievelingsboek, foto's van thuis, geliefd speelgoed gaan er ook bij en het kind kan daarbij het beste zelf helpen. De ouders kunnen een lijstje maken met de vaste gewoonten van het kind en dat bij z'n bed ophangen, zodat iedere verpleegkundige en de spelleidster die met hem te maken krijgt, het lijstje kan raadplegen, 't Kan drama's voorkómen! Als u in het ziekenhuis bent aangekomen, moeten vaak nog allerlei gegevens opgeschreven worden. Daarna komt het kind pas op de afdeling. ,,De zuster of broeder laat u beiden de zaal zien waar uw kind verpleegd zal worden en laat de kinderen met elkaar kennismaken." Soms moet het kind uitgekleed worden en in bed gaan liggen, soms mag het nog met de kleren aan een poosje spelen in de speelkamer. Hoe dan ook, er komt een tijd dat het allemaal ernst gaat worden. Er wacht een operatie en dus ook een narcose. De pedagogische medewerkster licht (meestal) het kind daarover in.

Mama bij je
Hoe dat gebeurt hangt af van de leeftijd. Marco, een jongetje van 3 jaar wist wel ongeveer wat er met hem zou gaan gebeuren, maar nu werd het nog beter uitgelegd. Alle spullen waar het kind mee geconfronteerd zou worden voordat het onder narcose ging, lagen uitgestald op een tafeltje. De pedagogische medewerkster begon het gesprek met het kereltje en liet hem een pop zien. Die moest ook geopereerd worden. Samen gaven ze de pop een drankje, trokken baareen operatiejasje aan en legden haar in bed. ,,Zo, nu is ze slaperig geworden en we rijden haar in een bed met wieltjes naar de lift." Toen Hans klaar gemaakt werd om geopereerd te worden, mocht zijn moeder bij hem blijven. ,,'kHeb hem zelf tot de operatiekamer weg mogen brengen. Hij was al erg slaperig en merkte toen niet meer dat ik wegging. Na de operatie heb ik op de uitslaapkamer bij hem gezeten. Er gaat wat doorje heen, als je je eigen kind zo ziet liggen: aangesloten op allerlei apparatuur en zó stil en wit. Dan kun je alleen maar zuchten en bidden: ,,Heere, spaar zijn leven en wil hem er nog doorhelpen!" Toen hij bijkwam, heb ik zo nu en dan eens wat tegen hem gezegd; het is immers een hele geruststelling als je je zo akelig voelt en je merkt dan dat mama bij je zit! Ik ben trouwens de hele tijd bij hem gebleven, ook 's nachts. Van tevoren was dit allemaal geregeld, zodat ik me over thuis geen zorgen hoefde te maken. Naast het bed van Hans werd een stretcher neergezet. Daar kon ik op overnachten. Nee, van slapen komt niet veel. Altijd is er wel geluid en bovendien riep Hans me zo nu en dan wel. Hij moest zich ervan overtuigen of ik er nog wel was!"

Overnachten
Rooming-in, zoals het overnachten van vader of moeder bij hun zieke kind heet, kan vooral erg belangrijk zijn in de eerste moeilijke dagen. De vreemde situatie, de onbekendheid en het onverwachte van de dingen om zich heen, de pijn en het alleen zijn kunnen een kind erg angstig maken. Oudere kinderen begrijpen beter wat er nodig is, waarom iets zo gedaan wordt en kunnen vragen stellen. Zij kunnen het ook aan als de ouders weggaan en zij alleen achterblijven. Voor een klein kind is dat heel anders. Het voelt zich hopeloos en verlaten te midden van allemaal vreemden. Hoe langer het kind O echter in liet ziekenhuis blijft, hoe bekender alles gaat worden. Meestal zijn drie nachten voldoende om het kind aan de gang van zaken te laten wennen. Soms is het echter niet mogelijk om te blijven slapen, dan móet het kind dus wel alleen achterblijven, 't Gebeurt wel, dat het kind lief speelt, geen erg lijkt te hebben in z'n ouders, en dat deze op dat moment stiekem wegglippen. Toch is dat niet goed. In het boekje van het Sophia Kinderziekenhuis staat het nadrukkelijkvermeld;,,Het is begrijpelijk dat uw kind, vooral de eerste dag, bij het afscheid nemen angstig en verdrietig is. U helpt uw kind het best door nóóit weg te gaan zonder afscheid te nemen. Kondig uw vertrek een paar minuten tevoren aan en vertel uw kind dat u gauw weer terugkomt en wanneer. Stel uw kind vooral niet teleur door deze afspraak niet na te komen. Wanneer u eenmaal vertrekt, doet u dat dan zonder al te veel dralen. Als uw kind huilt of juist heel stil is, waarschuw dan een verpleegkundige of de spelleidster zodat die hem kunnen opvangen."

School
Natuuriijk gaan de ouders zo veel als in hun vermogen ligt bij hun zieke kind op bezoek. Het contact met thuis blijft zo ook veel beter bestaan. Soms kunnen ouders de hele dag door naar hun kind toegaan en dat is fijn. Zo kan het kind ook op moeilijke momenten (bij behandelingen of onderzoeken) begeleid worden. Tijdens het bezoek is het het beste om alleriei dingen te doen die thuis ook gedaan werden: helpen met eten, wassen, verschonen, pyjama aantrekken, spelen, huiswerk maken en dergelijke. Als het kind wat beter is, kunnen we samen met hem of haar naar de speelkamer, waarvan alles te spelen of te knutselen is. Meestal hebben de kinderen al heel gauw hun gewone kleren weer aan! Langdurig zieke kinderen krijgen te maken met de ziekenhuisschool. Zij worden individueel geholpen bij de lessen, die aansluiten bij het lesprogramma van de eigen school. Zo komt het kind niet veel achter en dat is fijn als het gezond en wel weer thuis mag komen.

Thuis geprikkeld
Wat een voorrecht, als het kind beter mag worden! Er zijn immers zo veel anderen die steeds zieker worden en ten slotte sterven? Is er wel een dankoffer in het hart? Zijn we oprecht dankbaar dat ons kind weer mee naar huis mag? Ze snel gaan we weer over tot de orde van de dag! Ons kind mag mee... Wat een blijdschap! Maar... thuis gaat alles niet zo maar weerz'n oude gangetje. We lezen:,,Uw kind zal eenmaal weer thuis niet meteen weer in zijn oude doen zijn. Vaak zal het veel aandacht vragen en zich soms ook geprikkeld gedragen. Het kan rusteloos zijn en veel huilen. Soms dromen kinderen die pas thuis zijn angstig en raken snel in paniek. Kleintjes dribbelen soms tot vervelens toe achter hun moeder aan om er zeker van te zijn dat ze echt niet weggaat. Sommige kinderen worden opnieuw onzindelijk. Ook voor de broertjes en zusjes kan het even wennen zijn. De problemen zijn meestal van tijdelijke aard als u uw kind(eren) met begrip en geduld benadert. Door alle gebeurtenissen in het ziekenhuis nog eens door te praten kunt u uw kind helpen vervelende ervaringen te verwerken." Nog lang kan het kind bang zijn voor ieder die een witte jas draagt. Veel is er verbeterd buiten vroeger, maar ondanks alle goede zorgen is en blijft een ziekenhuisopname een nare ervaring. Of is het voor ons een goede tijd geworden? Heeft het ons geleerd dat het leven broos is en dat we in alles zo afhankelijk zijn van de Heere?

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 15 maart 1989

Terdege | 80 Pagina's

Ga niet stilletjes weg als u bij uw kind op ziekenhuisbezoek bent

Bekijk de hele uitgave van woensdag 15 maart 1989

Terdege | 80 Pagina's