De Vuurtoren.
Door donk're lueht veegt onverpoosd de toren een lichtstreep tot een sein voor 't dolend schip, dat in de veil'ge banen buiten 't slib tracht voort te varen, tot het morgengloren
't gevaar verdrijft van blinde bank en klip. Niets mag de aandacht van de stuurman storen, zijn ogen pogen 't duister te doorboren als na de lichtveeg licht slechts niet'ge stip.
Welzalig zij, - die in het nacht'lijk donker, wanneer^geen weg meer schijnt op d' oceaan, plots voor zich uit zien 't Morgenstergeflonker!
Zij zullen veilig, schoon met vrees bela& n — zo menigeen, die 't Licht niet zag, Verdronk er — de eeuw'ge Haven juichend binnengaan.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 juli 1947
Daniel | 8 Pagina's