Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het kennen van de Heere

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het kennen van de Heere

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wij vormen ons allemaal een beeld van God. De een zal meer nadruk leggen op God Die liefde is, een ander op God Die rechtvaardig is. Misschien denk je ook wel dat dit te maken heeft met je opvoeding. De een zal thuis meer horen over Gods liefde, de ander meer over een straffend God. Soms wordt, als er over de opvoeding gesproken of geschreven wordt, benadrukt dat we de kinderen een goed beeld van God moeten bijbrengen.

Is dit nu naar Gods Woord om zó over Gods beeld te spreken? Is het beeld van God, dat wij hebben, product van onze gedachten of opvoeding? Dan is er een heel duidelijk antwoord: dan hebben wij een gesneden beeld van God, gesneden naar onze eigen gedachten. Maar dit is niet het beeld van God!

Van boven naar beneden
Al ons denken van beneden naar boven leidt tot een gesneden beeld. Het beeld Gods zegt Wie God ís, namelijk, zoals Hij Zich in Zijn Woord heeft geopenbaard. Dan gaat het er dus niet om welk beeld ik mij vorm van God. Het gaat erom hoe God Zichzelf in Zijn Woord aan mij heeft geopenbaard. Niet van beneden naar boven, maar van boven naar beneden. Om de Heere te leren kennen, moeten we daarom allereerst bij Zijn Woord zijn. Dáárom is het ook zo belangrijk voor jou dat jij je Bijbel niet dicht laat!

De eerste keer dat er nadrukkelijk over Gods beeld geschreven wordt in de Bijbel is in Genesis 1:26: En God zeide: Laat Ons mensen maken, naar Ons beeld, naar Onze gelijkenis. Uit Efeze 4:24 en Kolossenzen 3:10 (zoek het maar eens op!) weten we dat dit beeld Gods ziet op kennis, rechtvaardigheid en heiligheid. Zo heb je dat ook op catechisatie geleerd. Zo heeft de Heere de mens geschapen naar Gods beeld en gelijkenis. Wat betekent dat eigenlijk?

Uitgedrukte Beeld
Laat ik vooraf zeggen dat elk voorbeeld mank gaat. Toch kunnen we een voorbeeld gebruiken dat nauw aansluit bij Hebreeën 1:3: het uitgedrukte Beeld. Vroeger werd er wel een zegel aan een brief gehecht. In de lak werd een stempel gedrukt. Als je dan de afdruk naast het stempel legt, ziet het er precies hetzelfde uit (gelijkenis), en tóch, het zegel met de afdruk is het stempel niet. Het stempel is de oorsprong, het zegel met de afdruk is afkomstig van de stempel. Deze gedachte zit in de woorden “Beeld en gelijkenis”. Het leert ons zoveel over het Beeld Gods! Gods Woord noemt dan Zijn deugden, in Genesis 1 Zijn rechtvaardigheid en heiligheid. Adam en Eva kenden die deugden, ja, kenden zo de Heere. Wat was dat bij Adam en Eva volmaakt. Zij hadden zich geen beeld van God gevormd. Zij waren naar het beeld Gods geschapen! Heel hun wezen was in overeenstemming met wie God is. Dát heeft die tere gemeenschap met de Heere gegeven, liefdesgemeenschap.
Door onze diepe val zijn we dit beeld Gods kwijtgeraakt. Wij kennen God niet meer. Hosea 4:6a zegt: Mijn volk is uitgeroeid, omdat het zonder kennis is. Dat ziet op het liefdeskennen van de Heere. En dáárom vormen wij ons eens beeld van God. We zijn zo blind en ons verstand is zo verduisterd. Daarom kúnnen wij God ook niet meer kennen. Het is juist wederbarende genade die de smart hierover doet verstaan: ik ken God niet meer en alles wat ik van Hem heb gedacht en bedacht is een gesneden beeld geweest. Het onderscheid met het gesneden beeld komt pijnlijk openbaar bij de Sinaï. Daar openbaarde de HEERE Zich als de allerhoogste Majesteit, in de glans van Zijn deugden, Zijn (alleen maar goede) eigenschappen. Deze heerlijkheid Gods is in Zijn geboden te hóren! Het is de wet die heilig is, rechtvaardig en goed, zegt Paulus in Romeinen 7. Zó had de Heere ook geschapen. En wat doet het volk? Het maakt een gesneden beeld onder aan die berg. Hoe hard kan een mens toch zijn! Hoe verblind en hoe goddeloos.

Soevereine genade
Toch is er meer te zeggen. Waarom kwam de HEERE toch met Zijn geboden tot dat volk? Waarom kwam de HEERE eerder al tot Adam, Die God niet meer kende en zo diep gevallen was en het beeld Gods was kwijtgeraakt? Daar is eigenlijk maar één antwoord op: soevereine genade! De HEERE wil een volk tot de zaligheid brengen. Dat is het volk dat Hij van eeuwigheid verkoor en dat tot de zaligheid gebracht móet worden. Hij zoekt ze op en roept ze krachtdadig in hun binnenste. Dáárom, vanwege dat soevereine welbehagen, worden er nog mensen tot God bekeerd en krijgen verblinde zondaren kénnis van God. Zij gaan net als Paulus vragen: wie zijt Gij, Heere! En: wat wilt Gij dat ik doen zal. In die twee vragen zien we zo teer terug wat het beeld Gods is! Het gaat om de kennis van de Heere en een vragen naar Zijn wil, die heilig is, rechtvaardig en goed. Ben je zó wel eens verlegen gemaakt en in het gemis gezet, het gemis van de kennis van God?
Daar verliest alles van de wereld zijn glans en sta je als een arme zondaar voor deze God, Die zo rechtvaardig is dat Hij de zonden haat en straffen moet. Hij is zo heilig, dat de zwarte zondaar voor Hem niet kan bestaan. Hij is ook zo onuitsprekelijk goed en dat verbreekt zo diep, dat geeft zo’n diepe droefheid naar God.

Fontein van alle goed
In de Nederlandse Geloofsbelijdenis staat in artikel 1 een omschrijving van de kennis van God: “Wij geloven allen met het hart en belijden met den mond, dat er is een enig en eenvoudig geestelijk Wezen, Hetwelk wij God noemen: eeuwig, onbegrijpelijk, onzienlijk, onveranderlijk, oneindig, almachtig; volkomen wijs, rechtvaardig, goed, en een zeer overvloedige Fontein van alle goed.”
Woordje voor woordje zou ik hier willen spellen. En als er een aantal van Gods eigenschappen genoemd zijn, zegt dit artikel: “Een zeer overvloedige Fontein van alle goed.” Er is geen einde aan; zeer overvloedig. En hoe meer kennis, hoe meer verwondering: alleen maar goed.
Déze, door Gods Geest gewerkte kennis, doet je ook vragen: hoe kom ik ooit met deze God verzoend? Want zalig worden kan dan niet meer buiten de verheerlijking van deze Fontein van alle goed om!
Het is zo opmerkelijk dat in de Heidelbergse Catechismus de vraag naar Gods deugden weer terugkomt als het gaat om te komen tot de kennis van de Middelaar. Lees het maar eens na in Zondag 4 en 5.
Daar vind je dat Gods barmhartigheid niet in de plaats komt van Gods rechtvaardigheid! Nee, er moet aan Gods gerechtigheid genoeg geschieden. Die liefde tot ál Gods deugden sluit van onze kant de weg totaal af. Daar blijft alleen maar over dat we voor God niet kunnen bestaan. Paulus schrijft in 2 Korinthe 4:6: Want God, Die gezegd heeft dat het licht uit de duisternis zou schijnen, is Degene Die in onze harten geschenen heeft, om te geven verlichting der kennis der heerlijkheid Gods in het aangezicht van Jezus Christus. Dat wordt nu zo noodzakelijk. Waar Christus Zich openbaart (zoals Johannes dat ook in Johannes 1:14 beschrijft) krijgt Hij Zijn glans en waarde onder Gods volmaakte deugden. Hij beantwoordt daaraan en daarin is Hij ook zo schoon. Zo wordt Christus ook gekend als de enige Weg om teruggebracht te worden in Gods gunst en gemeenschap, in de kennis van God.

Hersteld beeld
Daarvoor is Christus een diepe weg van vernedering gegaan, beantwoordend aan wie God is. In Zijn dood en opstanding krijgt Zijn Sion het beeld Gods weer terug: Zijn gerechtigheid en Zijn heiligheid. Dát brengt terug tot God. En dan zegt Petrus: Opdat gij zoudt verkondigen de deugden Desgenen Die u uit de duisternis geroepen heft tot Zijn wonderbaar licht. Dat zal hier ten dele zijn, straks volmaakt. Eeuwig God kennen! Eeuwig Zijn deugden en zo Hemzelf, beminnen, Die het zo waard is om gediend te worden. Dan krijg je om Christus’ wil weer terug waartoe God schiep. En dát zal de eeuwige blijdschap van Sion zijn. Jongeren, zoek toch die zaligheid!
Asaf zegt: Maar mij aangaande, het is mij goed nabij God te wezen (Ps. 73:28).

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 oktober 2014

Daniel | 32 Pagina's

Het kennen van de Heere

Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 oktober 2014

Daniel | 32 Pagina's