DAG IN DAG UIT
Als ik op zaterdagmorgen naar boven loop, hoor ik een vreemd geluid. Een tochtvlaag komt me tegemoet. „Mama, mama", roept Rebekka (19), vanaf de overloop, „ weet u wat Esther heeft?" „Nou?", vraag ik, in de waan dat het iets grappigs is. Pas dan zie ik Rebekka vol overgave met de badkamerdeur wapperen. „Esther heeft overgegeven!", zegt ze opgewonden. „Oh, wat erg", zeg ik geschrokken, want zo grappig is dit niet. „fe snapt zeker wel datje nu vanmiddag niet weg kan", zeg ik tegen Esther (15), die als een dweil boven de wasbak hangt. „O, jawel hoor", kreunt Esther, een nieuwe golf van misselijkheid onderdrukkend. „Ik ga tóch. Hier heb ik weken naar uitgekeken. Ik voel m.e trouwens al een stuk beter." Hoopvol kijkt ze naar me op. Maar ze ziet groen! Vorige zomer heeft Esther auditie gedaan bij een jeugdstrijkorkest en tot haar grote vreugde is ze aangenomen als tweede violiste, ledere vrijdagavond komen veertigjongeren bij elkaar om te repeteren. En één d twee keer per maand treedt het orkest ergens in het land op. Heel leuk, leerzaam en boeiend, maar ook zeer vermoeiend. Misschien weltè vermoeiend als ik Esther zo eens bekijk. En uitgerekend vandaag zouden ze voor de Koningin mogen spelen! „Ik ben niet ziek hoor", zeg Esther, als ze mijn bezorgde blik ziet. „Ik ben alleen maar een beetje flauwgevallen. Vanmorgen bij het opstaan was er nog niets aan de hand, maar toen ik in de spiegel keek zag ik een zwartfliebertje in mijn oog en toen vroeg ik Rebekka wat het was en ze zei dat het waarschijnlijk gewoon een vuiltje of een vlieg e was of zo en toen zei ik voor de grap dat het misschien weleen vliege-eitje was en toen werd ik ineens heel erg misselijk en duizelig." Met open mond gaap ik Esther aan. Oog. Vlieg. Eitjes? Alleen een zenuwpees als Esther kan zoiets geks bedenken en er vervolgens zélf van flauwvallen. Dan verschijnt Anne-Ruth (16) slaperig in de deuropening. „ Wat is hieraan de hand", zegt ze knorrig. „O, sorry Ar", zegt Rebekka, „hebben we je wakker gemaakt?" „Nee", zegt Anne- Ruth, „ ik werd wakker van een raar geluid. Net of er iemand heel hard met een deur aan het zwaaien was. Zo van whdm-woesj, whdmwoesj! Gek he?"„Héélgek!", zeg ik. En dan moeten we alledrie lachen om het zotte van de situatie. Zelfs Esther fleurt al weer een beetje op. P.S. Esther is 's middags wèl weggeweest, maar een paar dagen later is ze alsnog ziek geworden. Een fikse keelontsteking.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 17 mei 1995
Terdege | 84 Pagina's