Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De heilige oorlog (29)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De heilige oorlog (29)

Het oordeel en de uitvoering daarvan bekendgemaakt

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Koning El-Schaddaï roept de burgers op om Zijn genade niet te verachten en tot Hem terug te keren. Ze weigeren echter en de Oorpoort wordt nog meer versterkt. Nadat kapitein Overtuiging de inwoners heeft toegesproken, neemt kapitein Oordeel het woord, gevolgd door kapitein Strafoefening.

Kapitein Oordeel

Kapitein Oordeel draagt rode kleuren. Op zijn vaandel staat een brandende oven. Hij zegt tegen de burgers dat de legers niet met een zelfbedachte boodschap zijn gekomen of om zich te wreken, maar dat ze zijn gezonden door hun Meester. ’Weigert u langs een weg van vrede te gehoorzamen, dan zijn wij verplicht u te dwingen.’ De kapitein waarschuwt de inwoners niet te denken dat de Koning niet in staat is hen aan Zijn voeten te brengen, ’want Hij is de Formeerder van alle dingen en als Hij de bergen aanraakt, roken zij’. De poort van de barmhartigheid zal niet altijd openstaan. ’Want de dag, die branden zal als een oven, staat voor de deur. Ja, hij haast te komen en sluimert niet.’

Kapitein Oordeel vraagt de stad of het aanbod van genade na zoveel waarschuwingen voor hen te gering is. Hij vervolgt: ’Ja, Hij steekt nog Zijn gouden scepter u toe, en wil Zijn toorn nog niet tegen u laten ontbranden. Zult u Hem tergen tot Hij het wel zal doen?’ De kapitein haalt vervolgens enkele teksten uit de Bijbel aan1, om te bewijzen dat de Heere hen rechtvaardig zal oordelen en dat rijkdom en geweld hen niet kunnen helpen. De Heere komt met vuur en in grimmigheid. Kapitein Oordeel waarschuwt hen goed te luisteren, ’opdat niet, nadat gij het oordeel der goddelozen vervuld hebt, Hij kome en u aangrijpe met oordeel en gerichten’. Sommigen zien dat Diábolus siddert tijdens deze toespraak. De kapitein vervolgt echter zijn toespraak: ’O, ellendig Mensziel, wilt u nog niet uw poorten openzetten om ons te ontvangen? Wij zijn de afgezanten van uw Koning, die verheugd zijn als u zou leven.’ Ernstig houdt hij de stad voor, dat ze niet voor de Heere zal kunnen bestaan als Hij met haar in het gericht zal gaan. Hij vraagt de burgers of ze de zee van toorn, die de Koning voor Diábolus en zijn engelen bereid heeft, leeg kunnen drinken alsof het zoete wijn is. Hij besluit: ’Bedenk deze dingen en wacht niet met het openen van de poorten.’

Kapitein Strafoefening

De vierde kapitein staat op, Strafoefening genaamd. Deze legeraanvoerder draagt ook de rode kleur, maar op zijn banier is een onvruchtbare boom te zien met een bijl die aan de wortel ligt. Hij wijst de burgers op het verschil tussen vroeger en nu: vroeger beroemd, nu als een onvruchtbare tak; vroeger tot vermaak van de Allerhoogste, nu een hol van Diábolus.

In naam van El-Schaddaï spreekt hij: ’Zie, de bijl ligt reeds aan de wortel van de bomen; alle boom, die geen goede vrucht voortbrengt, wordt uitgehouwen en in het vuur geworpen. Tot nu toe bent u zo’n onvruchtbare boom geweest en u droeg niets anders dan doornen en distelen. Uw druiven zijn bitter van gal, uw beziën [bessen] zijn bitter.’

De kapitein zegt dat de bijl verwijst naar de kracht en de macht van El-Schaddaï. Hij vraagt de burgers herhaaldelijk of ze zich willen bekeren voordat de eerste slag valt. Tussen het klaarleggen van de bijl en het uitvoeren van de straf wordt hen de tijd van bekering gegund. Het vonnis kan alleen voorkomen worden door zich over te geven aan de Koning. Als ze drie jaar lang in opstand leven (en het duurt al veel langer) dan volgt niets anders dan: ’Houw hem uit’, of: ’Gij zult hem namaals uithouwen’.

De woorden van de Koning zijn niet alleen maar bedreigingen, maar er liggen gloeiende kolen in opgesloten. De kapitein beëindigt zijn toespraak: ’U bent tot nu toe een dorre boom geweest, wilt u dat blijven? Uw zonden hebben dit leger voor uw muren gebracht, en dat zal het oordeel van de verwoesting in uw stad brengen. U hebt gehoord wat de kapiteins gezegd hebben, maar u houdt de poorten gesloten. Spreek op, Mensziel, wilt u zo doorgaan – of wilt u de vredesvoorwaarden aannemen?’

Gewaarschuwd voor het oordeel en de uitvoering van de straf

De namen van de kapiteins, de kleuren die zij dragen, de vaandels die zij hebben en de toespraken die zij houden: alles laat zien dat de verbeeldingskracht van John Bunyan zeer groot was. Maar wat nog belangrijker is: het is alles naar Gods Woord.

Met en zonder heraut

Kapitein Boanerges is de enige die voorafgegaan wordt door een heraut. Deze kapitein staat model voor de predikers, die als Boanergessen behoren te zijn. Zij gronden hun prediking op Gods Woord en wensen dat hun hoorders door Gods Woord Zelf aangesproken worden. Dat gebeurt bij de kapiteins Overtuiging, Oordeel en Strafoefening. Een predikant kan het Woord alleen maar tot het oor brengen. Hij kan het hart niet bereiken. Zo is dan noch hij die plant iets, noch hij die natmaakt, maar God Die den wasdom geeft (1 Kor. 3:7).

De oproep tot genade heeft een einde

Bunyan laat kapitein Oordeel zeggen dat de poort van barmhartigheid niet eeuwig openstaat. Dat heeft Saul ondervonden: En Saul vraagde den HEERE, maar de HEERE antwoordde hem niet (1 Sam. 28:6a). De Heere Jezus heeft daar Zelf in alle ernst op gewezen (Luk. 13:24, 25): Strijdt om in te gaan door de enge poort; want velen (zeg Ik u) zullen zoeken in te gaan, en zullen niet kunnen; Namelijk nadat de Heere des huizes zal opgestaan zijn en de deur zal gesloten hebben; en gij zult beginnen buiten te staan en aan de deur te kloppen, zeggende: Heere, Heere, doe ons open; en Hij zal antwoorden en tot u zeggen: Ik ken u niet vanwaar gij zijt.

Satan siddert

Het oordeel wat uitgesproken wordt is ontzagwekkend. Jesaja zegt ervan (66:5): Want zie, de HEERE zal met vuur komen, en Zijn wagens als een wervelwind; om met grimmigheid Zijn toorn hiertoe te wenden, en Zijn schelding met vuurvlammen. In een tussenzin schrijft Bunyan dat gezien wordt dat satan siddert. De duivelen geloven het ook, en zij sidderen (Jak. 2:19b). De gevallen engelen zijn nu al in de hel geworpen en overgegeven aan de ketenen der duisternis, maar denkend aan het nog komende oordeel, sidderen zij. Hoe is het met ons gesteld als ons het oordeel aangezegd wordt?

De wortel aan de boom

Bunyan sluit aan bij de prediking van Johannes de Doper. De Joden in diens dagen roemden dat zij afkomstig waren van Abraham, maar hij moest ze erop wijzen dat de straf nabij was. En ook is alrede de bijl aan de wortel der bomen gelegd; alle boom dan die geen goede vrucht voorbrengt, wordt uitgehouwen en in het vuur geworpen (Matth. 3:10). Het zijn geen zalvende, vleiende woorden die tot ons komen. Laten wij ons eerlijk behandelen? Zou het ons niet tot een aansporing moeten zijn om ons te haasten en te spoeden om ons levens wil?


Noot

1. Job 35:14; Job 36:18; Ps. 9:8; Jes. 66:15.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 juli 2019

De Wachter Sions | 12 Pagina's

De heilige oorlog (29)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 juli 2019

De Wachter Sions | 12 Pagina's