Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Toelichting op de Nederlandse Geloofsbelijdenis  Art. XXIII

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Toelichting op de Nederlandse Geloofsbelijdenis Art. XXIII

Waarin onze rechtvaardigmaking bestaat

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Dit artikel geeft een duidelijke belijdenis, dat de hoogste gelukzaligheid bestaat in de verzoening met God, alleen om Christus' wil. Voorts, dat het juiste fundament is, niet te steunen op eigen verdiensten, maar alleen door het geloof te rusten op de gehoorzaamheid van de gekruiste Christus alleen. De eerste staat des mensen, waarin God hem door de schepping gesteld heeft, was een staat van gelukzaligheid. De zonden hebben een scheiding gemaakt tussen de Heere en de mens. Om weder in gemeenschap te komen met God, moet de zonde als hinderpaal van zaligheid worden weggenomen. Deze wegneming van schuld en van de straf, die de zonde verdiend heeft, geschiedt in de rechtvaardigmakende daad. Zo is dan de rechtvaardigmaking des zondaars voor God een rechterlijke daad Gods waardoor Hij, met volkomen handhaving Zijner gerechtigheid, de door erf- en dadelijke zonden gans doemwaardige, doch uitverkoren zondaar in Christus, op de enige grond van die volmaakte voldoening, die Hij uit genade de uitverkorene toerekent, vrijspreekt van schuld en straf en een recht schenkt ten eeuwigen leven (Ds G. H. Kersten: Geref. Dogm!atiek).

De rechtvaardigmaking is een goddelijke gerichtshandeling, een vrij spreken van schuld en straf, een rechtvaardig verklaren. De Roomse kerk spreekt niet van een rechterlijke daad, maar van een ethische, d.w.z. de rechtvaardigmaking is bij Rome rechtvaardigheid instorten. Ieder mens zou zoveel genade geschonken worden, dat hij met vrijwillige medewerking Gods geboden kan onderhouden en een eigen gerechtigheid kan verwerven, waardoor hij het eeuwige leven zou kunnen verwerven. Bij Rome vloeit dus de rechtvaardigmaking uit de heiligmaking, daar de goede werken kracht zouden hebben om de hemel te verdienen, omdat Christus verdiend heeft, dat onze goede werken een verdienende kracht hebben. Om deze miskenning door de Roomse kerk, n.l. om de rechtvaardigmaking te verklaren tot een instorten van rechtvaardigheid, wilden sommige Gereformeerde Godgeleerden liever spreken van rechtvaardiging, rechtvaardigstelling en rechtvaardigverklaring. Hoewel daar op zichzelf geen bezwaar tegen zou zijn, heeft het woord „rechtvaardigmaking" een blijvende plaats gekregen in de geloofsleer, zonder dat men verder behoeft te denken aan een „rechtvaardig maken" en aan een „inwendig verbeteren".

Allen, die de heiligmaking, ook op protestants erf, als het allergewichtigste stuk ter zaligheid drijven, zonder nadruk te leggen op een noodzakelijke vrij verklaring van schuld en straf van 's hemels wege, dragen in zich een min of meer Roomse zuurdesem. Natuurlijk heihgmaking is noodzakelijk. Ja, zonder heiligmaking zal zelfs niemand God zien. Ook al is de heiligmaking nauw verbonden aan, hoewel onderscheiden van de rechtvaardigmaking, en al worden de vruchten van de rechtvaardigmaking in de heiligmaking gezien, toch is de rechtvaardigmaking een daad Gods, die vooraf gaat aan de heiligmaking. Waarop dan, nadat door Christus gerechtigheid voldaan en des Heeren gramschap gestild is, de uitverkoren en wedergeboren zondaar meer en meer van de vuilheid der zonde wordt gereinigd en naar het beeld Gods meer en meer wordt vernieuwd en tot de betrachting van de goede werken niet alleen opgewekt, maar ook meer en meer wordt bekwaam gemaakt.

Het is alleen God, Die de zonden vergeeft, en zeker niet de paus van Rome. Het is God alleen, Die kan behouden en verderven. Het is God alleen. Die de gerechtigheid van Christus toerekent uit een vrij en souverein welbehagen. Naar het huishoudelijk werk der drie Goddelijke personen treedt de Vader als rechter op, eisend een volmaakte gerechtigheid, die alleen verkregen wordt door Christus, de hemeladvodaat. En op grond van Zijn eigen dadelijke en lijdelijke gohoorzaamheid eist Christus de vrijspraak der Zijnen voor allen, die Hem van eeuwigheid van de Vader gegeven zijn. En daarom alleen, met uitsluiting van alle zogenaamde goede werken, spreekt de Vader de met erf- en dadelijke zonde verloren zondaar vrij van schuld en straf, en schenkt hem een recht ten eeuwigen leven. Hoe groot deze genade is, weet niemand recht, dan die de zonde als een zware last gevoelt en als een bitterheid gesmaakt heeft. Deze vergeving is een eeuwige durende vergeving, al is het wel waar, dat een dagelijkse rechtvaardigmaking om de dagelijks gemaakte schuld en zonde noodzakelijk zal blijven. Ik zal hun ongerechtigheid vergeven en hun zonden niet meer gedenken (Jer. 31 : 34). Niet alleen wordt zulk een ziel gewassen van zijn vuilheid, maar daarboven ook versierd met de volmaakte gerechtigheid van Christus, met een schoonheid door de heerlijkheid, die de Heere op hen gelegd heeft (Col. 2 : 10). Al de weldaden en zegeningen des verbonds worden hem geschonken, beide naar lichaam en ziel. Een zoete vrede en onuitsprekelijke blijdschap, voortvloeiende vat het gevoel van de geschonken liefde Gods door de Heilige Geest, is het deel van dat volk, dat zal wonen in de woonplaats des vredes en in welverzekerde woningen en in stille geruste plaatsen. Het „in hope zalig zijn" doet de verwachting naar de hemel met zijn heerlijkheid levendig worden, gelijk de Apostel Paulus zegt. En niet alleen dit, maar ook wijzelf, die de eerstelingen des Geestes hebben, wij ook zelf zeg ik, zuchten in onszelf, verwachtende de aanneming tot kinderen, namelijk de verlossing onzes lichaams.

Lisse

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 januari 1952

De Saambinder | 4 Pagina's

Toelichting op de Nederlandse Geloofsbelijdenis  Art. XXIII

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 januari 1952

De Saambinder | 4 Pagina's